19. Nieuwe badboy

20.6K 662 52
                                    

-          Julia

Sfeervolle muziek is aangezet, eten is op de aanrecht verzameld en handen zijn gewassen. Het ziet er veelbelovend uit. Er staat van alles: ui, knoflook, gehakt, tomatenpuree, tomaten, mozzarella, boter, bloem, melk, suiker en alle andere ingrediënten voor een lekkere, zelfgemaakte lasagne. En hoe leuk ik het ook vind om te koken, een echt natuurtalent ben ik niet. Mam daarentegen wel. Haar gerechten zijn heerlijk. 

'Oké, als jij de knoflook in stukjes snijdt verwarm ik alvast de tomatenpuree.' Ik knik en pak uit een kastje een snijplank en een mesje. Op de muziek en ons geklets na is het stil in de keuken. Pap is nog aan het werk en Finn is met vrienden uit. In alle rust snij ik de knoflook steeds wat kleiner. Soms is het zo stil dat ik hoor hoe het mesje met een tik de snijplank raakt. Het snijden is rustgevend. Of is dat nou weer een gestoorde gedachte? 

De stilte wordt verstoord door het gekletter van een pan die op de grond is gevallen. 'Kut.' Ik lach om mams gescheld en help haar. Niet veel later is alles goed voorbereid en kunnen we de lasagnevellen opvullen met de verse ingrediënten. De bak doen we in de oven en nu moeten we 45 minuten wachten. Ik open de kraan, sop mijn handen goed in met zeep en laat het water zijn werk doen. Net als ik mijn handen met een handdoek droogmaak gaat de bel.

'Wat doe jij hier?' zeg ik met grote ogen. Hij geeft me de kans niet de deur voor zijn neus dicht te smijten, vlug zet hij een stap naar binnen en sluit de deur. Ik slik en kijk hem niet begrijpend aan. 'Als jij binnen twee seconden die deur niet uit bent ga ik zo hard schreeuwen da-'

Een duw. Anders dan de andere keren. Het komt dwingend en ongeduldig over. Met een klap kom ik tegen de muur van de gang aan. Het doet pijn. Ik schrik. Vlug en geïrriteerd komt hij tegen me aan staan. Hij houdt geen centimeter ruimte tussen ons in. Anders dan gewoonlijk. Ook zijn arrogante, waarschuwende en tikje flirterige woorden laat hij achterwegen. Zijn handen leunen op mijn schouders en laten zich soepel over mijn armen naar mijn heupen glijden. Zijn ogen staan anders. Niet goudbruin, eerder donker. Duister. Gevaarlijk. 

'Geen gezeik nu. Laat me gewoon.' Zegt hij met een zware stem. Die woorden. Zijn blik. Dit is niet goed. Ik wil gaan roepen, maar mijn lippen worden ruw door de zijne aangeraakt. Het voelt als een elektrische schok, een overdosis rillingen over mijn rug. Ik probeer hem weg te duwen. Maar zijn armen, benen en zelfs zijn lippen houden me tegen. Ik sla paniekerig tegen zijn borstkas aan waardoor hij me uiteindelijk stopt met zoenen. 

'Godverdomme Milan! Doe normaal! Mam!' roep ik. Waarom komt ze nou niet? Ze moet alles toch gehoord hebben?

Voor ik het weet lig ik in bed. Ik ben in de war en ik draag niet meer dan mijn korte pyjamashort en doorzichtige hemdje. Als ik opzij kijk zie ik Milan opeens naast mijn bed staan. 'Nee!' roep ik. Mijn woorden dringen niet tot hem door. Hij komt over me heen liggen en kijkt me zuchtend aan. Zijn ogen bekijken me van top tot teen. Ik ben razend. Hoe durft hij! Ik wil schreeuwen, maar mijn stembanden werken niet mee. Ik wil hem slaan. In een reflex houdt hij me tegen door mijn pols pijnlijk beet te pakken.

Met wijsvinger en duim trekt hij plagend aan mijn hemd. Ik schrik en probeer uit alle macht uit zijn greep te komen. Het lijkt onmogelijk. Tranen schieten in mijn ogen. Ik wil dit niet... ik wil dit niet! 

'Ik wil dit niet.' De woorden komen eindelijk uit mijn mond. Het klinkt zachtjes, slap en schor. Maar hij heeft me gehoord. Hij komt met zijn lippen dicht bij mijn oor: 'wat jij wilt interesseert me niet.' Fluistert hij nu duister. 

'Blijf af! Milan laat me los! Help!' roep ik nu hysterisch. Het enige wat hij doet is lachen.

Piep, piep, piep. Korte stilte. En weer opnieuw. Piep, piep, piep. Het is een vreselijk irritant deuntje, maar het werkt goed als een alarm. Mijn ogen knijpen even samen, knipperen en gaan uiteindelijk open. Opgerold onder de deken lig ik vermoeid op bed. Het vertrouwde, dikke kussen onder mijn hoofd. 

Piep, piep, piep. Gedwongen sla ik de deken van me af. Ik stap uit bed om het alarm uit te zetten. Mijn armen strek ik en daarbij zucht ik overdreven. Voor even lijkt mijn hoofd op te moeten starten, maar dan schieten gedachten en herinneren weer door me heen. Mijn hart houdt er voor een seconde mee op. Een naar gevoel van stress, angst en paniek schiet door me heen. 

Milan. Hier in huis. Bij de muur. Op het bed. Mijn bed. Mam die niets doorhad. 

Ik adem diep in en uit. Ik probeer mezelf gerust te stellen. 'Het was maar een droom Julia. Alleen maar een droom.'

Het is stil aan tafel. Pap heeft zijn werkpak alvast aan en leest de laatste tien minuten voor zijn vertrek nog even de ochtendkrant. Mam drinkt haar kop koffie. Ik kauw zonder het gevoel van honger op mijn broodje kaas. Elke keer als ik naar Finn kijk gaat er een flits voor mijn ogen en zie ik het beeld weer. Het beeld waarin Milan uithaalt met zijn vuist en Finn daarbij pijnlijk raakt. Er zit inmiddels een gekleurde plek op zijn gezicht. "Bal in mijn gezicht tijdens de training," heeft hij tegen mam en pap gezegd. Hij heeft me daarna met een bepaalde manier aangekeken. Ik begrijp hem wel. Hij schaamt zich ervoor. Hij wilde mij beschermen en dat pakte niet goed uit. 

Ik heb spijt. Ik had Milan de kans niet moeten geven om mijn pols vast te pakken. Mij lastigvallen is, met alle kracht die ik heb, nog te verdragen, maar mijn familie of vrienden? Daar moet hij met zijn poten van afblijven. Ik voel me algauw boos worden en knijp mijn hand samen. 

'Ik ga.' Voor ik de kans heb hem gedag te zeggen is Finn op zijn scooter verdwenen. 'Die heeft haast.' Zegt pap en legt daarna zijn krant weg. 'Ik ga ook. Lieverd, heb je een lift nodig?' Mam schudt haar hoofd. 'Ik ga zo. Veel plezier op werk.' Ze geven elkaar een vlugge kus en uiteindelijk blijven mam en ik over.

'Gaat alles goed met je Julia?' Ik kijk haar een beetje verbaasd aan. 'Ja, hoezo?'

'Nou gewoon, het valt me op dat je de laatste tijd wat stiller bent dan normaal.'

'Oh. Nou, ik ben gewoon een beetje moe.' Zeg ik uiteindelijk.

Eenmaal op school aangekomen probeer ik mezelf te herstellen. Hoeveel drama Milan me ook bezorgt de afgelopen dagen, ik begin eraan te wennen. Hoeveel gedachtes en vragen er ook door me hoofd heen gaan, hoeveel emoties er ook worden opgewekt; ik blijf cool. Ik blijf rustig. Hem laten merken dat hij invloed op me heeft is wel het laatste wat ik wil. 

Als ik de juiste boeken heb gepakt en ik mijn kluisje sluit zie ik Luna op me aflopen. We groeten elkaar. 'Waar is Hannah?' vraag ik. 

'Ze is ziek, ze blijft vandaag thuis.' Ik knik. We lopen de gangen door en net als we een hoek omgaan bots ik tegen iemand op. Als vanzelf wil ik roepen dat Milan me met rust moet laten, maar ik kan nog net mijn woorden inslikken. Het is Milan namelijk niet. Het is Ruben. 

Hij kijkt me met een nieuwsgierige blik aan en bekijkt me snel van top tot teen. Luna bekijkt hij ook even, maar zijn ogen zijn algauw weer op mij gericht. 'Als dat het nieuwe liefje van Milan niet is, dé Julia uit 5-vwo.' Luna en ik kijken elkaar met gefronste wenkbrauwen aan. 'Dé Julia?' herhaal ik. Hij grijnst om mijn reactie. Zijn glimlach is al net zo aantrekkelijk als die van Milan. De gedachte is in me opgekomen voor ik het doorheb. 

Ruben Vlaren. 17 jaar, 5-havo en al net zo'n player als Milan. Er is een reden dat ik hem van naam ken. Het probleem bij players geldt ook bij hem; hij is erg knap. Blond haar, prachtige blauwe ogen, vlotte manier van flirten en een gespierd lichaam. 

'Ik ben zijn liefje niet.' Zeg ik en kijk hem daarbij recht in de ogen aan. Hij lijkt mijn zelfverzekerde houding wel leuk te vinden. Ik verwacht een botte reactie of een arrogante opmerking. In plaats daarvan knikt hij. 'Oké. Ik geloof je.' Hij ziet mijn ogen groot worden. 'Niet elke "badboy"  is zoals Milan.' Hij knipoogt en met die woorden loopt hij door. Ik sta nog steeds stil. Luna lacht, omarmt me en trekt me mee. 

'Als alle drama dan toch gaat gebeuren ben ik toch voor team Ruben.' Ik kijk haar aan en er verschijnt uiteindelijk een glimlach op mijn gezicht. 

Eens een badboy altijd een badboyWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu