Hoofdstuk 41

229 20 27
                                    

De twee dagen die daarop volgden waren hectisch geweest. Bij thuiskomst was ik erachter gekomen dat niets ooit nog hetzelfde zou zijn. Jorah was niet de enige geweest die het leven had gelaten die dag. Ontzettend veel gildeleden waren gestorven tijdens de aanval op het landhuis, op een steenworp afstand van de stad. Nog meer van hen waren in de chaotische week dat ik weg was geweest zonder genade vermoord. 

Er waren zoveel aanvallen geweest. Op de barakken, op het kasteel, op het landhuis van ons gilde, in woningen van gildeleden. De prins en de Caecitas hadden alles zo goed uitgewerkt dat het bijna bewonderingswaardig was. Er was niemand binnen het gilde die niet een kameraad of beste vriend was verloren. 

Ons peloton miste ook twee leden. Travis was de avond van mijn gevangennemen dusdanig gewond geraakt, dat hij twee dagen later aan zijn verwondingen was overleden. Daarmee had hij het leven van Davina, Gwen en Lilith gered. Voor Nascha was hij te laat geweest. Hoewel mijn peloton mij eerst niet wilde vertellen hoe Nascha was gestorven, werd het later bekend dat haar keel was doorgesneden. Ze waren allebei begraven, een dag voordat ik was teruggekeerd naar de barak. 

Ze waren dood door mij. Iedereen vertelde mij dat het niet zo was, dat ik het niet zo mee moest zitten, maar de waarheid was anders. Ik had ze recht de val ingeleid. Dat zou ik mezelf voor eeuwig kwalijk nemen. Mijn hart brak iedere keer als ik aan ze dacht, als ik naar hun stoelen aan de eettafel keek, en brak nog een klein beetje meer wanneer ik eraan dacht dat ik ze geen laatste eer had kunnen bewijzen tijdens hun uitvaart. 

Het kant van mijn zwarte jurkje had diens afdruk in mijn handen achtergelaten. Vandaag lukte het niet om onder de zware last die op mijn schouders rustte rechtop te blijven zitten. Mijn schouders hingen, mijn handen verslagen in mijn schoot. 

Er waren een hoop mensen op komen dagen op de uitvaart van Jorah. Ik vroeg me af waarom ik op de eerste rij zat. Ik vroeg me af waarom ik niet ook dood was. 

Jorah Castillo. Vader van Elias Castillo. Gestorven aan een mes in zijn hart. Gedood door de voormalige kroonprins. De prins had geen kans gehad toen Elias binnen was gestormd. Hoewel hij er niet veel over los wilde laten, vertelde Elias dat er enkel een rode waas over zijn gezichtsveld had gelegen toen hij de prins had aangevallen. Toen hij de prins had vermoord. Een leven voor een leven. Een prins voor een koning. 

Er had een brief in de werkkamer van Jorah gelegen. Daarin had hij alles uitgelegd. Hij had erin geschreven dat hij mij was gaan halen, dat hij dacht dat het de meeste kans bood als hij alleen  ging. Hij wist niet of de Elite, of zijn gilde, zou overleven als de gerichte aanvallen van de Caecitas door bleven gaan. Hij had geen tijd om een gecoördineerd plan op te stellen. 

Hij vreesde de dood niet, omdat hij al ten dode was opgeschreven voordat hij was gegaan. Elias vertelde mij dat hij al een poosje wist dat zijn vader ongeneeslijk ziek was. Mijn neef vermoedde dat Jorah niet wilde dat ik mijn, hopelijk nog lange, leven zou opofferen voor een man die toch niet lang meer had. 

De kroon ging over naar Elias en daarmee werd een einde gebracht aan alle speculaties. Het was altijd al Elias geweest. Empathische, maar roekeloze Elias. Als iemand het waard was om in Jorah's voetstappen te treden, was hij het wel. 

Mijn hand vond die van mijn neef, die zwijgend naast mij zat. Langzaam maar zeker begonnen de eerste mensen de kerk te verlaten. Sommigen gaven de voormalige koning der sluipmoordenaars nog een laatste groet. Elias hield hen allemaal met een nauwlettend oog in de gaten. 

Af en toe brachten snelle flitsen mij terug naar het landhuis. Naar rood bloed op wit marmer. Ik had het overleefd. Mijn lichaam heelde weer, kreeg weer wat energie terug doordat ik weer fatsoenlijk kon eten. Het zou nog even duren voordat mijn geest rust zou vinden. De beelden die op mijn netvlies gebrand waren, de fysieke en emotionele schade, zouden littekens achterlaten die nooit zouden verdwijnen. Het waren herinneringen aan wat er gebeurd was, herinneringen aan zij die door mij het leven hadden moeten laten. 

Zwaard van de dageraad [Wattys2021 Winnaar] ✓Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu