Hoofdstuk 8

162 8 10
                                    

"Oude Bob! Ben je daar?" Halts stem klonk over het veld en vanuit het huis klonk gestommel. Er stond een gammel gebouw naast het huis en het duurde even voor Melany besefte waar ze waren. Uit het huis kwam nu een man gelopen met grote O-benen, grijzend haar en vieze kleding. Hij stonk vreselijk, maar op zijn gezicht verscheen een grote lach toen hij Halt zag. "Jager! Wat een verrassing! Wie zijn die twee veulentjes bij je?" Hij richtte zijn aandacht op de jongen en het meisje achter Halt. Zijn blauwe ogen stonden helder en scherp, iets wat ze niet hadden verwacht gezien zijn leeftijd. "Dit zijn Will en Melany, mijn leerlingen. Will, Mel, maak kennis met Oude Bob, onze paardenfokker." Oude Bob zag hoe er een teken van herkenning in Melany's ogen oplichtte en hij meende haar ook te herkennen, maar waarvan? Hij haalde zijn schouders op. Dat was van latere zorg. Zijn lach werd nog groter toen ze naar achteren liepen. In de verte stonden paardjes in de wei te grazen. Hij floot schel en meteen kwamen ze aanrennen. De kleinste van de twee, een vaal grijze pony, liep meteen naar Halt toe en liet zich door hem kriebelen. Halt gaf hem een appel die de pony smakkend op at. Toen liep het door naar Oude Bob en ook van hem kreeg het een appel. Daarna keek het met grote, intelligente ogen naar Will. "Will, maak kennis met Trek!" Will wist niet wat hij ervan moest vinden. Van kleins af aan had hij al een paard gewild, een grote, zwarte strijdros. Niet zo'n kleine pony met een dik buikje. Het paardje gaf hem een duwtje. Ik ben dan niet zo groot, maar ik loop die strijdrossen er met gemak uit! leek hij wel te zeggen. "Nou? Wat vind je van hem?" vroeg Halt terwijl hij Trek over zijn neus aaide. De jongen twijfelde over wat hij moest zeggen, want hij wilde Oude Bob niet beledigen. "Hij is... niet heel groot," zei hij maar. "Nee, maar jij ook niet Will!" Hij keek Melany aan en moest toegeven dat ze gelijk had. Oude Bob moest hard lachen om de twee leerlingen. "Ja jochie, het is misschien geen strijdros, maar hij loopt ze er met gemak uit!" Will was nog steeds niet zeker, maar Trek mocht hem wel zo te zien. Hij bleef hem duwtjes met zijn hoofd geven en keek naar de mand met appels. "Mag hij er een meneer?" vroeg Will. Hij had de hint begrepen en toen Oude Bob knikte gaf hij hem een appel. "Halt, wil jij op Will en Trek letten? Dan ga ik deze dame voorstellen aan haar paardje." Verbaasd keek ze naar het paard wat bij Trek stond. "Wiens paard is dat dan meneer?" "Moet je horen Jager! Ze zijn alle twee goed opgevoed, dat kun je wel zien!" Halt knikte alleen maar en gaf toen instructies aan Will. In de tussentijd volgde Melany Oude Bob naar de stal. Daar was het wat donker, maar haar ogen wenden snel. Helemaal achterin stond een paardje haar aan te kijken vanuit zijn stal. Ze liep er vlug heen en aaide het dier over zijn zachte neus. "Komt hij je een beetje bekend voor Melany?" Ze moest even goed kijken, maar ja, het paardje kwam haar bekend voor. "Hij is familie van Lucky. Je herinnert je Lucky nog wel?" Ze knikte en keek om zich heen om te zien of hij er ook was. "Lucky is helaas niet meer hier. Nadat Halt hem hierheen had gebracht ging het snel slecht met hem. Nog in dezelfde week is hij overleden." Melany voelde tranen opkomen. Ze had zich altijd afgevraagd hoe het met Lucky ging, maar durfde het nooit aan Halt te vragen. "Het spijt me dat te horen," zei ze. Oude Bob zuchtte en haalde zijn schouders op. "Hij heeft een mooi leven