16.1 - Waarom ik speelde

14 6 2
                                    

Waarom ik speelde

Ik kreeg Nathan zijn woorden maar niet uit mijn hoofd. Ze bleven maar malen. Welke puzzelstukken gebruikte ik dan? Of beter wiens puzzelstukken gebruikte ik? 

Hoe waren we zelfs op die metafoor gekomen? Oké, ik was zelf over die puzzel begonnen, wat achteraf bekeken niet zo slim was, aangezien ik er nu zelf niets meer van begreep.

Ik wenste dat ik nu met hem kon gaan praten. Ik weet niet waarom, maar als hij zei dat alles wel goed zou komen, geloofde ik hem zonder enige twijfel. Hij was de enige die mijn razende gedachten tot rust kon brengen en me hielp ze te begrijpen.

Jammer genoeg ontweek hij me al de hele week. Ik had geprobeerd naar hem toe te gaan, maar dan ging hij er steeds in de andere richting vandoor. 

De eerste keer stelde ik me er geen vragen bij, want misschien had hij me niet gezien, maar hij deed het keer op keer en zijn vrienden deden ook al zo raar. Als ik hen passeerde in de gang, wisselden ze allerlei blikken. Van die blikken die meer zeggen dan duizend woorden. Het probleem was dat ik hun taal niet sprak. Ik had dus geen flauw idee wat ze dachten of wat ze over me vertelden als ik er niet was.

Ik had aan Kriss kunnen vragen of haar broer misschien mijn naam in één van hun gespreken had laten vallen, maar dat zou ik nooit zonder blikken of blozen kunnen. Dan zou ik haar over de omhelzing moeten vertellen en die herinneringen hield ik liever nog even voor mezelf. Als ik ze deelde met Kriss of wie dan ook, verloren ze misschien hun glans.

'Celeste!'

Ik schrok op toen het bazige meisje uit het zesde, dat de leiding had, me riep. Ik liet van het schrikken de partituren vallen die ze een halfuur geleden in mijn handen had gedrukt. Ik zag haar met haar ogen rollen en verschillende mensen lachten. Ik stamelde wat excuses en met rode wangen bukte ik om ze weer te verzamelen.

Kriss die samen met James aan de andere kant van de zaal aan het werk was, haastte zich mijn kant op en hielp me met oprapen. Voor ze weer verderging met de inrichting van de bar, gaf ze me nog een bemoedigend kneepje in mijn hand. Ik probeerde me te herinneren waarom ik hier in Godsnaam weer aan was begonnen toen ik richting het enorme podium schuifelde, waar een heuse vleugelpiano op me stond te wachten.

Het was een regenachtige donderdagmiddag en in plaats van in de les te zitten, was ik al een halfuur angstig naar een piano aan het staren in de sporthal. Ik had nog nooit zo verlangd naar de monotone stemmen van mijn leerkrachten, nog nooit zo verlangd naar de saaiheid van het klaslokaal. Het was er misschien saai, maar dat bood ook veiligheid.

Om mezelf wat af te leiden liet ik mijn blik nog eens door de zaal glijden. In onze enorme sporthal was er geen enkel sportelement meer te bespeuren, zelfs de basketbalring was volledig gecamoufleerd met lichtjes. De hele zaal was omgebouwd tot een negentiende-eeuwse-balzaal. Ze hadden zelfs fake kristallen lusters opgehangen. Er was zo te zien kosten noch moeite gespaard.

Jammer genoeg was ik hier niet alleen als toeschouwer. Ik had me enkel opgegeven om een paar nummers te spelen op het feest zelf, maar nu bleek dat je dus ook geacht werd te helpen met de voorbereidingen. Als ik op voorhand had geweten dat ik de hele middag door Natascha zou worden rond gecommandeerd, had ik wel tweemaal nagedacht. Natascha was het meisje uit het zesde met de leiding, die daarnet nog met haar ogen rolde.

Ik stond hier te trillen op mijn benen en wilde dat ik bij Kriss en James kon gaan staan, maar zij waren bij een ander team ingedeeld. Haar lach vloog naar me toe van de andere kant van de zaal. Zij en James stonden samen keihard te lachen en als ik hen niet gekend zou hebben zou ik hebben gedacht dat ze een koppel waren. James maakte haar aan het lachen en Kriss keek hem met zo een vreemde blik aan, vol aanbidding.

Terwijl zij samen met de rest van de cateringgroep tafels aan het installeren waren, probeerde ik de trillende handen van mijn compagnon te negeren, want haar handen herinnerden de mijne eraan om ook te trillen. 

Ik begreep ergens wel waarom ze stond te trillen van angst. Natascha had zo één of andere geflipte dictator uit een film kunnen zijn. Ons derde lid had ze al weggejaagd, want ze wilde háár gasten hun gehoor niet beschadigen met haar vreselijke vioolspel. 

Natascha was de laatste persoon met wie ik bevriend zou willen zijn. Ze was een dictator die de mensen die haar willen helpen als slaven behandelde, maar ze had misschien wel een béétje gelijk over het vioolspel. Als de jongen met zijn viool een noot juist speelde was dat volgens mij per ongeluk. Hij was inderdaad niet zo goed als hij zelf dacht.

De handen van het jongere meisje naast me begonnen opeens met grote schokken te fladderen. De reden daarvoor was de grote groep vijfdejaars die langzaam aan binnen druppelden. De leerkracht die toezicht hield, maande de grote groep met moeite tot stilte. 

De leerkrachten stonden erop dat er tijdens het feest minstens één traditionele wals werd gedanst. Er was veel protest tegen gekomen, maar dat hat meneer Muller meteen de kop in gedrukt. Het was één traditionele dans of de Schuhplattler dansen. De keuze werd, niet verassend, maar snel gemaakt.

Daarom was ik hier ook. Als het aan mij had gelegen was er gewoon een cd opgezet tijdens de repetitie, maar daar had Natascha niets van willen weten. Ze wilde alvast weten wat haar muzikanten in hun mars hadden en indien nodig kon ze ons dus ook al vervangen, wat ze er natuurlijk niet luidop bij zei.

Terwijl ik naar het podium liep herhaalde ik dokter Falcons woorden als een mantra: "Zie het als een oefening." 

Ik probeerde rustig te blijven ademhalen toen de piano steeds dichter bijkwam. Ik haalde nog een laatste maal diep adem, voor ik voorzichtig plaatsnam op het bankje en de klep optilde. Voor de eerste keer bekeek ik de partituren die gekregen had aandachtig en herkende bijna onmiddellijk Beethovens Für Elise. De herinneringen die bij dit lied naar boven kwamen drukte ik direct weg.

'Deze keer stel ik je niet teleur,' beloofde ik hem. Met trillende handen legde ik de partituren op het bankje naast me neer, die zou ik toch niet nodig hebben.

Iedereen nam zijn plaats in op de dansvloer. De ene zocht nog snel een partner terwijl anderen stonden te bidden voor een snelle afloop. Voor de laatste maal keek ik naar de partituren en zonder enige twijfel duwde ik ze van het bankje. 

De partituren gleden op de grond en verspreiden zich over de grond. Ik hoorde van ver Natascha vaag iets foeteren over mijn onhandigheid. De meeste paren stonden al klaar en toen ik mijn vingers op de toetsen plaatste, negeerde ik Natascha die stampend op me afkwam. De mensen om me heen verdwenen gewoon. Zonder al te veel na te denken, duwde mijn vingers een voor een de juiste toetsen in en vonden mijn voeten de juiste pedalen.

De dansende paren in de sporthal vervaagden en de ruimte begon zich te hervormde zich naar het beeld uit aan lang onderdrukte herinnering. De plastieken vloeren maakten plaats voor hardhouten en de bakstenen muren werden vervangen voor behang. De ruimte vulde zich met allerlei oude belangrijke mensen uit de muziekwereld.

De plaats waar zowel mijn ergste als mijn mooiste herinnering plaatsvond had er nog nooit zo echt uitgezien.

De plaats waar zowel mijn ergste als mijn mooiste herinnering plaatsvond had er nog nooit zo echt uitgezien

Oups ! Cette image n'est pas conforme à nos directives de contenu. Afin de continuer la publication, veuillez la retirer ou télécharger une autre image.
Het Levenslied van CelesteOù les histoires vivent. Découvrez maintenant