Deel 7: De tweede en laatste kans

518 3 0
                                    

De dag des oordeels was aangebroken. Het was maandag, de dag van Duits. Woensdag was wiskunde aan de beurt. Ze was bloednerveus. Ondanks het feit dat ze in de afgelopen week meer voor Duits had geleerd dan in de afgelopen 4 jaar had ze nog steeds niet het gevoel dat ze het echt kon. Voor iedere vraag die ze goed had, was er ook een fout. Het voelde meer als dom geluk dan als kennis. Maar ze kon er niks meer aan doen. Haar moeder liet haar nog een glas water drinken, om er zeker van te zijn dat Sarah geen hoofdpijn kreeg, en toen vertrok ze.

De toets begon om 10 uur, het was nu negen uur. Het spitsuur kwam tot zijn eind, waardoor de straten akelig stil werden. Waardoor ze alleen maar zenuwachtiger werd, ze zou straks ook al in stilte zitten. Ze begon zelfs een beetje te trillen. Kom op Sarah, je hebt ergere dingen overleeft. Ze wist niet helemaal zeker of dat waar was, maar ze moest hier nu doorheen komen. En angst werkte verlammend, en dat kon ze nu niet gebruiken. Nog steeds angstig kwam ze aan op school. Er was verder nog niemand (in elk geval geen leerlingen) en het enige geluid wat haar vergezelde was het getik van de klok. Terwijl ze nog wat dingen uit haar boek aan het doornemen was voelde ze dat ze naar de wc moest. Ze ging meteen, ze moest hier zo snel mogelijk vanaf zodat ze zich kon concentreren. Godzijdank waren de schooltoiletten wel schoon. Deze plaspauze was haar laatste rustmoment, dus genoot ze er maar even van. En toen moest ze weer door. Nog een kwartier, over vijf minuten moesten ze naar binnen. Er waren nog drie andere leerlingen. Dat was een stuk minder dan ze had verwacht. Maar dan was het wel rustiger. En toen moesten ze naar binnen, hier ging het om. Er was geen terugweg meer.

Ditmaal was het examen in een klein lokaal. Dit was opzich wel fijn, zo voelde het meer als een gewone toets, en minder als een levendbepalend examen. Terwijl ze naar het lokaal liep zag ze al een leraar zitten. Maar ze had haar woordenboek, dus op de gang dingen opzoeken was niet nodig. Eenmaal in het lokaal werden de benodigdheden op tafel gelegt, en ze ging zitten. Nu ze hier zo zat voelde ze zich eigenlijk best ontspannen, het enige wat ze kon doen was haar best. En als dat niet werkte, dan wist ze in elk geval dat ze er alles aan had gedaan. En haar moeder dacht er ook zo over, en daarmee verdween er een grote last van haar schouders. Dit ging lukken. Haar tafel werd nog even gecontroleerd door de docent, en toen kregen ze te horen dat ze konden gaan beginnen.

De positieve mindset wist ze te behouden, voor een indrukwekkende 12 minuten (niet exact getimed). De eerste twee vragen gingen nog wel, maar dat waren multiple choice vragen, daarna ging het rap bergafwaarts. De eerste open vraag kwam ze niet uit. Meteen begon ze te twijfelen. Er kwam een licht gevoel van paniek in haar op. NEE! Door naar de volgende vraag, je moest niet te lang blijven hangen bij iets wat je toch niet wist. En dus ging ze door naar de volgende tekst, om er vervolgens achter te komen dat die alleen nog maar moeilijker was. Zo ging het maar door. Er waren een paar vragen die ze begreep, die maakte ze eerst, en zo ging ze door het gehele examen heen. Toen ze alles wat ze dacht te begrijpen af had keek ze maar eens op de klok. Er was een derde van de tijd verstreken, en ze had ook nog maar een derde van de toets af. Dit ging absoluut rampzalig. Ze wou al bijna opgeven. Maar dan zou ze al helemaal niet met zichzelf kunnen leven. En dus ging ze door. Ze moest het woordenboek vaker gebruiken dan in de gehele afgelopen twee jaar, maar ze had wel het idee dat ze aan het opschieten was.

Maar ze had eigenlijk wel moeten weten dat ze sowieso verdoemd was. De afgelopen weken had ze zo vaak naar de wc moeten gaan vanwegen haar toegenomen hoeveelheid vloeistof inname, en vandaag was geen uitzondering. Binnen no-time moest ze heel nodig naar de wc, en het leek wel alsof haar concentratie vanuit haar hoofd ook naar haar blaas toe was gegaan. En dus werd ze geforceerd om een uitstapje naar het toilet te nemen. Ze had mogelijk een nieuw record neergezet met de snelheid, maar het had haar alsnog gehinderd. En hoewel ze als een speer doorging, kreeg ze het toch niet af. En daarnaast had ze de laatste paar vragen afgeradeld in de hoop om het in elk geval af te krijgen. Maar nee, natuurlijk niet. Ze voelde haar ziel uit haar lichaam vertrekken toen werd verteld dat de tijd op was. Ze had het verkloot, hoe goed ze wiskunde ook maakte, ze zou het niet halen. Het kwam als een klap in haar gezicht, ze was gezakt. Haar woede ging meteen naar haar moeder, als zij haar niet zo veel water had gegeven had ze het op zijn minst af gekregen. Maar diep vanbinnen wist ze zelf ook wel dat dit haar eigen schuld was. De enige troost was dat ze er alles aan had gedaan. En het was in elk geval voorbij, ze wist dat ze het niet ging halen, nu kon ze het ook loslaten. Maar dat maakte het falen niet heel veel beter. En nu bleef er alleen een leeg gevoel achter. De terugreis was een grote waas, ze was op de automatische piloot terug gefietst. Ze had nergens aan gedacht. Ze was zelfs niet meer bang voor wat haar moeder van haar zou vinden, het boeide haar niet meer. Was ze depressief. Ze moest er bijna van lachen, hoe as ze hier terecht gekomen. En wat nu?

De tweede kansWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu