Hoofdstuk 1

7.4K 147 17
                                    

Ik probeerde mijn angst weg te slikken en liep met vastberaden stappen het gebouw, mijn nieuwe school, binnen. De aankomsthal was schitterend. De vloer was van marmer en het dak ruste op grote zuilen. Marmeren en bronzen standbeelden stonden her en der verspreid in de hal. Als ik niet beter had geweten, zou ik denken dat ik in een of andere witte kathedraal stond. Maar ik wist zeker dat ik het goede gebouw ben binnengewandeld: mijn nieuwe school, het Monstrosa college.

Vandaag was mijn eerste dag en ik was bloednerveus. Op de klassieke architectuur na lijkt de school volkomen normaal. Leerlingen staan in groepjes met elkaar te praten en te lachen of lopen  ergens naartoe. Posters hangen op prikborden aan de muren en vlak naast me hangt een publicanda met roosterwijzingen en schoolmeldingen. Toch is deze school alles behalve normaal. Het Monstrosa college is een school voor Vestibuli. Vestibuli zijn wezens die niet menselijk zijn, die in de ogen van gewone mensen niet eens bestaan. Denk aan vampiers en elven. Ik noem ze gewoon monsters en deze school is zeg maar een soort monsterschool. Een beetje raar als je nagaat dat ik ook een Vestibulor ben en mezelf dus een monster noem, maar voor een monster ben ik redelijk menselijk. Ik ben een oogkleurveranderaar.

Oké, ik moet toegeven: een oogkleurveranderaar klinkt alles behalve spannend, angstaanjagend of cool. De officiële naam is een Mutaculis. Maar omdat bijna niemand weet wat dat is, noem ik mezelf gewoon oogkleurveranderaar. Dat is dan ook precies wat ik kan doen; mijn ogen van kleur doen laten veranderen. Mijn ogen veranderen van kleur als ik een van mijn gaven gebruik. Ik kan bijvoorbeeld elektrische vonken over mijn hele lichaam laten lopen. Wanneer ik dit doe worden mijn normaal groen/blauwe (ik weet nooit welke kleur het precies is) ogen lichtpaars. Ik weet niet precies hoeveel 'abnormale' dingen ik  kan en wat een normale oogkleurveranderaar zou moeten kunnen. Ik heb in mijn zeventien jaar nog nooit iemand anders van mijn soort ontmoet en ben nog niet zo veel andere monsters tegengekomen. Ik ben namelijk opgegroeid in een gezin met gewone mensen, ging naar een school met gewone mensen en mijn vrienden waren, je raad het al, gewone mensen. Nu sta ik hier in een enorme school met alleen maar monsters. Je snapt waarschijnlijk wel waarom ik zo nerveus ben.

Ik keek voor de zoveelste keer op mijn rooster om te kijken waar ik precies naartoe moest: lokaal 56E. Eigenlijk had ik niet meer hoeven kijken, want ik kende mijn hele rooster al uit mijn hoofd. Als ze me nu een proefwerk geven over mijn rooster, dan had ik mijn eerste tien al binnen. Gelukkig hingen er wegwijzeringsbordjes met de lokaalnummers. Met alleen de plattegrond van de school en mijn geweldige *kuch kuch* gevoel voor richting zou ik gegarandeerd verdwalen. vijf trappen en twee botsingen later stond ik voor het goede lokaal. Onderweg ben ik tegen een soort van dwerg aangebotst. Zijn hoofd kwam tot aan mijn eerste ribben. Dit zegt nogal wat aangezien ik zelf best klein ben. Daarna struikelde ik bijna over een grote hond. Ik denk niet dat het een gewone hond was maar een weerhond. Een weerhond is een soort weerwolf, alleen in plaats van een wolf kan een weerhond in een hond veranderen. Zo bestaan er ook weertijgers. Misschien bestaan er ook wel weerkatten, weeruilen, weerdolfijnen, weercavia's, weerpissebedden.. Ik hoop echt voor alle weerpissebedden dat weerpissebedden niet bestaan. Ik heb de weerhond niet meer kunnen vragen of hij ook wel of geen weerhond was, want na onze botsing gromde hij naar me waarna ik het een beetje druk had om zo snel mogelijk bij zijn tanden weg te komen.

Ik liep het lokaal binnen en nam de omgeving in me op. Ik stond in een doodnormaal klaslokaal. Ik moest echt mijn best doen om het niet meteen uit te proesten toen ik de docent was. Het was een klein mannetje met witte haren en zijn snor was reusachtig. De linker- en de rechterhelft waren samen wel een halve meter lang en eindigde in een krul. Op de gekke snor na, leek hij echt op een lieve opa. Het klaslokaal begon langzaam vol te stromen en ik besloot dat ik ook maar beter alvast ergens kon gaan zitten. Ik ging naast het raam zitten en kort daarna kwam een vrolijk uitziend meisje met rood krullend haar dat in twee staartjes zat naast me zitten. Ze deed me een beetje aan Pipi Langkous denken. "Hallo" zij Pipi's look-a-like, "Ik ben Marja, ik ben een meermin. Het is dan wel mijn eerste dag op deze school, maar ik weet al super veel over deze school dankzij mijn oudere zus. Die zit al twee jaar op deze school. Ik kijk er al twee jaar naar uit om net als zij op deze school te zitten. aah, ik heb er zo'n zin in. Alleen niet in deze les Vestibuli-geschiedenis. Het is gewoon zo saai en het meeste weet je toch al. Oh sorry, nu zit ik hier maar aan een stuk door te babbelen zonder dat jij je hebt kunnen voorstellen. Hoe heet jij?"

"Een meermin.. ..cool" mompelde ik. Wow, wat kon die meid praten zeg. Ik bekroon haar nu officieel tot Pipi Langkous de tweede. Ze kijkt me aan met haar grote blauwe ogen. Oh ja, ze had gevraagd hoe ik heette. "Hoi, ik ben Sylvia", zei ik. "Yep, meerminnen zijn inderdaad cool. Een meermin zijn heeft wel een paar nadelen, maar het is wel super. Wat voor Vestibuli ben jij?'' vroeg ze me nadat ik na het noemen van mijn naam niets meer zei. "Een oogkleurveranderaar", antwoordde ik. "Een watte?" "Een oogkleurveranderaar, een Mutaculis." "Een watte?". Ze zag er heel lief uit, maar echt snugger was ze niet.

Op dat moment liep er een jongen onze kant op. Hij zag er goed uit, als in super-mega-sexy goed. Zwart haar, groene ogen en heel gespierd. Het zou me niet verbazen als hij een engel was. Ik heb geen idee of engelen echt bestaan, maar als ze bestaan zal hij er vast wel een zijn. Heel even keek hij mij aan en als blikken konden doden zou ik nu dood op de grond vallen. Oké hij is dus zeker weten géén engel. Jammer dat hij meteen weer wegkeek anders had ik hem zelf een dodelijke blik toegeworpen. Ik nam me voor om dat te doen de eerste volgende keer dat hij zou omkijken. "Wow, hij is echt supersexy", fluisterschreeuwde Marja naast me. Voordat ze opnieuw kon vragen watte een oogkleurverandaar is, begon de docent te spreken:

"Welkom op het Monstrosa-college en welkom bij het vak Vestibuli-geschiedenis. Ik accepteer geen gelanterfanter en andere nietsdoenerij in mijn klas. Pak jullie boeken erbij, we beginnen met hoofdstuk één op bladzijde zeven."  Voorzover de spannende monsterles van onze lieve opa, dan gaan we nu over naar de realiteit.

~~~Dit is mijn eerste verhaal. Als er fouten instaan of iemand nog tips heeft hoor ik het graag :) ~~~

The colour of my eyesWo Geschichten leben. Entdecke jetzt