A letter, a necklace and a page

2.7K 108 26
                                    

Geschrokken door de plotselinge stem draait hij om. Hij wil zijn toverstok trekken, maar beseft dan dat hij er geen heeft.
'W-wie ben jij?' Ik glimlach vriendelijk naar hem.
'Kate Verbrugge. Leuk je eens te zien Sirius.'
Hij kijkt snel om zich heen en beseft dan waarschijnlijk hoe ik hier kom. 'Jij was die wolf' mompelt hij. Ik knik. 

'Waarom ben je hier?' Hij kijkt me vragend aan, maar komt wel weer dichterbij. Ik begin mijn zakken leeg te gooien op een schoon deel van het bed.
'Ik kom je spullen brengen waar je waarschijnlijk wel wat aan hebt. Engorgio.' Al het verkleinde eten, kleren en ga zo maar door, worden vergroot. Verbaasd kijkt hij  me aan.
'J-je komt me niet arresteren?' vraagt hij voorzichtig. 

Ik begin zachtjes te lachen.
'Wat denk je zelf? Ik ben een student van 14. Zit bij Harry in het jaar, denk je dat ik jou zal arresteren?' Bij de naam Harry klaart zijn gezicht meteen op.
'Je kent hem? Kan je hem brengen? Kan ik heb ontmoeten?' Hij blijft vragen op me afsturen. 

'Sirius.. Nee, niet nu' 

Hij is meteen stil. 'Maar hij is mijn peetzoon' fluistert hij bijna. Ik knik.
'Dat weet ik Sluipvoet. Ik weet van alles over je en daarom ben ik hier. Omdat ik weet dat je onschuldig bent. Omdat ik weet dat Peter de fucking rat van Ron is.' 

Het is een uur verder en we hebben over ongeveer alles gepraat. Sirius heeft verteld over zijn tijd met de Marauders, zijn ontsnapping uit Azkaban en de poging om Peter te vermoorden. Ik vertelde hem op mijn beurt over Harry, Ron en Hermelien. Over Draco en zijn bloody chicken. En over Remus, die nu als leraar werkt op Zweinstein.

'Ik moet weer gaan Sirius. Heb nog wat dingen te doen' zeg ik. Hij kijkt teleurgesteld, maar knikt. Het is natuurlijk jaren geleden dat hij tegen een normaal iemand heeft gepraat. Ik sta op en loop naar de deur toe. Vlak voordat ik er doorheen ga, draai ik me nog even om.
'Ik zie je weer over een paar dagen, met nieuw eten. Pas op met wat je doet. Heel de toverwereld is naar je opzoek.' en met die woorden verander ik  in mijn faunatenvorm.

Vlak voor het kasteel verander ik terug. De plantenbakken staan nog steeds waar ze altijd staan, hoewel dat erg logisch is. Ik teken het patroon op de pot en het luik verschijnt. De mantel gooi ik over me heen, terwijl ik de brief, ketting en bladzijde in mijn zak stop. Snel loop ik het kasteel weer in, op weg naar de slaapkamers. 

Op mijn bed spreek ik een aantal spreuken uit, zodat mensen mij niet zien en horen. Zo stoor ik niemand, maar kan wel gewoon mijn gang gaan. Voorzichtig leg ik de drie dingen op het bed. Voor het eerst zie ik het bedeltje aan de ketting goed. Het is een rondje met daarin een mooi versierde Z. Hij staat ergens voor, maar ik heb geen idee voor wat. Dat komt later wel. De ketting zelf is in ieder geval erg mooi. 

De brief is handgeschreven, maar niet heel lang. Nieuwsgierig begin ik hem te lezen.

Lieve Olivier, 
De tijd is gekomen. Hij is herrezen en zal achter ons aan komen. Hij zal ons kind willen doden samen met ons. En er is niets wat we ertegen kunnen doen. Je zal deze brief nooit te lezen krijgen, aangezien ik hem veilig op Zweinstein zal verstoppen, maar ik wilde het je wel vertellen. 

