43 - Barsten

17 3 0
                                    

Diaval probeerde de uitdrukking op Alesana's gezicht te begrijpen. Hij zag dat ze aarzelde, maar waarom ze dat deed was hem onbekend.

Ze schraapte haar keel. 'Ik eh... ik weet daar niets van.' Ze keek Roran niet aan. Hem ook niet. 'Misschien was het een droom? We zijn samen de Moren binnengegaan om mijn vader te vinden. Hij is al een paar weken vermist. Diaval... Diaval is al een tijdje bij ons. Hij helpt ons.'

Diaval kreeg het gevoel alsof er staartpennen uit zijn lijf werden gerukt, zelfs al had hij die op dit moment niet. Alesana loog. Hij had haar nog nooit horen liegen en het veranderde zijn hele beeld van haar. Alsof er zwarte vegen op haar smetteloze gezicht kwamen.

Hulpzoekend keek ze hem aan. Moest hij die leugen beamen? Verwachtte ze dat echt van hem? Hij begreep niet waarom ze Roran de waarheid niet vertelde. Ze hadden hun relatie toch verbroken? Had Alesana daar spijt van? Wilde ze het zo rechtbreien? Hij wist niet eens wie van de twee er een punt achter had gezet. Misschien hoopte Alesana wel op een tweede kans.

Moest hij haar die geven? De gedachte dat die twee samen zouden zijn was amper te verdragen. Maar wat als dat haar echt gelukkig maakte? Of was dat niet mogelijk? Uit leugens kwam niets goeds voort, dat wist hij zeker. Toch probeerde hij op Alesana te vertrouwen. Ze deed dit vast niet zonder goede reden.

'Ja,' hoorde hij zichzelf zeggen. Hij had er meteen spijt van, maar terugkrabbelen durfde hij niet. 'We hebben ontdekt wie haar vader heeft gevangengenomen.'

Hij slikte, had het gevoel dat hij in brand stond. Dat was nog wel de waarheid geweest. Alesana's leugens leken om hem heen te zweven, hem te verstikken. Hij kon er niet in blijven staan, wachtend totdat ze ook hun sporen op hem achterlieten. Al hadden ze dat vast al gedaan.

Natuurlijk was had hij weleens dingen voor iemand verzwegen. Heel vaak zelfs. Maar recht in iemand zijn gezicht een leugen uitspreken was nieuw voor hem.

'Ik... ik ga kijken of ik het kamp van de Grimm kan vinden.' Hij wilde bij hen weg, hoe tegenstrijdig dat ook voelde. Voordat Alesana hem kon ompraten, draaide hij zich om en nam zijn vogelgedaante aan. Deze zoektocht had al te lang geduurd. Hoewel hij zijn tijd met Alesana zo veel mogelijk had willen rekken, veranderde dat nu ze gezelschap hadden gekregen. Gezelschap dat ervan overtuigd was dat Alesana en hij een koppel vormden, bij elkaar hoorden. En Alesana liet hem in die waan. Als het werkelijk een waan is. Misschien ben ik wel degene die aan wanen lijdt.

Diaval bleef bijna de hele middag weg. Hij vond het kamp van de Grimm, aan de rand van de rivier die hen naar de grot van Alesana's moeder had gevonden. Het was ironisch hoe dicht Alesana's ouders bij elkaar waren.

Toch keerde hij niet meteen terug. Hij voelde zich bezwaard, zijn gevoelens trokken harden aan hem dan de zwaartekracht. Hij veranderde in een mens en leunde hijgend tegen een boom. Dit was niet goed. Hij had zichzelf niet genoeg onder controle. Ontsteltenis, twijfels en jaloezie raasden door zijn lijf en het was veel meer dan een vogel kon hebben.

Te voet liep hij terug. Bij iedere stap die hij dichterbij kwam, werd hij meer vastberaden van het besluit dat hij had genomen. Hij zou Alesana dwingen om de waarheid te vertellen, voordat hij zichzelf te gronde richtte. Hij kon hier niet fatsoenlijk mee omgaan. Zijn vleugels konden geen leugens dragen en hij wilde niet neerstorten, hoe zeer hij haar ook liefhad.

Ze moest Roran de waarheid vertellen. Als ze dat niet deed, dan stond ze er alleen voor. Diaval wist niet of hij werkelijk zo sterk in zijn schoenen stond om haar achter te laten, maar hij hoopte wel dat hij zo duidelijk kon maken dat hij het niet met haar eens was en de leugens niet goedkeurde.

Hunters ✔ [Nederlandse versie]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu