Chapter 13

4.8K 95 3
                                    

Autumn

Veel geschreeuw komt uit de kelder. Al de hele dag gaat dit zo.

De jongens gaan telkens per twee naar beneden. Dan komen ze weer boven en kort daarna gaan er weer twee naar beneden.

Benyamin wordt gewoon al de hele dag gemarteld.

Dat verdient hij ook.

Klopt, hij verdient dit.

Maar wat ben ik de heletijd aan het doen? Op de bank liggen, knieën opgetrokken en mijn armen rond mijn benen geslagen. Luisterend naar het geschreeuw van Benyamin.

Iedereen zit in de woonkamer. Althans, iedereen die Benyamin op dat moment niet aan het martelen is.

Soms kijken ze mij onderzoekend aan. Waarschijnlijk vragen ze zich af waar ik aan denk, wat er in mijn hoofd rond gaat.

Momenteel zijn Justin en Mike beneden. Hun zullen denk ik wel de sterkste zijn van allemaal, als je naar hun lichaamsbouw kijkt.

Het is mij opgevallen dat er een patroon is, wie er telkens naar beneden gaan

Eerst Justin en Mike.

Dan Dave en Jim.

En als laatste, Brandon en Ajay.

Van Brandon had ik het niet verwacht, hij lijkt zo zachtaardig. Maar, zeggen toch dat schijn bedriegt?

Ik schrik op uit mijn gedachte als er een telefoon af gaat.

Ajay mompelt iets geïrriteerd en pakt vervolgens zijn telefoon uit zijn broekzak.

"Ajay." zegt hij, zodra hij opneemt. Hij knikt wat, rolt soms met zijn ogen of zucht zachtjes.

"Ja, hij is hier. We weten het verhaal." zegt Ajay. "Je had het met Justin afgesproken, dus je komt ook maar." Ajay zijn blik verandert naar geïrriteerd.

"Oké, zie je zo." mompelt Ajay en hangt vervolgens op.

Dave fluistert iets tegen Ajay, het is te zacht voor mij om het te verstaan. Ajay knikt bevestigend op het gefluister van Dave.

Ik zucht zachtjes en sluit vervolgens mijn ogen.

Voetstappen komen in de woonkamer, maar ik besteed er geen aandacht aan. Voorzichtig haalt iemand zijn hand over mijn hoofd, maar nog steeds hou ik mijn ogen gesloten.

De bank zakt iets in naast mij. Ik doe mijn ogen een stukje open, om te kijken wie er naast mij is komen zitten.

Justin, hij kijkt mij met een kleine glimlach aan.

Ik ga overeind zitten, wrijf even in mijn ogen en ga vervolgens weer liggen. Maar nu met mijn hoofd op Justin zijn schoot.

Op de één of andere manier voel ik mij toch wel veilig nu, bij Justin.

Zijn aanraking, zijn blauwe heldere ogen. Het maakt mij rustig. Zoals nu ook, zijn hand streelt continu door mijn haar.

Maar toch, door de enorme rust die ik momenteel heb, gaan mijn gedachten overal heen.

Mijn ouders, hoe zal het met hun gaan? Zullen ze nog aan het zoeken zijn? Hebben ze al iets op het spoor?

En Camille. Mijn beste vriendin. Wat moet ze wel niet denken? Het is alsof ik haar heb laten vallen, maar ook weer niet. Ik heb niet besloten om weg te gaan, ik werd ontvoerd.

"Waar denk je aan?" vraagt Justin zachtjes. Ik open mijn ogen en kijk strak voor mij uit.

"Hoe jullie alles van mij hebben afgepakt." zeg ik hard en emotieloos. Ik voel hoe Justin zijn spieren aanspant. Zijn hand blijft echter rustig door strelen op mijn hoofd.

"Ik kon niet anders." fluistert Justin.

Ik vlieg overeind en wil wat schreeuwen, tot ik wordt onderbroken door een andere bekende stem.

Ik draai mij langzaam om, om te kijken wie er staat.

De oude man, van de avond waar alles begon. De man die als eerste mijn huis was binnengekomen.

Ik wil op hem af rennen en hem slaan, maar ik wordt van achter vast gegrepen.

Ik kijk naar de armen die om mijn middel zitten. Aan de tatoeages te herkennen, is het Justin.

Ik begin wild te spartelen, waardoor Justin zijn greep alleen maar versterkt.

"Rustig aan." fluistert Justin dwingend in mijn oor. Ik stop met spartelen en kijk geërgerd naar de oude man.

"Ik krijg jou nog wel." sis ik woest naar hem. Hij begint hard te lachen.

Nu pas valt de bruin harige vrouw achter hem mij op.

Ze glimlacht lief en geruststellend naar me. Met rustige stappen komt ze op mij af en Justin laat mij langzaam los.

"Jij ben Autumn?" vraagt ze vrouw. Ik knik. "Wie ben jij?" vraag ik gelijk.

"Mijn naam is Malena, je mag me Lena noemen." zegt ze met een glimlach.

"Kan je me laten zien waar je slaapt? Dan gaan we daar verder." zegt ze.

"Ga maar naar mijn kamer." fluistert Justin in mijn oor, waarop ik knik.

Ik loop richting de trap. Lena volgt mij, te horen aan de voetstappen.

Zodra we op Justin zijn slaapkamer zijn, sluit Lena de deur.

"Hoelang zit je hier al vast?" vraagt ze zachtjes. Verbaasd van haar vraag, kijk ik haar aan.

"Inmiddels een maand bijna denk ik."

Lena knikt en lijkt na te denken.

"Ik was ooit zoals jij, ik was ook ontvoerd. Inmiddels werk ik voor Ronald." verteld ze.

"Wie is Ronald?"

"Die man, die jij wou aanvallen." grinnikt ze. Ik grinnik ook even.

"Oké, ik weet hoe we dit gaan doen." zegt ze dan. Nieuwsgierig kijk ik haar aan.

"Er is mij verteld wat er met je is gebeurt. Jongens hebben nou eenmaals geen verstand van het vrouwenlichaam, dus ga ik ze vertellen dat je zwanger bent en dat je het weg wilt halen." verteld ze. Ik knik instemmend.

"Je moet wel een stukje acteren, het moet geloofwaardig overkomen. Snap je?"

"Acteren kan ik opzich wel." grijnzend kijk ik haar aan.

"Ik heb een test bij me, die is van een vriendin van me. Zij is zwanger en heeft de test voor mij gedaan, zodat ik er gebruik van kan maken." zegt Lena. Ze rommelt wat in haar tas en haalt de test tevoorschijn.

"Oké, dus ik moet acteren. Laten we zeggen, dat ik ga huilen om het feit dat ik zwanger ben en dat ik het weg wil hebben. Wij gaan dan naar de abortuskliniek, alleen hoe kunnen we met zijn tweeën gaan? Justin wilt mij niet meer alleen laten." Moeilijk kijk ik Lena aan.

"Dat komt wel goed, laat dat maar aan mij over."

Day By DayWhere stories live. Discover now