Deel 7

30 4 0
                                    

Pov Levi

Ik zie haar schrikken wanneer de riem leeg blijkt te zijn. Een paniek overvalt haar en ze begint opslag te stotteren. "I...ik dacht.... W..w..waar is hij?!"
"He rustig maar, komt goed. Ik help wel zoeken. Ver kan hij toch niet zijn." Ik leg mijn hand onder haar kin en til die omhoog. Ze richt zich op en kijkt me in de ogen. Haar bruine, vochtige ogen vinden die van mij, raken mij tot diep van binnen. "Dank je." We beginnen te lopen en ik pak haar hand. Gelukkig laat ze niet los en we lopen de brug af. "Bim! Bim kom dan!" Ik hoor haar roepen en haar stem slaat over. Ik knijp even in haar hand en begin dan ook te roepen. "Bim!"

We zijn al een kwartier aan het zoeken. De spanning bij haar neemt toe. Ik voel het. Ik weet dat ze het bijna gaat opgegeven en nog een keer roep ik: Bim!!" Geblaf. Ik zie hoe haar ogen naast mij oplichten en ik lach naar haar. Ik laat haar hand los en begin te rennen. Ik hoor Bim nog een keer blaffen en ik stop bij een van de struiken. Bim begint te rennen en springen wanneer hij mij ziet. "Hey rustig jongen, komt goed." Ik til hem voorzichtig op dan springt hij direct weer uit mijn armen. Hij rent op Sophie af en even blijf ik naar ze kijken. Sophie kijkt me aan, en de blijdschap in haar ogen... is niet te beschrijven. Wat is ze mooi.

Pov Maud

Ik kijk naar hem. De spieren in zijn schouders spannen zich aan wanneer hij het dienblad met glazen en borden van tafel 5 naar de keuken brengt. Stop met staren! Er is niks te zien... maar die trekjes in zijn gezicht wanneer hij zich aanspant... Ik haal het beeld snel uit mijn hoofd en loop naar de kapstok om mijn jas te halen. Net als ik hem van de kapstok af wil halen grist een hand hem voor mijn ogen weg. Justin heeft onze jassen in de hand en loopt naar de uitgang. "Lets go." Even kijk ik hem na en blijf ik verbaasd staan. Dan loop ik ook naar de deur. "Doei Jack." En met die woorden sluit ik de deur.
"Ga je mij mijn jas nog geven of wat?" Ik kijk Justin aan en zucht. De grijns op zijn gezicht is in Tokio nog te zien. "Ik heb het wel overwogen maar ik heb liever dat je het koud krijgt en dat ik dan straks, als een echte gentleman, mijn jas aan kan bieden." Ik stop met lopen en kijk hem aan. "En het is niet mogelijk mij nu, als een echt 'gentleman'-," gentleman versterk ik door met mijn handen de aanhalingstekens te verduidelijken, "-mij mijn eigen jas gewoon te geven?" Even lijkt het alsof hij eraan toe gaat geven maar dan schudt hij zijn hoofd. "Nee niet mogelijk." Justin gaat weer lopen en ik moet rennen om hem in te halen. "Serieus Jus?! Niet nodig hoor. Maar dan is er maar een manier om het warm te krijgen." Ik begin te rennen en hoor Justin nog roepen. Wanneer ik achterom kijk zie ik hem niet meer, tot ik ergens tegen aan loop. Justin. Twee armen grijpen mij vast wanneer ik mijn evenwicht dreig te verliezen. Ik kijk omhoog en zie hoe zijn ogen mij aankijken. "Dacht je echt dat je sneller zou zijn?" Ik schud mijn hoofd. "Nee hoor, maar warm heb ik het wel." Ik leg mijn hoofd op zijn borst en zucht. Zijn handen door mijn haar en hij legt zijn hoofd op die van mij. Even staat we daar. Tot ik toch begin te rillen. Justin maakt zich los en pakt mijn jas van de grond. "Hier." Zijn ogen staan weer lichtelijk bezorgd en ik pak de jas dankbaar aan. Dan begint het te regenen. Eerst lijkt het niet heel erg maar dan komt het met bakken uit de lucht. "Shit, we moeten opschieten. Daar is het." Ik wijs naar het oude gebouw aan het einde van de straat en ik begin opnieuw te rennen. Justin houdt mij gemakkelijk bij en pakt mijn hand. "Let's go."

I can't let you goWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu