Hoofdstuk 14

856 59 6
                                    

Fem

'Damian zijn lichaam ligt daar.' Wijst Jill. Tranen springen in mijn ogen en ondanks dat ik dit wist, zakt de grond onder mijn voeten weg.
'Fem, neem mijn slaapzak mee.'
Ik knik en pak de slaapzak van de grond. We lopen een stukje. Bij elke stap die ik zet voel ik de emotie van gisteravond. Ik zie het lichaam van Damian, ik schrik, slik en laat een traan vallen. Jill bind de slaapzak om Damian zijn naakte lichaam heen. Ik loop huilend naar Keith en zak neer.
'Ik snap het niet meer.' Zeg ik.
'Fem! Alsjeblieft! Alsof wij deze hele zooi begrijpen. Denk je dat wij begrijpen waarom dit wordt gedaan?' Zegt Caleb geïriteerd.
Ik schud mijn hoofd en draai mijn lichaam weg.
'Ik wil niet meer kijken.' Fluister ik.
'Hebben we onderweg een plek gezien waar we Damian netjes achter kunnen laten?' Vraagt Caleb.
'We kunnen hem toch gewoon hier laten liggen?' Zeg ik zachtjes.
'Fem heeft gelijk. We moeten niet met zijn lichaam gaan slepen.' Zegt Keith beteuterd. Jill verzamelt takjes en bloemetjes en legt die om Damian heen. Niemand zegt iets.
'Waarom liet je hem dan ook alleen water halen als je weet dat er een gek ons uit wilt moorden?!' Schreeuw ik huilend. Als hun wakker waren had Liv me dit verdomme niet laten doen!
'Fem! Je vergeet even dat wij knock out waren geslagen! Wij konden even niemand een opdracht geven.' Caleb verheft zijn stem.
'Nee! Jill zit hier achter! Zij laat iedereen alleen weg gaan en vermoord ze dan ofzo!' Schreeuw ik uit. Ze mogen niet weten dat Liv hierachter zit.
'Fem je praat wartaal! Jill kan het niet gedaan hebben! Gedraag je is! Dit is voor Damian ja.' Schreeuwt Caleb.
'Voor Damian?! Nou lekker bezig maat!' Schreeuw ik huilend. Keith trekt mij naar zich toe en neemt me mee naar een plekje verderop.
'Lieverd?' Ik kijk weg.
'Fem..' mijn ogen rollen.
'Denk je dat dit één van ons helpt?' Tranen wellen op in mijn ogen.
'We worden één voor één uitgemoord en niemand doet voorzichtig.' Fluister ik zachtjes.
'Dit is mijn schuld.' Zeg ik huilend.
'Wat..? Doe niet zo raar Fem!'
'Je snapt het niet..' Zeg ik zachtjes terwijl ik me weg draai.
Ik ga zitten op de grond en wieg mezelf heen en weer.
'Fem, kom hier.' Zegt hij terwijl hij zijn hand uitsteekt.
Ik sla hem af en wieg verder. Hij komt naast me zitten.
'Femmie..'
'Noem me alsjeblieft niet zo.' Zeg ik smekend.
'Ik dacht dat je het wel fijn vond.. Liv en Ayden noemde je altijd zo.'
'Jij bent Liv óf Ayden niet!' Zeg ik hard. Ik sta op en loop naar de slaapzakken. Ik kruip ik de mijne en doe mijn ogen dicht.
'Keith, mag ik bij jou in de slaapzak?'
Hoor ik ineens. Een jaloers gevoel bekruipt me en mijn hele lichaam schrikt er van.
'Ik denk niet dat...'
'Dankjewel.' Zegt Jill opgelucht.
'Fem, slaap jij anders bij Keith? Dan kan Jill in jouw slaapzak.' Zegt Caleb jaloers.
Ik loop naar Keith en hij ritst zijn slaapzak open. Ik draai met mijn gezicht naar de zijne en leg mijn voorhoofd tegen zijn borst aan terwijl hij mijn hand pakt.
'Wacht.' Zegt Jill
'Iemand moet de wacht houden want...'
'Doe ik wel.' Onderbreekt Caleb haar.
Ik luister niet meer naar wat ze zeggen. Ik kruip iets meer tegen Keith aan en val dan in slaap.

De zon in mijn ogen maakt me wakker terwijl de arm van Keith over mijn lichaam waakt. Ik kijk om me heen. Meteen zie ik het, Caleb. Ik maak Keith wakker en bezorgd komt hij overeind.
'Wat is er?' Ik wijs naar de lege plek van Caleb. Ik wil opstaan maar de handen van Keith houden me tegen.
'Je blijft hier. Als jou iets overkomt..'
'Jongens... Wat is er?'
Jill.
'Waar is Caleb?' Vraagt ze  zacht.
Ik kijk haar aan.
'Zeg niet dat...'
'We durven niet te kijken Jill.' Zeg ik eentonig.
'Caleb!' Schreeuwt ze.
Keith staat op en rent achter haar aan.
'Laat me gaan!' Gilt ze terwijl ze Keith slaat. 'Caleb!'
Tranen rollen over mijn wangen. Niet Caleb..
'Jill!' Ik kijk op.
'Klootzak!' Gilt ze.
Keith loopt weer terug naar mij.
'Ik laat ze maar.' Zegt hij.
Jill loopt boos naar me toe.
'Als je je perse zorgen moet maken over iemand, maak je dan maar zorgen over hem! Want die zak dáár, hoeft zich blijkbaar niet aan jóúw regels te houden.'
Tranen komen weer vanuit mijn ooghoeken de hoek om kijken. Keith trekt me naar zich toe.
'Laat het. Ze reageert zich af.'
Ik probeer me voor het gesprek af te sluiten.
'Weet je wat Caleb, doe vooral waar je zin in hebt. Blijkbaar weet je al precies wat de toekomst brengt en gaan we allemaal dood.'
Ik hap naar adem en moet mezelf tegen houden niet te hyperventileren.
Ik richt me op mezelf en mijn ademhaling.
Jill pakt haar spullen en ik probeer mijn gedachte aan de kant te zetten en pak ook mijn spulletjes in.

-De

Het Einde Van De BloedwegWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu