Deel 46♡

335 14 14
                                    

Vond dit liedje wel bij dit hoofdstuk passen :)

Pov Emma
Zuchtend draai ik me om. Handen om mijn lichaam draaien me gelijk weer terug. Wat is dit? Nog een poging wagend, draai ik me weer om.

"Kijk uit." Voor de tweede keer draaien de handen me terug op mijn plek. "Je valt."

Geërgerd open ik mijn ogen. Nu pas merk ik dat ik op Enzo zijn schoot lig. "Waar ben ik?"

"Op een magische wolk." Klinkt er sarcastisch achter mij.

Ik duw mezelf omhoog, weg van Enzo zijn schoot. "Oh, hoi." Reageer ik op Dex die op de andere bank zit. Naast hem ligt Kevin op de bank te slapen. Op de andere bank zit Art, die voor zich uit staart alsof hij een geest heeft gezien. Of zelf een geest is, zo bleek is hij namelijk.

Ik kijk weer terug naar Enzo. "Er zit bloed op je shirt." Deel ik hem mee.

Hij kijkt naar onder. "Dat is tomatensaus." Zo snel als hij kan verandert hij het onderwerp. "Je praat in je slaap." Enzo kijkt me onderzoekend aan. "Wie is Jax?"

"Uhm.." Mijn mond wordt droog. Als ik zeg wie Jax is, wordt hij hoogstwaarschijnlijk boos. "Mijn neef."

"Oh." Zijn blik lijkt door mijn ziel heen te kijken. "Interessant."

Zeer ongemakkelijk door zijn blik, kijk ik de andere kant op. "Zo interessant is het niet hoor."

"Dat kan het wel worden." Kaatst Enzo terug.

Nu kijk ik wel op. "Wat bedoel je daarmee?"

"Niks." Zijn grijns verraadt dat het een leugen is. "Niks wat jou aan gaat in ieder geval."

Oké. Ik ben echt even klaar met deze gast. Terwijl ik met mijn ogen rol, sta ik op.

"Waar denk jij heen te gaan?" Houdt Enzo zijn stem mij tegen.

"Naar boven." Ik begin te lopen.

Een sterke grip om mijn arm houdt me tegen. "Had ik gezegd dat je kon gaan?"

Gefrustreerd draai ik me om. "Ik heb geen toestemming nodig." Reageer ik alsof ik bepaal wat hier gebeurt, ookal weten we allebei dat dat niet zo is.

"Oh dat is raar." Enzo fronst. "De laatste keer dat ik het checkte, had je dat namelijk wel nodig."

Boos trek ik mijn arm los, die Enzo gelijk weer vast pakt. "Dan is het blijkbaar veranderd."

"Nee." Hij trekt me hardhandig naar hem toe. "Jij gaat pas wanneer ik zeg dat het mag." De plotse serieuze toon in zijn stem maakt me bang. "Dus nu ga jij braaf op die bank zitten en houd je je mond. Capiche?"

"Nee." Reageer ik tot mijn eigen verbazing. "Nee, niet 'capisch'." Bespot ik hem. Met een harde zet, duw ik hem van me af. "Serieus, val dood." Met trillende benen storm ik de kamer uit.

"Kom terug." Hoor ik zijn harde stem.

Maar ik ben dom, ik luister niet. Boos ren ik de trap op. Ik ren door de gang, in een random kamer verstop ik me. Gelukkig is er niemand.

Voetstappen draven de gang door. "Emma!" Klinkt het hard. "Kom hier."

Geschrokken zet ik een stap naar achter. Ik bots per ongeluk tegen een bureau aan. Met grote ogen kijk ik toe hoe een glas omvalt en naar de rand toe rolt. In een wanhopige poging probeer ik het glas tegen te houden, maar het is al te laat. Het glas valt in tientallen stukjes kapot op de grond.

Mijn blik verplaatst zich naar de deur, in angst afwachtend tot Enzo hierin verschijnt. Net wanneer ik denk dat hij het niet heeft gehoord, vliegt de deur open.

Ontkoppeld!!Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu