3. Ryven

28 5 17
                                    

Toen ik met knallende koppijn weer bijkwam op de schoot van dokter Derek, wist ik dat ik met Liris een appeltje te schillen had. Een flinke appel.

'Hebben jullie haar er gewoon vandoor laten gaan?' Mijn vraag was vooral gericht aan bewaker Cambin, gezien het zijn baan was om mensen binnen te houden. De brede man haalde zijn schouders op, alsof zijn spieren alleen maar als ornamenten dienden. Rollend met mijn ogen liet ik het maar gaan, ik moest eerst de gevangene vinden. Kreunend kwam ik overeind van de bank met een hand tegen mijn bonzende slaap gedrukt. Als dokter Derek me niet een beetje had geheeld, kwam ik waarschijnlijk niet meer overeind.

Geconcentreerd op de kussens waar ze een uur geleden op zat, herhaalde ik haar naam viermaal in mijn hoofd. De letters rekten zich uit tot lange slierten, tot er een draad zo dun als een vislijn over was die verdween achter de muur. 'Ik ga naar haar op zoek,' mompelde ik dan naar de bewaker. Ik bedankte hem voor zijn hulp, voor Derek en ik onze weg naar de auto vervolgden.

'Ze is richting Apicro,' mompelde ik terwijl mijn vingers over de gladde lijn liet zweven, tot ik het kort aanraakte. Een beeld van haar starend naar een menu die ik herkende als die van de Bumbumburger schoot door mijn hoofd en schokte me als elektriciteit en versterkte de hoofdpijn. 'In een Bumbumburger?' Derek leek niet onder de indruk en opende de deuren van zijn zelfrijdende auto. Hij was niet spraakzaam en daar was ik blij mee. De rit duurde normaal driekwartier, maar met deze bak en zijn zeven versnellingen gelukkig maar twintig minuten.

'Waarom kies je haar van alle mensen? Ze gaat het je niet makkelijk maken.' Het verbaasde me dat Derek een gesprek initieerde. Ik verliet het uitzicht van voorbijracende windmolens en zonnepanelen om naar mijn oude vriend te kijken. De eerste keer dat ik dokter Derek ontmoette was op een Zegeldiner van Aprico vier jaar geleden. Beiden snackten we op gevulde eieren in stilte, wat de fijnste momenten van de drukke avond waren. Sindsdien hadden we regelmatig contact, al bestond dat alleen uit een nieuwjaarsberichtje bij elke jaarwisseling.

'Ik denk dat zij het best kan helpen, ze kent Basal en de Tijgerklauwen.' Om een reden schoot Liris' eerste impressie door mijn gedachten. Niet haar zangerige stem of afstotelijke woordkeuzes, maar haar laatste woorden die zo koel en afstandelijk waren gezegd. Ik heb medelijden met je. Ik dacht er niet veel van, ik was geen psycholoog of iets, maar deze woorden pasten niet in de puzzel die het meisje was.

'Je weet zelf ook wel dat er genoeg mensen zijn die Basal en de Tijgerklauwen kennen.' In mijn hoofd ontkende ik dat feit, legde mijn gezicht in  mijn hand en staarde naar de hoogspanningslijnen. Ik had geen intentie om het gesprek voort te zetten.

'Ik hoop dat je een goede keuze maakt,' bromde Derek terwijl hij zijn blik naar het raam wendde. Bijtend op mijn tong hield ik de woorden 'ik ook' tegen. Liris had haar meest waardevolle informatie al aan me gegeven, het was gekkenwerk om een seriemoordenaar aan het lijntje te houden. Ik hoopte dat ze het waard was, het was een gedoe geweest om de commissaris over te halen. Gelukkig had ik nog wat informatie over zijn fraude praktijken die het daglicht niet hoorde te zien, al dacht ik niet dat de man me nog mocht.

Dereks wallen waren dieper dan de rioolputten, zijn huid een stuk bleker dan normaal. Hij had al zijn nagels kort gebeten tot aan het vlees en een deel van me wist dat ik aan hem moest vragen of het goed ging. Maar het andere deel had absoluut geen zin in een nieuw gesprek over problemen, dus bleef ik stil. Dit was vast het gevolg van de massieve werkdruk die de Raad van Aprico op hem legde, dokter Derek gebruikte zijn zegel immens veel doordat het haast alles kon genezen. Het woog ook zwaar op mijn geweten dat ik de dokter hiernaartoe gesleept had om iemand te genezen. Het was een opluchting om de hoge gebouwen van Apicro te zien en een verlossing toen ik werd afgezet aan de rand van het centrum.

'Ik zal je de vergoeding voor de energie via Uchat sturen,' riep ik door het raampje, maar Derek wuifde me weg. Hij mompelde iets over vrienden zijn en ging toen weer richting het ziekenhuis met een spraakbevel.

ZoekendeWhere stories live. Discover now