~ 9 ~

456 51 10
                                    

We zijn allemaal te verbaasd om te reageren. Een van de meisjes strijkt haar lichtblonde haar uit haar ogen. "Tenminste, dat waren we", zegt ze. "Wat?" Vraag ik bedenkelijk. "Wat bedoel je?" "Nou, Artemis moest een bezoekje brengen aan Olympus. Soms doet ze dat gewoon. Ze is meestal binnen een dag of twee weer terug. Met de hele groep hebben we een week gewacht. Toen we besloten dat we maar moesten gaan kijken, hebben we drie meiden naar Olympus gestuurd. Eigenlijk mag het niet, maar... Nood breekt wet. Dus die drie zijn gegaan. Halfbloeden, dat wel. Anders kwam je niet binnen. Alleen... Ze zijn nooit terug gekomen..." "Oh..." Zeg ik fronsend. "Na anderhalve week besloten we maar op te splitsen. Nu zijn we door het hele land aan het reizen, op zoek naar een oplossing..." "Wat vervelend", zegt Lauren, en ze kijkt de meiden vol medeleven aan. "Ik ben trouwens Luna", zegt het blonde meisje. "En ik Thalia", zegt de ander, met pikzwart haar. "Wow, wacht. Thalia Grace?" Vraagt Leo met grote ogen. "Dochter van Zeus?" "Eh, ja..." Zegt Thalia, kijkend naar Leo alsof hij een gestoorde fan is. "Cool!" Zegt hij. "Wie zijn jullie?" Vraagt Thalia, Leo negerend. "Eh, dat is Finn, zoon van Athena, Lauren, dochter van Ares, Leo, zoon van Hephaestus, en ik ben Ava... Dochter van Apollo", zeg ik. "Oeh, Apollo!" Zegt Luna opgewekt. "Dan zijn we praktisch nichtjes!" Ze geeft me een dikke knuffel. "Eh, denk 't..." Zeg ik onzeker. Thalia grinnikt. "Dus. Wat komen jullie hier doen?" Vraagt Thalia. "We moeten naar..." Ik kan op net op tijd mijn mond houden... "We zijn op zoek naar een god", zeg ik, en ik leg alles uit over de voorspelling. "Oh my gods..." Zegt Luna, en ze kijkt dramatisch om zich heen. "Dat betekend dat Artemis gevangen zit!" "Een zombieman in de trein... We hadden het kunnen weten", zucht Thalia. "Bedankt voor het redden", zeg ik met een glimlach. "Geen probleem. Nu hebben we tenminste nog wat gedood", zegt Thalia, en ze ploft neer op een van de stoelen. Ik kijk om me heen, zoekend naar mijn zwaard. Zodra ik het zie pak ik het op en houd het tegen mijn pols, en het veranderd weer naar het schattige, gouden armbandje. "Wow... Heb jij de Apollo's Trail?" Vraagt Luna met grote ogen. "Be... Bedoel je dit ding?" Vraag ik, en ik houd het armbandje omhoog. "Hij is dus wel bij de halfbloeden gekomen..." Zegt ze bedenkelijk. "Hoe bedoel je?" Vraag ik. "Nou, zijn pa..." Ze wijst naar Leo, "fixte het voor jou pa. En toen waren er wat roddels dat hij het naar een van zijn kinderen had gestuurd. Maar dat klopt, naar jou dus", zegt Thalia. "Eh... Ik ben niet de eerste eigenaar", zeg ik. "Dat was Will Solace. Mijn halfbroer. Maar hij is helaas gestorven op zijn Quest..." Zeg ik verdrietig. "Gecondoleerd", zegt Luna. Ik geef haar een knikje.

"Attentie passagiers, we zijn aangekomen bij station New York City. Graag hier uitstappen, of blijf zitten als u verder reist. Vergeet uw persoonlijke waardigheden niet".

"We moeten eruit", zeg ik. Ik grijp mijn spullen bij elkaar, doe ze in mijn magische rugzak, doe het armbandje weer om, en zo zijn we klaar om de grote stad in te gaan. "Dus... Wat doen we met hem?" Vraagt Finn, en hij wijst naar de zombie-man, die nog steeds levensloos op de grond ligt. "Die verdwijnt zo wel naar Tartarus", zegt Thalia nonchalant. "Wat?" Vraag ik onbegrijpelijk. "De plek waar alle monsters naartoe gaan als ze dood zijn. Daarna komen ze weer terug". "Dus monsters gaan nooit... Echt dood?" Vraag ik angstig. "Nope. En nu doorlopen, anders gaan we zo verder naar New Jersey of wat dan ook", zegt ze grinnikend. We stappen alle zes de trein uit. Het station hier is reusachtig, prachtig versierd, met beschilderingen op het plafond. "Hey, kijk..." Zegt Finn, wijzend naar het plafond. "Onze ouders..." Ik kijk naar boven. Het klopt, de griekse goden zijn op het plafond geschilderd. "Weird..." Zegt Leo. "Hey, jongens, iets zachter mag wel", zegt Lauren. "Oh, ja", zeg ik. "Laten we... Naar Times Square gaan. Dan zoeken we wel uit wat we moeten doen om..." Ik kon de woorden nog net inslikken... "Een god te vinden". "Prima", zegt de rest. "Hey, wij gaan de andere kant op", zegt Luna. "Oh, oké", zeg ik. "Waar gaan jullie heen?" Vraagt Finn. "We gaan proberen Olympus in te komen", zegt Thalia met oplichtende ogen. "Wacht... Zit de ingang hier?" Vraag ik. "Jupp, Empire State building", zegt Luna enthousiast, en een beetje té hard. "Sst!" Sissen we, als er een paar mensen ons verdacht aankijken. "Sorry..." Zegt ze. "Ik ben gewoon enthousiast!" "Leuk voor je, maar onze veiligheid gaat voor!" Snauwt Thalia. "Tot ooit dan", zegt Leo, en hij zwaait dramatisch naar de meiden. Ze grinniken. "Bye!" Roepen ze nog, en dan lopen ze beide de andere kant uit. "Goed", zeg ik. "Hoe komen we daar?" "Waar?" Vraagt Leo. Wat een leeghoofd. "Times Square, domkop!" Roep ik. "Maar... Gaan we dan niet eerst langs de Mac of zo?" Zegt Leo. "Nee, we moeten Olympus redden. Daarna mag je naar de Mac!" Snauw ik. Finn schudt zijn hoofd alsof de wereld verloren is, en Lauren moet hartstochtelijk gegrinnik tegen houden. "Als jij niet met Nico gaat..." Zegt Finn. "Ik ga niet met Nico", zeg ik met rollende ogen doorheen. "Dan zal ik denken dat jullie een vechtend stel zijn", gaat hij lachend verder. "Ach ja, Ava ziet niet in wat voor een hotte jongen ik ben", zegt Leo extra overdreven, en hij doet er een poging tot een sexy haarflip bij. "Letterlijk hot, ja", zeg ik met een knipoog. "Over hot gesproken", zegt Leo dan ineens een stuk serieuzer. "Die Luna was echt niet verkeerd..." "Dude. Dat is een jageres", zegt Finn. "Weet je nog wat daar mee was? Die mogen niet daten, of ze gaan dood". "Wat? Is Artemis zo ruw?" Vraag ik angstig, aangezien ze mijn tante is. "Nou ja, je verliest je onsterfelijkheid. Vergeet die maar", zegt Finn vol medelijden. Leo's gezicht veranderd van blij naar sip. "Awh, geen zorgen", zegt Lauren troostend. "We vinden wel iemand voor je". "Ja, vast", zegt Leo treurig. "Niemand wilt met een vuurspuwer". "Dat is juist awesome", zeg ik opgewekt. Bijna had ik gezegt dat als Nico er niet was, ik waarschijnlijk Leo heel erg leuk zal vinden. Bijna. Maar dat kon ik gelukkig nog tegenhouden. Hij is namelijk zeker niet lelijk. Een latino elfje van de kerstman, noemde die Jason hem, de avond dat ik moest zingen. Hij is lichtgetint, heeft opwekkende groene ogen, en zijn krullige, bruine haar zit altijd schattig. Geen wonder dat alle meiden uit het kamp verliefd op hem zijn. "Je weet dat bijna alle meiden uit het kamp een crush op je hebben, he?" Zeg ik met een knipoog. Finn barst in lachen uit. Lauren en ik kijken hem vragend aan. "Dat... Klopt", hijgt hij erdoorheen. "Die Cyntia, je weet wel, dat Hermes kind, heeft zelfs een fanclub voor je opgericht, met al negen leden! Bijna elke dag komen ze bij elkaar om het over jou te hebben", giert hij. Leo word keirood. Lauren en ik lachen ons nu ook helemaal kapot. "Dat, eh... Wist ik niet", stamelt Leo. "Nou, genoeg gepraat", zeg ik door een grinnik heen. "Laten we maar gaan uitzoeken hoe we op Time Square komen".

We slenteren door de drukke straten van de stad. Overal winkels, overal taxi's, maar vooral: Overal mensen. "Weet je zeker dat we hierheen moeten?" Vraag ik aan Finn. "Strategisch gezien wel". "Maar is het logisch?" Vraagt Leo. "Luister gewoon naar het Athena kind", grapt Lauren. We lopen langs de straten, en ik kijk mijn ogen uit. Ik op zich wel ver met vakantie geweest. Florida, Mexico, zelfs Engeland. Maar in New York? Dit is mijn eerste keer. "Wauw", zeg ik. "Deze stad is echt awesome". "Jupp", zegt Lauren, met even grote ogen als ik. "Kijk", zegt Finn, en hij wijst voor zich uit. "Times Square!" Kraai ik als een klein kind. Verschillende voorbijgangers kijken ons vreemd aan. "Kom", zegt Leo. "Laten we maar een goedkope slaapplek vinden en dan kunnen we gaan bedenken hoe we naar die onderwereld komen". "Oké, maar nadat we bij de M&M store zijn geweest", zeg ik met een grote glimlach. Finn grinnikt. "Maar... We gingen ook niet naar de Mac!" Zegt Leo beteuterd. "Luister naar het Apollo kind!" Zegt Lauren triomfantelijk, en Leo rolt met zijn ogen. "Oké, oké..." "Hey, Leo, ik hoorde dat ze een speelgoed winkel met een reuzenrad hebben", fluistert Finn, alsof het een geheim is. "Oké wij gaan lol maken!" Zegt Leo. We grinniken, en we lopen richting de reusachtige reclameborden.

"Jongens..." Sist Leo. "We hebben bezoek..." Hij wijst met zijn ogen naar de linkerkant. Voorzichtig gluur ik. Een slanke vrouw, met prachtig, stijl bruin haar. Rond de vijfentwintig, gok ik. "Wat maakt haar bezoek?" Sis ik. "Ik ken haar..." Zegt Leo gestrest. "Kijk dan..." Ik kijk weer naar haar. Ze staart recht voor zich uit, en loopt alsof ze een robot is. "Doorlopen..." Sist Leo. "Kom, Leo is bang voor iemand", grap ik tegen Finn en Lauren, die geen idee hebben wat er gebeurt. Op een drafje lopen we nu door, en we staan nu voor de reusachtige reclamen borden. Ik kijk weer naar de vrouw. Ze staat op een gelijke lijn naast ons, een paar meter van Leo vandaan. "Jongens, nu die winkel in", zegt Leo angstig. De vrouw draait zich nu naar ons. Ze is werkelijk oogverblindend. Té oogverblindend... "Zoals ik al zei, ik weet wie dit is!" Zegt Leo. "Wat moeten we dan nu doen?" Vraagt Lauren. "Die winkel in", zeg ik, en ik wijs naar de reusachtige winkel. "De speelgoedwinkel?" Zegt Finn grinnikend. "Nu!" Roept Leo. Hij rent voorop, alsof de dood hem achterna zit, richting de winkel. Zo snel mogelijk rennen we achter hem aan. "Oh my gods", fluistert Finn. "Wat is dit, Kiddieland?" We kijken om ons heen. Vier verdiepingen groot, met een reuzenrad in het midden. "Man..." Zeg ik. "Nee, Toy's 'R Us", zegt Lauren. "Jongens, daarheen", zegt Leo, en hij wijst voor zich uit. "We zijn op de tweede verdieping nu... We kunnen re roltrap naar beneden nemen, en dan het reuzenrad instappen, maar Leo's plan lijkt me veiliger: Gewoon het land van speelgoed en games induiken. "Achter ons!" Snikt Leo. Ik gluur achter me. De vrouw, ze loopt de winkel in! We verdwijnen de schappen met knuffels in, en zo zitten we op onze hurken verstopt. "Wie is het?" Vraagt Lauren. Haar hand rust op haar dolk, die in z'n hoes tussen haar broek gepropt zit, zodat niemand het ziet. "Pandora", zegt Leo duister. "Mijn vader heeft haar gemaakt als beeld, maar Zeus vond haar zo mooi dat hij haar veranderde in een echte vrouw. Ze trouwde met een of andere gozer van wie ze een doos kreeg, maar hij zat op slot. Zeus had de sleutel... Maar hij zei dat als ze de doos opende, er verschrikkelijke dingen zouden gebeuren..." "En ze opende de doos", zegt Finn. "En nu is ze waarschijnlijk een beetje kwaad op Zeus". "Maar... Weet ze dat we..." "Halfbloeden zijn? Oh zeker..." Zegt Lauren. "Vooral Leo, ze ruikt..." "Vuur", fluistert Leo. "Oké, opsplitsen", zegt Finn. "Twee bij twee". Lauren pakt Finn's hand, dus ik pak automatisch Leo's. "Kom", fluister ik. Ik gluur over de rand. De vrouw staat bij de ingang, en ze kijkt in het rond. "Och jeetje..." Piept Leo. "Ik mag d'r niet. Ik mag d'r echt niet..." "Sst", sis ik. Zo snel maar stil ik kan trippel ik het knuffelgebied uit, richting de games. Lauren en Finn lopen de andere kant op, richting het kleine ijswinkeltje, wat ook in de speelgoedwinkel staat. "Oh god, ze heeft ons gezien..." Fluistert Leo. "Nee joh", zeg ik, maar ik ben er niet zeker van. "Wel, kijk..." Fluistert Leo, en hij wijst naar de vrouw, die recht naar ons kijkt. "Shit". De vrouw komt onze kant op, stap voor stap. Haar ogen doorboren ons. "Pak die armband van je", sist Leo. "En die mist. Dit word een spannend gevecht..."

Daughter of the sun (ONDER CONSTRUCTIE)Where stories live. Discover now