De krachten zijn voor mij niet sterk genoeg om hem te verslaan, maar ik zal ze doorgeven aan onze dochter. Zij zal sterk en machtig zijn. Zij zal hem kunnen verslaan. Samen met Harry Potter. 

De profetie is bekend Olivier. Een jongen, geboren als de zevende maand sterft, zal de Heer uiteindelijk verslaan. Dit weet de Heer zelf ook en hij is op zoek naar ze. Onze vrienden zullen het niet lang overleven vrees ik. Ik hoop voor Harry het beste. 

Alleen weet de Heer één ding niet. De profetie sloeg niet alleen op Harry. Niemand kent de volledige profetie, op Albus en ik na. Zij zal hem helpen. Zij zullen samen strijden en samen hem verslaan. Zonder haar hulp zal het hem niet lukken. Onze dochter Olivier. Onze dochter zal de Heer van het Duister uiteindelijk verslaan. We houden Noah dichtbij ons, maar zullen Katharina bij Dreuzels onderbrengen. Zo zal Jeweetwel achter ons en Noah aan gaan en niet achter Katharina. Je merkt dat ik haar voornaam niet noem, maar in plaats daarvan haar tweede naam. Zo zullen ze haar nooit opsporen, zelfs niet als deze brief in verkeerde handen valt.

Ik stop mijn ketting bij de brief. Ik heb hem betoverd, zo zal degene die hem draagt het nooit te warm of te koud hebben. Maar er is een waarschuwing voor de vinder. Alleen een ware afstammeling zal hem kunnen dragen. 

Ik hou van je Olivier, met heel mijn hart.
P.S: We geven hen mijn achternaam. Dan zal iedereen hun krachten respecteren.

Julia

Beduusd staar ik er naar. Heftig. Er is dus iemand naast Harry die Voldemort zal verslaan? Maar wie is dat dan? Katharina is niet haar eerste naam. En wie is die Julia, en die Olivier? En haar achternaam? De brief heeft verder geen duidelijke informatie, dus ik leg hem maar met een zucht weg. 

De laatste. De bladzijde. Het is een stamboom, dat was me al meteen opgevallen. Ik pak het blaadje en haal hem dichterbij. 

'Stamboom Zalazar Zwadderich'

Vlug lees ik de personen op de stamboom door. Zalazar Zwadderich had een zus, die trouwde met een Mergel. Deze kregen een zoon, die vervolgens ook weer twee kinderen kreeg: Merope en Morfin Mergel. Merope kreeg Marten Vilijn. En dan zie ik iets staan waardoor mijn ogen wijd open schieten. 

Merope heeft met haar broer ook een dochter gekregen. Julia Mergel. Zijn heeft samen met ene Olivier een dochter gekregen, die ze haar achternaam hebben gegeven. De voornaam staat niet op de bladzijde. 

Hun dochter is nooit bekend geworden. 

Maar ze leeft nog steeds.

En ze zal Voldemort samen met Harry uiteindelijk verslaan. Zij zal de krachten van haar moeder hebben en zo machtiger zijn dan Voldemort. Zij zal het Merk niet dragen. Zij zal haar ouders misschien nooit meemaken. 

Verward laat ik me op bed vallen. Deze spullen zijn van Julia Mergel geweest. Deze brief heeft zij geschreven. Deze bladzijde heeft zij uit een boek gescheurd. En.. De ketting! Snel schiet ik weer omhoog. Waar heb ik dat ding gelaten? Ik zie uiteindelijk onder de bladzijde het gouden bedeltje uitkomen. 

Mijn oog valt op de hoek van de bladzijde. De Z staat erop. De puzzelstukjes vormen langzaam een complete puzzel. Dit is de betoverde ketting. Een ketting die alleen een volwaardig afstammeling zou kunnen dragen.

Ik slik even en stop hem in de zaak van mijn gewaad, net zoals de bladzijde en de brief. Dan val ik in een onrustige slaap.

Slytherin girlWhere stories live. Discover now