Hoofdstuk 19

1K 37 0
                                    

Misschien is het nu wel het perfecte moment voor de uitnodiging. ''Wil je met me naar Pride Amsterdam?'' Ik val maar meteen met de deur in huis. Zijn pupillen groeien. ''Ja'' Hij klinkt enthousiast. ''Ja, echt?'' Er ontstaat een brede glimlach op mijn gezicht. Ik had het zo erg gehoopt, maar niet verwacht dat hij mee zou willen. 

''Ik heb al kaartjes trouwens'' Ik pak mijn telefoon en open Whatsapp voor de link. Rob kijkt over mijn schouder mee. Ik open de chat met Milo en druk op de link. ''Kijk'' Ik wijs naar de twee barcodes op het scherm. Hij lacht, maar fronst tegelijkertijd. ''Hoezo stuurde Milo jou dat?''

Ik trek snel mijn telefoon weg. Wat natuurlijk allang geen zin meer heeft. Waarom lukt het me op de één of andere manier altijd om aan al het positieve een negatieve draai te geven? Ik sta met een mond vol tanden. Geen idee wat ik moet zeggen. Er heerst een lange stilte. Rob zijn fronsende blik verdwijnt van zijn gezicht. ''Wanneer is het eigenlijk?'' Hij veranderd van onderwerp. ''30 juli''

Mijn hoofd kan maar niet vergeten wat er net is gebeurd. Milo is sowieso nog niet van plan om naar Rob en de andere jongens uit de kast te komen. Ik heb ook helemaal niet op Rob geantwoord, dus nu denkt hij sowieso dat het een ''ja'' is. Wat eigenlijk ook een ''ja'' is. Ik haat mezelf zo erg voor dit. ''Hé'' Hij legt zijn hand bovenop de mijne. ''Ik weet van niks''

Tijdskip 

Vanaf mijn bureau heb ik precies zicht op de bruinharige jongen. Mijn ogen zijn op hem gefocust. Hij is geconcentreerd aan het werk achter zijn laptop. Duidelijk niet met zijn gedachtes bij gister avond. Ik kan aan niks anders meer denken. Mijn gedachtes kunnen zich niet eens concentreren op mijn eigen werk. Ik heb zo ontzettend veel zin in Pride. 

Het liefst staar ik de hele tijd naar hem, maar dat kan niet. Ik moet oppassen. Ik wil niet dat iemand er achter komt. Toch voel ik me betrapt. Het voelt alsof het op mijn voorhoofd geschreven staat.

''Hé'' Een hand pakt mijn arm vast. Hij heeft plaatsgenomen op Antons plek die er momenteel even niet is. Hij rolt zijn bureaustoel dichter naar mij toe. ''Gaat het wel?'' Fluistert Milo zachtjes. Ik kijk hem vragend aan. ''Je bent zo afwezig'' Ik weet even niet wat te zeggen. Je kunt het dus aan me zien. Ik voel aan alles dat ik rood word. Ik voel me echt betrapt. Als hij het kan zien, kunnen de anderen dat ook. 

Zijn ogen staan nog steeds bezorgd op mij gericht. ''Wil je zo anders even praten'' ''Gewoon even boven in een privé ruimte'' Stelt hij voor. Ik knik. Hij staat op en loopt terug naar zijn eigen werkplek.

Misschien is het maar beter om gewoon mijn mond te houden. Ik wil Milo helemaal niet lastigvallen met mijn gevoelens. Liegen kan ik niet. Ontlopen kan ik wel. 

Dromen in KleurWhere stories live. Discover now