9 Levens

1.1K 34 4
                                    

Een poging tot creepy mood. 

De regen sloeg driftig tegen de hoge glas in lood ramen. Door de onregelmatigheid van het licht verschenen er om de aantal seconden nieuwe patronen en kleuren op de kerkbanken. Pastoor Gieling sprak streng en droevig. 'Veel te jong weggerukt uit het leven.'  Tijdens zijn preek klonk er af en toe een hevige donderslag. 'Eva Magdalena van Dongen. Een ambitieuze rechercheur. En ook haar Partner Floris Wolfs was-' Ze zuchtte ongeduldig en gluurde iets meer naar voren vanuit de nis op het balkon. 'Duurt het nog lang?' Fluisterde ze. Eva trok aan zijn arm en draaide het dure horloge om zijn pols naar zich toe. De Maria in het glas in lood ramen boven het orgel wierp een spookachtig schijnsel op het duo. Wolfs keek haar even meelevend aan en plaatste zijn hand op haar onderrug. Ze staarden naar de kerkgangers gekleed in zwart die treurden om de twee donkere kisten voorin de kerk. De dienst liep ten einde. De kerkgangers verlieten een voor een droevig de kerk via het smalle gangpad. Eva leunde dichter tegen hem aan om de kerkgangers beter te kunnen bekijken. Uit het niets vloog er vanuit de nis rakelings een vleermuis langs haar hoofd. Ze ademde geschrokken in. Wolfs wist nog net op tijd zijn hand voor haar mond te plaatsen om een gil te voorkomen. Hij bleef even zo staan. Een roodharige vrouw geheel gekleed in zwart keek op. Wolfs liet zijn hand voor haar mond zachtjes zakken. 'Marion.' Fluisterde Eva aangedaan. Er viel een traan vanuit de ooghoek van de roodharige vrouw op haar glimmende zwarte hakken. Ze knipoogde naar het duo op het balkon. Eva slikte.

Ze waren beiden redelijk ongeschonden uit de gevangenis gekomen na het hele Virtus et Justitia gedoe. Wolfs eerder dan Eva natuurlijk. Hij had een corrupte bewaker van de Belgische gevangenis benadert. Deze een flink bedrag betaald en vervolgens Eva uit de gevangenis gehaald. Niet zonder risico. Toen hij ineens voor Eva in haar cel stond, had ze hem ruw klemgezet tegen de muur van haar cel. 'Idoot. Was één keer niet genoeg?' Had ze boos gefluisterd. Doelend op zijn gewaagde bevrijdingspoging van zijn dochter Fleur. Vervolgens had ze hem gekust. Kort, maar lang genoeg om over te brengen hoe ze echt over hem dacht. Ze had hem gemist. Hij haar ook. Samen zouden ze uit deze ellendige situatie kunnen raken. En dat was ook de enige optie, Eva zonder Wolfs of Wolfs zonder Eva dat kon gewoonweg niet. Niet meer sinds alles wat er de afgelopen tijd voorgevallen was. 

Ze brachten de nacht samen door. Niet zoals ze gehoopt hadden, er werd hard gewerkt aan een vluchtplan. En aan hoe ze hun dood het beste in scene konden zetten. Alleen dan zouden ze weg kunnen komen. Eva had contact opgenomen met Marion vanuit een telefooncel ergens in Frankrijk. Of Marion hun lichamen zou willen identificeren. Marion ging akkoord. En zo geschiedde. Ze nam afscheid, voor voorlopig, van haar beste vriendin in het klooster bij Vader Gerardus. 'Ik wil erbij zijn Wolfs.' Had ze zonder twijfel op een avond uitgesproken. Dus ze gingen. Ze gingen naar hun eigen begrafenis. Stilletjes keken ze toe. 

Marion en Romeo. Het hele korps van Limburg-zuid. Tonja en Wup, Kris en nog wat andere vrienden van de kook- en motorclub. Ze waren er allemaal. Het fascineerde Eva. Ze had het niet willen missen. Hij ook niet trouwens. Toen de kerk leegliep en de stoet vertrok naar de begraafplaats durfden ze zich weer buiten de kerk te begeven. Eva droeg een zwarte pruik, hij een zwarte hoed. Beiden waren ze net zo gekleed als de andere kerkgangers, geheel gehuld in zwart. Gewoon voor de zekerheid. Een oude Volvo en een tas met kleren was alles wat ze nodig hadden. 'Wolfs?' Hij starte de auto. Ze moest iets zeggen. Al was het alleen maar om de spanning uit de lucht te halen. Beiden vonden ze dit eng. Alles opgeven, een nieuw onzeker bestaan in een ander land. De opmerking die ze wilde maken kon eigenlijk niet. Maar ze deed het toch. Ze hadden dagelijks te maken met de dood. Hij zou het wel waarderen. 'Begraven of cremeren?' Vroeg ze zo serieus mogelijk. Hij schonk haar een dodelijke blik, maar er schemerde een kleine glimlach door. 'Voorlopig geen van beide alsjeblieft. Als het maar met jou is, dan vind ik alles best.' Ze reden Maastricht uit en lieten daarmee de donkere wolken achter zich. 


Eva's Dropmomentjes - Korte verhalenحيث تعيش القصص. اكتشف الآن