Hoofdstuk 111

228 28 24
                                    

Bella's POV

We laten onze plek op werk achter voor wat het is en rijden snel naar huis, al ben ik bang dat er weer een onaangename verrassing op ons te wachten staat.

David gaat - ik had niet bepaald een keus - als eerste naar binnen voor het geval dat. Tot mijn verbazing maar grote opluchting, is er niks vreemds en kunnen we rustig onze koffers in pakken voor, geen idee.

Als hij me ziet stuntelen met de koffer van de trap naar beneden tillen, schiet hij mij te hulp en neemt hij het van me over. Soms vraag ik me af of hij dat ook voor anderen zou doen.

"Heb je alles?" Vraagt hij onderaan de trap. Ik knik afwezig, maar hij laat het.

Zodra we na een klein uurtje in de auto zitten met alle benodigde spullen voor de komende tijd en al, kijken we elkaar aan. Ik zou er bijna bang van worden.

Er is altijd zo'n gevoel bij als je je spullen pakt en ergens anders heen gaat. Meestal ga je dan op vakantie of slaap je bij een ander en is dat gevoel positief. Maar voor dit moment heb ik geen idee wat voor gevoel dit is. Misschien negatief voor de manier dat we weg moeten. Misschien positief dat we überhaupt nog de kans hebben om heelhuids weg te komen. Misschien voel ik er niks bij. Misschien neemt de angst alles over en begin ik de controle te verliezen. Als die niet al verloren is.

David legt zijn hand op de mijne, wat me moed geeft. Het laatste beetje hoop wat ik nodig had.

"Ik weet waar we heen kunnen." Zegt hij. Ik kijk hem aan, maar hij lijkt het als een verrassing te willen houden.

Hij start de motor en rijdt onze straat uit. Ik laat het aan hem over, de controle. Hij 'weet waar we heen moeten', nou maar hopen dat het een goede beslissing is.

Ik voel mezelf wegdommelen, dat realiseer ik me pas hoe uitgeput ik hiervan geworden ben. De spanningen, de onverwachte wendingen, het is uitputtend. Ook daar geef ik me aan over en ik sluit mijn ogen.

Na een tijdje wordt ik wakker gemaakt door iets wat mijn lichaam lichtjes heen en weer laat schudden. Ik open mijn ogen en zie Davids gezicht voor me.

"We zijn er." Zegt hij glimlachend.

Ik kijk opzij uit het raampje en zie een bekend huis. Liv en Matt.

"Hoe weet je nou of het hier veilig is?" Betwijfel ik.

"Liv en Matt zijn altijd thuis. Ze verwachten elk moment een kindje." Herinnert hij me.

"En dus wachten ze echt niet op problemen van een ander." Voeg ik eraantoe.

"Hier zijn we niet alleen, Bella."

"Maar zo brengen we hun ook in gevaar, inclusief hun baby." Ik vind dat je het wel gevaar mag noemen.

"Dan blijven we alleen dit weekend tot we wat nieuws hebben gevonden." Haalt hij me over, zoals altijd.

Ik zucht, doe mijn gordel los en duw de autodeur open.

We lopen gelijk door naar de deur die al snel openvliegt.

"Dit is onverwacht." Roept Liv enthousiast en komt met open armen op ons af.

De knuffel wordt beëindigt door Liv die in elkaar duikt, aan haar gezicht te zien heeft ze pijn.

"Wat is er?" Vraag ik bezorgd zodra ik haar naar haar buik zie grijpen. David en ik ondersteunen haar en helpen haar naar binnen.

"Ik heb weeën. De hele nacht en dag al." Zegt ze alsof het de normaalste zaak van de wereld is.

"Moet je niet naar het ziekenhuis toe?" Vraagt David.

"Er zit nog genoeg tijd tussen de weeën." Zegt ze en laat zich met moeite op de bank zakken. "Ik ben nog lang niet klaar voor een bevalling."

David en ik nemen ongemakkelijk plaats naast haar op de bank.

"Is er een reden dat jullie hier zijn?"

"We moeten maar eens gaan." Zeggen Liv en ik tegelijk.

"Nee nee, blijf nog even. Matt is zo terug." Houdt ze David en mij tegen. "Hij roept de hele ochtend al naar alle familieleden dat het 'zover is'." Lacht ze.

"We willen jullie niet tot last zijn." Zeg ik voorzichtig.

"Ik wil juist dat jullie er zijn. Ze wordt naar jullie vernoemd." Zegt ze vol trots.

"Ze?" Komt David ertussen. "Naar ons?"

Liv knikt enthousiast en gaat beter zitten. "We zijn er per ongeluk achter gekomen dat het een meisje is."

"En, uhm.. hoe wil je haar dan gaan noemen?" Vraag ik ongemakkelijk. Ik weet niet zo goed hoe ik moet reageren.

"Adeline." Zegt ze stralend.

"Ik zie niet hoe dat met ons te maken heeft." Zegt David voorzichtig, niet proberend te kwetsen.

"Haar bijnaam wordt dan Della." Gaat ze verder. "Bella, David. Della." Legt ze uit.

"Wauw." Is het enige wat ik weet te zeggen. Ik zei het lachend om het niet lullig of iets in die trend over te laten komen.

"En hoever ben jij al?" Vraagt ze nog altijd lachend. Oh ja. Ik was ook zwanger.

"We hebben het weg laten halen." Zegt David voor mij. Waarschijnlijk zag hij dat ik het er moeilijk mee had.

"Wat? Waarom? Wanneer?"

"We waren er nog niet klaar voor." Legt hij rustig uit. Liv lijkt het te begrijpen en laat het voor wat het is. Het is al erg genoeg.

Liv grijpt weer naar haar buik en maakt een pijnlijk gezicht.

"Vier minuten is genoeg tijd ertussen?" Fronst David op een bezorgde manier. Wat een schat.

"Misschien moet ik toch naar het ziekenhuis." Zegt Liv nonchalant en probeert op te staan. David schiet haar te hulp en brengt haar naar de voordeur.

"Haal jij Matt?" Vraagt hij aan mij en ik knik.

Ik ren de trap op en kijk in alle kamers. Als ik zijn stem uit een kamer hoor, blijf ik stilstaan.

Want wat hij zegt, laat alle haartjes op mijn lichaam overeind staan.

Revenge 2 (Voltooid)Where stories live. Discover now