Hoofdstuk 13

18 10 11
                                    

'Alice, wakker worden!' roept James in mijn oor, waardoor ik me omdraai en mijn hoofdkussen naar hem toe gooi; die naast hem beland. Wat kan ik toch goed gooien.

'Alice, we zijn even gestopt bij een land om eten, bier en geld te stelen en al die dingen, kom je? Je mag meehelpen, maar als je betrapt wordt hebben we een groot probleem.'

Ik spring gelijk op en kijk James met een grote glimlach aan. 'Waar wachten we op!?'

Ik loop direct mijn cabine uit naar boven terwijl ik mijn haar kam met mijn vingers.

Als ik boven aankom zie ik alle bemanningsleden al klaar staan om te vertrekken, waardoor ik er blij bij ga staan.

'We moeten nu in kleine bootjes naar het land varen. Ga je met mij, Bjorn, Benjamin en James in een bootje?' vraagt Raymond waardoor ik blij mijn hoofd knik. 'Waar is James eigenlijk?'

Benjamin wijst naar het achterdek waar ik James zie staan. Hij zwaait naar mij waardoor ik glimlachend terug zwaai.

'Kom we kunnen gaan,' zegt Raymond die me mee trekt naar Bjorn en Benjamin.

'Komt James nog?' vraag ik aan de jongens waardoor ik een tikje op mijn schouder krijg. 'Ow hey James,' grinnik ik en draai me om naar James die me een knuffel geeft.

'Laten we gaan!' roept hij enthousiast en trekt mij mee een bootje in.

Als we alle vijf in het bootje zitten, kunnen we eindelijk vertrekken. Het is echt lang geleden dat ik terug iets kan stelen, ik heb er echt zin in!
 
~•~•~•~

Als we op het land aankomen zie ik veel mensen druk heen en weer lopen bij winkels en kraampjes.

'Oké jullie weten wat jullie moeten doen, om twee uur zie ik jullie terug op het schip. Als je er niet op tijd bent, vertrekken we zonder jou,' zegt Chris waardoor iedereen knikt en weg loopt.

Ik loop zelf ook weg richting een winkeltje waar ik binnen stap.

Een vrouw loopt naar me toe en glimlacht vriendelijk. 'Kan ik u helpen?'

Ik schud mijn hoofd waardoor ze terug weg loopt met een glimlach op haar gezicht. Waarom deed ze zo aardig? Ik heb eigenlijk nog nooit zo iemand gezien, die komt vragen of ze kan helpen.

Ik houd mijn schouders op. Ze zal het wel moeten zodat ze meer geld krijgt.

Ik loop wat door de rekken van de winkel tot mijn ogen iets blinkend op de grond zien. Een muntstuk!

Ik loop er zachtjes heen en stop het in mijn broekzak. Het is niet veel, maar dan kom ik zeker met iets het schip op.

Ik kijk weer wat om mij heen en loop daarna het winkeltje uit naar een volgende winkeltje.

In een ander winkeltje waar ik binnen stap zie ik allemaal rekken vol eten, drinken en allemaal soort bier.

Ik kijk naar de kassa waar niemand staat waardoor er een grijns op mijn gezicht tevoorschijn komt.

Ik kijk om mij heen of er iemand te zien is en loop dan zachtjes naar de kassa.

Ik doe de kassa open en zie kei veel muntstukken die ik allemaal ik mijn broekzakken stop.

Mijn broekzakken zitten vol maar er zijn nog muntstukken waardoor ik een zakje pak die naast de kassa ligt en alle muntstukken erin gooi.

Snel loop ik het winkeltje uit voordat iemand mij betrapt.

Als ik terug naar een bootje loop hoor ik iemand van de winkel waar ik het geld stool kei hard vloeken waardoor ik sneller begin te lopen.

In het bootje zitten Bjorn, Benjamin, Raymond en James al met flessen bier, water en allemaal eten.

'Kom snel!' roept Bjorn waardoor ik het bootje in sping en ze snel beginnen te roeien naar het schip.

'Hoelang hadden jullie op me gewacht?' vraag ik als Bjorn en Benjamin roeien.

'Niet zo lang, James hier is er ook nog niet zo lang,' lacht Raymond die James een por geeft.

Ik grinnik. 'Gelukkig, hoe laat is het eigenlijk?'

Bjorn haalt een horloge uit zijn zak die hij gestolen heeft en kijkt naar de tijd. 'Het is bijna twee uur.'

Ik knik waardoor we in stilte naar het schip toe varen.

Als we bij het schip aangekomen zijn, spring ik het bootje uit en ga met de jongens bij de andere bemanningsleden staan.

'Oké iedereen is er, gooi allemaal alles wat jullie hebben gestolen in het midden van dit schip,' zegt Chris waardoor we in een cirkel gaan staan en een paar bemanningsleden bier in het midden leggen.

Mogen we het niet zelf bij houden? Dat is stom...

Als laatste kijken ze naar mij. 'Heb je wel iets kunnen stelen?' vraagt Dylan die zijn lach in moet houden. Een paar jongens beginnen ook te lachen waardoor ik mijn ogen rol.

Chris komt naast mij staan en legt een hand op mijn schouder. 'Het is niet erg hoor.'

Ik schud mijn hoofd en gooi grinnikend mijn zak vol muntstukken in het midden en haal daarna nog muntstukken uit mijn broekzakken. 'Is dit goed?' vraag ik grijnzend waardoor sommige mij verbaasd aankijken. 'Hoe, hoe kan dat?'

Ik grijns. 'Dat is voor jullie een vraag en voor mij een weet.'

PiratenbloedWhere stories live. Discover now