⚜~Woede

10 0 0
                                    

In het vroege ochtendlicht wappert het droge gras. Warme zonneschijn gaat schuil achter dichte grijze wolken. De koele ochtendlucht geeft aan dat de zomer ten einde loopt. Het land koelt geleidelijk af. Het moet plaats maken voor een koud herfstseizoen. Vogels fladderen rond, hopeloos vechtend om een robuust nest te bouwen. Perfect voor de naderende kou. Enkele druppels regen vallen uit de lucht en reinigen het bloed van de zwarte kasseien.

Veilig in een diepe slaap likt Alana haar lippen. Het was lang geleden dat Alana zo goed had geslapen. Haar benen trillen nog steeds. Desam zijn krachtige arm is rond haar slanke figuur geslagen. Het geluid van een dichtslaande deur laat hem zachtjes grommen. Geleidelijk opent Alana haar ogen. Een gemene grinnik had haar gewekt.

De donkere ogen van Woede staren haar zielloos aan.

"Oh nee" jammer ze. Haar hart fluttert in haar keel.

"Oh ja" lacht het monster en sleurt haar omhoog. "Dat dacht ik niet" spot hij wanneer Alana haar kleding wil grijpen.

"Hé" protesteert Desam.

"In ieder belang knul, hou je reet onder de lakens" spot Woede en duwt hem terug. "Je hebt gewoon geluk dat Wraak nog slaapt" knipoogt Woede plagend terwijl hij de deur dichttrekt. Beschaamd sleurt ze Desam zijn vest naar beneden. Wanhopig probeert ze het hemd tot onder haar knieën te trekken. Grinnikend tuurt Woede naar haar. Zijn hongerige blik glijdt uit haar lichaam. Her en der zijn bijtsporen of blauwe stippen op haar lichaam te bespeuren.

Zacht vloekt Alana zodra hij haar in de grote zaal sleurt. Haat staat met zijn rug gedraaid naar hen toe. Hij is te druk aan het praten met Rogue om haar op te merken. Maar Rogue merkt haar onmiddelijk op. Voor de eerste keer in zijn leven worden Rogue zijn ogen groot. Zijn lippen scheiden subtiel van elkaar. ZIjn ademsappel gaat langzaam op en neer terwijl hij slikt. Heel even trilt hij. Het is duidelijk dat hij niet meer naar Haat luistert. De jongen zijn blik is bevroren op Alana haar halfnaakte lichaam.

"Rogue" bevestigd Haat. "Rogue" herhaalt hij verscheidene keren.

Langzaam staart hij over zijn schouder. Alana slaakt een zucht van verlichting wanneer Haat onmiddelijk weer omdraait. Maar haar opluchting is van korte duur.

Gehaast richt hij zijn blik terug op Alana. Het zilveren object valt uit zijn handen op de marmeren vloer. Zijn mond valt langzaam open. Zijn ogen worden groot van verbazing. Rillend tuit Alana haar lippen op elkaar. Achter zijn donkere blik broeit woede. Wanhopig probeert ze te vluchten maar Woede zijn greep is sterk. Langzaam nadert Haat haar. Ze tuurt verontschuldigend naar beneden. Haat heft haar kin op met zijn wijsvinger.

"Wat in Godinsnaam moet dit voorstellen?" Zijn blik doordringt de hare.

"Ik" stamelt ze. "Haat het is..."

"Stop alvast. Het maakt me niet uit" gromt hij tussen zijn tanden. Alana slikt. Opnieuw voelt ze zich klein, zwak en kwetsbaar.

"Hier ga je spijt van krijgen" dreigt hij. Haat knikt naar Woede die haar medogenloos meesleurt.

Rogue zijn aandacht blijft op haar gekleefd.

"Rogue" roept Haat. "Rogue" herhaalt hij en kijkt naar de jonge rover. Meedogenloos slaat hij op Rogue zijn achterhoofd. "Idioot" vloekt Haat.

"Nee" hou op" bromt Alana wanneer Woede haar de kamer induwt. Verbaasd kijkt ze op naar de krappe kamer. Woede doet gehaast de deur op slot. In de uiterste hoek siert een stenen haard. Het middelpunt van de kamer wordt gedecoreerd met een houten hemelbed. Mintgroene gordijnen sieren het donkere hout. Onder de grote kasteelraam staat een mintgroene fauteuil. Afgezien van een sombere houten kledingkast, een grote zwarte kroonluchten en enkele planten is de kamer leeg.

Alana kijkt op naar de demon die rustig zijn wapens weglegt. "Je hebt geen idee hoelang ik hierop heb gewacht" grinnikt hij.

"Neen, alstublieft niet doen" smeekt Alana. Woede lacht.

"Waarom, ben je bang dat ik het niet kan doen zoals je geliefde Desam."

"Neen, ik wil niet dat je zoals Hebzucht eindigt" liegt Alana. Woede lacht geamuseerd.

"Hebzucht was een idioot. Iedereen weet dat het teken op je pols alleen schijnt wanneer je pijn lijdt." Alana bijt op haar lip. Doodsbang neemt ze een stap achteruit. "En ik ben niet van plan om je pijn te doen... integendeel" spot Woede.

"Nee" pleit ze nadrukkelijk.

"Smeken noch schreeuwen zal je helpen" plaagt hij. "En ik kan niet beloven dat we allebei plezier zullen hebben" grijnst hij. "Ik ben namelijk Desam niet." Alana gromt boos. Walgelijk demonbeest.

"Nee" kreunt ze hulpeloos. Haar gedachten keren terug naar Desam wanneer Woede haar woest binnendringt. O Desam...

Grommend valt Desam op de stenen grond. Her en der sieren blauwe en gele vlekken zijn naakte borst. Bloed loopt uit zijn neus en mond. Zijn rechteroog is omcirkeld met donkere kringen. Luid grommend grijpt Haat hem vast.

"Jij kleine snotneus" snauwt hij. Haat beeft van woede. "Zei jij niet dat zelfs mijn dochter moet slapen. Huh?" Haat gromt en slaat Desam nogmaals op zijn ogen. "Er is maar één regel in dit verdomde fort. Eén" brult hij razend. Desam zijn nek wordt brutaal door hem opengebeten. Desam klemt zijn tanden op elkaar. Alana was de mooiste van alle meisjes. Zij was het echt waard.

"Geef me één goede reden waarom ik je nek niet zou breken?" Emotieloos staart Desam in Haat zijn donkere ogen. "Dat durf je niet" sist Desam. Haat kijkt hem verbluft aan.

"Wat zei je" vraagt hij bevestigend.

"Dat durf je niet" herhaalt Desam kalm. Haat lacht geamuseerd.

"Wel dan... pup" spot hij lachend. Onbevreesd kijkt Desam in zijn donkere ogen. Het maakt niets meer uit voor hem. Hij zou Alana toch nooit meer zien.

"Nee" onderbreekt een luide stem.   

Haat ⚜ Liefde creëert hoopOn viuen les histories. Descobreix ara