gehad en zijn ruiter altijd goed beschermd. Zelfs in zijn pensioen heeft hij nog veel gedaan. De rust was hem gegund." Hij veegde vlug wat tranen weg toen Melany even niet keek en gaf haar toen het hoofdstel. "Hier, doe deze maar om. Dan gaan we hem eens aan Will en Halt voorstellen!" Melany deed het deurtje van de stal open en deed het hoofdstel om het hoofd van haar paardje. Ze bleef hem aankijken en trok aan het leidsel, maar het paardje weigerde mee te komen. Ze trok nog harder, maar het paardje verzette geen been. De man moest lachen en gaf haar een tip. "Pak het leidsel en loop naar buiten zonder hem aan te kijken. Hij volgt je dan wel." Ze deed wat hij haar opdroeg en het paardje volgde haar naar de weide. Daar zag ze Will achter Trek aanrennen en ze moest glimlachen. Precies op die manier had ze ook achter Lucky aangerend. Vanuit het niets rende haar paardje naar de open weide en deed mee met het spelletje van Trek. Melany deed niet eens moeite om achter haar paardje aan te rennen zoals Will had gedaan. Ze pakte een appel en ging in het midden van de wei staan. Will was ook al op dat idee gekomen en dook nu onder de balk door, pakte een appel en ging ook in het midden staan. Meteen kwam Trek naar hem toe en at de appel gulzig op. Vlug pakte hij het leidsel en keek naar Oude Bob. "Heel slim gedaan jochie!" Will kreeg een glimlach op zijn gezicht. "Wie heb jij daar Mel?" Het paardje was ook gekomen en at nu de appel op. Ze wilde antwoorden, maar ze wist niet wat de naam was van haar paardje. Vragend keek ze naar Oude Bob. "Jij was zo snel dametje dat ik niet eens de tijd kreeg om je zijn naam te zeggen! Dit hier is Tintreach en zijn ouders komen uit..." "Hibernia," maakte de Jager zijn zin af. De paardenfokker keek hem even aan en knikte toen. "Ja, ja dat klopt ja." "Wat betekent zijn naam?" vroeg Will. Halt zuchtte zogenaamd geërgerd. "Altijd maar weer die vragen," mompelde hij in zijn baard. "Vertaald naar het Aralueens heet hij Bliksem," beantwoorde Melany zijn vraag. "Waarom heet hij zo?" vroeg Will door. "Waarom heet jouw paard Trek?" vroeg Melany op dezelfde toon. Alsof het afgesproken was trok Trek zijn hoofd omhoog waardoor Wills schouder bijna uit de kom ging. "Wat denk je jongen? Wat denk je?" Oude Bobs gekakel was over het hele veld te horen. "Tintreach heet zo omdat hij tijdens een storm geboren is, net toen er een bliksemflits aan de hemel te zien was." Tintreach hinnikte kort, alsof hij het eens was met Oude Bobs uitleg. Het begon donker te worden, dus er was geen tijd meer om te rijden. "Bob, als je het niet erg vindt blijven we vannacht hier slapen." "Maar natuurlijk Jager! Een beetje menselijk gezelschap kan nooit kwaad!" "Prima. Will, Mel, Oude Bob zal jullie laten zien hoe jullie de paarden moeten verzorgen en het tuig moeten onderhouden. Intussen begin ik alvast met het avondeten. Morgen zullen we eens zien of jullie net zo goed kunnen rijden als jullie paarden vangen!" Halt had een heerlijke stoofpot gemaakt en na het eten ging iedereen slapen. Het huisje bestond maar uit twee delen, een woonkamer en een slaapkamer, dus sliep Halt voor de haard. Will en Melany sliepen in het warme stro bij hun nieuwe paarden. Beiden konden moeilijk in slaap vallen. Zouden ze wel kunnen rijden op hun paarden of zou het een groot fiasco worden? Uiteindelijk vielen ze in slaap en werden de volgende ochtend wakker van het gekraai van de haan.

De Grijze Jager: Een droom komt uit (GAAT HERSCHREVEN WORDEN)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu