~ 19 ~

371 38 6
                                    

"Oh my gods", zeg ik verloren, en ik sla mijn handen voor m'n hoofd. "Wat?" Zegt Octavian, en hij kijkt me beoordelend aan. "Je bent m'n halfbroer", zeg ik geïrriteerd. De jongen kijkt naar me alsof ik een of ander stuk afval ben. "Grieken", zegt hij dan met rollende ogen. "Jongens", zegt Finn. "We hebben een gratis kamer". "Super!" Zegt Cat. "Hoe heb je dat voor elkaar gekregen?" Vraag ik. "Die Griek heeft het voor elkaar gekregen..." Onderbreekt Octavian hem, "omdat mijn opa daar weet dat we halfbloeden zijn. Speciale behandeling". "Opa van je moeders kant?" Vraag ik. "Duh!" Roept Octavian. "Wat denk jij dan? Dat je een beetje verloren familie terug ziet hier?" Ik word knalrood. "Dude, doe even normaal", zegt Leo. Octavian kijkt Leo beoordelend aan, maar besluit dan niet te reageren. "Volg mij", zegt hij, en hij loopt naar buiten. "De reden dat ik hier ben", zegt hij, terwijl we in het donker naar een groepje bungalows lopen, "is omdat de Grieken te bang zijn om jullie te waarschuwen". "Waarschuwen voor wat?" Vraag ik angstig. Zal het hetzelfde zijn als in mijn droom van Artemis? "Dat jullie niet naar Olympus moeten gaan. De kampleiders stuurde mij hier heen, de camping van mijn opa, moeders kant natuurlijk. Ze wisten dat het groepje Grieken hierheen kwamen omdat jullie uit de lucht werden geknald door wat Zeus er maar ook tot dwong". "Dus jij bent hier..." "Om te zeggen dat jullie verschrikkelijk dom zijn en waarschijnlijk dood gaan. Maar hey, jullie keuze. Kan mij echt een worst wezen..." Ik kijk naar Leo, die moeite heeft de jongen niet aan te vliegen. "Dus..." Zegt Lauren. "Wat is het verschil tussen de Romeinse en de Griekse goden?" "De namen", zegt Octavian. "Alhoewel Apollo gewoon Apollo blijft. Na hun Griekse periode verhuisde ze naar Rome, en werden ze een stuk slimmer en beter in oorlog voeren. Dus de Romeinse aspecten zijn gewoon beter". "Dus ze kunnen van aspect wisselen?" Vraagt Lauren. "Ja", zegt Octavian. "Hier is jullie bungalow". Hij opent de deur van een van de huisjes. Het is niet groot, maar zeker niet te klein. "Bedankt", zeg ik koeltjes. "En is het altijd zo duister in dit land?" "Helaas wel", zegt hij. "Maar ik maak gewoon mijn persoonlijke zon. Jij daarentegen hebt daar geen recht op, dus pas maar op". Ik rol met mijn ogen. Wat een verschrikkelijk kind is hij. "Succes. En voor de laatste keer: Naar Olympus gaan is zelfmoord. Maar jullie domme Grieken luisteren toch niet". "Klopt", zegt Leo. "De groeten, Octavian". Octavian werpt nog een vernietigende blik naar Leo, en loopt dan weg. "Ik haat dat kind", gromt hij. "Ik begrijp het", zeg ik. "Stom Romeins verwend nest!" Snauwt Leo. Hij opent een paar deuren. "Twee slaapkamers, één bank", zegt hij dan na een huis-inspectie. "Ik ga wel op de bank", zegt Lauren. "Hoe zo?" Vraag ik. "Ik kan toch niet slapen. Dus dan slaap ik maar prut. Rusten jullie nou maar goed uit, dan beslissen we morgen wel hoe we verder gaan". "Zeker weten?" Vraagt Cat. "Honderd procent", zegt Lauren. "Oké..." Zeg ik. Ik loop een kamer in, en laat me vol op een bed ploffen. "Truste dan..." Breng ik er nog met moeite uit, voordat ik in een diepe, droomloze slaap val.

"Ava?"

"Ze slaapt nog".

"Dat is ook voor het eerst".

Langzaam open ik mijn ogen. Twee hoofden hangen boven mij. Ik schiet aan de kant. "Jeetje, ik krijg een hartaanval van jullie!" Roep ik. Lauren en Leo grinniken. "Waar zijn Cat en Finn?" Vraag ik. Er valt een schaduw over Lauren's gezicht. Oh oh. Die heeft een beetje probleempjes... "Boodschappen doen voor ontbijt", zegt Leo. "Want alles hier is gratis voor ons". Ineens besef ik me dat het al laat is. "Hoe kan het dat ik niet wakker ben geworden?" Vraag ik. "Eh... Kijk eens naar buiten..." Stamelt Lauren. Ik sta moeizaam op, en wandel naar het raam. Vannacht heb ik in mijn kleren geslapen, prettig. "Oh nee..." Zeg ik. Logisch dat ik niet wakker werd van de zon, want er is geen zon! Het komt met bakken uit de lucht. "Je hebt uitgeslapen", grinnikt Leo. "Nee!" Roep ik. "Ik kan hier niet meer tegen!" "Ava, houd je in..." Probeert Lauren nog. "Ik heb geen zin in problemen met Ik-Ben-Romeins-En-Perfect". "Boeit me niet!" Roep ik. "Ik moet zon hebben, nu!" Ik ren de kamer uit, open de voordeur, en voor ik het überhaupt zelf doorheb klinkt er een luide knal, en val ik op de grond. "Ava!" Leo en Lauren komen aanrennen, en helpen me overeind. "Gaat het? Wat was dat?" Vraagt ze bezorgt. Ik kijk naar de lucht. "Kijk", zeg ik. "Ik had net een uitbarsting..." Boven me is er een gat in het wolkendek gecreëerd, en fel zonlicht schijnt erdoorheen. De wolken lossen langzaam op, als suikerspinnen in je mond. De regen verdwijnt, en de temperatuur stijgt. Binnen één minuut is dit regenland warm en zonnig. "Oh my gods..." Stamelt Lauren. "Eh, Ava, nu krijgen we probleempjes met..." "Boeit me niet!" Zeg ik triomfantelijk, trots op mijn werk. "Eindelijk wat zon!" Ineens horen we wat gekletter, alsof er iemand aan komt rennen. "Cat! Finn!" Roep ik blij. Bezorgt rennen ze naar ons toe. "Wat was die knal?" Vraagt Finn. "Kijk!" Zeg ik, en ik wijs onhoog. "Warmte en zon!" "Oh nee..." Zegt Finn. "Wat?" Zeg ik. "Je weet nu wel dat je een hittegolf hebt gecreëerd, hè?" Hmm... Misschien was het niet heel slim. "Dus?" Zeg ik. "De Nederlanders verdienen ook wel eens wat warmte!" "Zullen we vandaag maar gaan rusten?" Stelt Leo voor. "Prima", zeg ik. "Er is een zwembad bij de camping", zegt Cat. "Of tenminste, een grote natuurplas. Daar kunnen we wel gaan zitten". "Doen we", zegt Lauren. We lopen weer naar binnen, ik trots op mijn werk. Het is niet zo erg, toch?

"Muahahaha! Hier komt de golf!" "Aaah, Leo!" Krijs ik. Hij ligt in een deuk. We zitten met z'n drieën in het water. Cat en Finn kwamen niet, die wouden dingen regelen. Het zit Lauren wel... Ik ben echt blij dat we nog zwemkleding konden regelen. Het weer is prachtig, het is heerlijk warm en verschrikkelijk druk in de reusachtige plas bij de camping. "Glijbaan zo?" Vraagt Leo. "Oké!" Roep ik. "Kom Lauren!" Zeg ik. Lauren duikt weer boven water. "De bodem is echt interessant hier!" Zegt ze opgewonden. "Laten we van die glijbaan gaan", zegt Leo, en hij wijst naar het blauwe geval. We zwemmen er met plezier heen. "Jongens, hebben we al een plan voor het Demeter kind?" Vraag ik. "Daar zorgen Finn en z'n nieuwe vriendin wel voor", snauwt Lauren. Ik schrik. "Wat bedoel je, nieuwe vriendin? Heb je het uitgemaakt?" "Nee, nee, dat niet", zegt Lauren vluchtig. "Maar hij hangt alleen maar met haar rond..." We klimmen het trappetje op, en lopen richting de glijbaan. "Leo! Ava! Lauren!" Roept een stem ineens. We kijken om. Finn en Cat komen aanrennen. "We hebben een plan", zegt hij. "Wat gaan we doen?" Vraag ik. "Naar het middelpunt van dit land. Het is daar zo druk, daar moeten we wel een halfgod vinden", zegt hij. "Hoe heet die stad dan?" Vraag ik. "Utrecht", zegt Finn. "Oké, prima", zegt Lauren. "We vertrekken over een paar dagen". "We vertrekken nu", zegt Finn kil. "Laten we morgen ochtend vertrekken", zeg ik om de boel te sussen. "Nee!" Roept Finn. "We vertrekken nu!" Ik kijk hem raar aan. Wat een betweter. "Laten we stemmen", zegt Leo. "Voor of nu, of over een paar dagen". "Prima", snauwt Finn. "Wie wilt er nu?" Cat en hem heffen hun handen. "En wij willen over een paar dagen. Dus dat word het", zegt Lauren triomfantelijk. Ze draait zich om en springt het water weer in. Leo en ik volgen, en Finn en Cat blijven overdonderd achter.

"Zullen we eens kijken bij de kinderclub?" Vraagt Leo. "Dude. Dat is voor kinderen tot twaalf", zegt Lauren. "Niet om mee te doen", zegt Leo. "Maar om gewoon te kijken!" Ik grinnik. Leo wilt ook alles proberen. "Waar is het dan?" Vraag ik. "Dat gebouwtje daar. Mega schattig, die kleintjes". "Ik ben wel uitgezwommen", zeg ik. "Prima", zegt Lauren. "Even omkleden dan". We rennen naar ons huisje toe, trekken normale kleding aan en frissen ons wat op. Dan lopen we weer terug. "Waar zijn Cat en Finn eigenlijk?" Vraag ik. "Boeit me niet", zegt Lauren kort. Ik zeg niks meer. "Kom", hier naar binnen", zegt Leo, en hij opent een deur. Als we binnen komen zie ik allemaal stoelen, en vooraan een podiumpje met wat kleine kinderen erop. Octavian staat er voor, en geeft ze wat aanwijzingen. "Is dit..." Stamel ik. "Griekse en Romeinse..." Zegt Lauren. "Mythologie?" Vraagt Leo. Er komt een jochie in een toga op. "Sterf, Zeus! Jupiter is wie jij moet zijn! Alle Grieken zijn al verslagen!" Het kind wat Zeus speelt ligt verslagen op de grond. "Ik ben de machtige! De sterke! De Romeinen overwinnen! Apollo en Diana, kom naar voren!" Twee kinderen, een meisje en een jongen, lopen in belachelijke outfits naar voren. "Ik ben Diana! Ik ben de maangodin! Romeinen zijn cool!" Zegt het meisje moeizaam. "En ik ben Apollo, god van de zon! Mijn Griekse versie is zó stom, maar gelukkig ben ik nu een Romein!" Ik word knal rood. Zet Octavian deze kinderen onbewust tegen de Grieken op? Ik kijk naar hem. Hij heeft niet door dat wij er zijn, maar zodra hij de deur hoort dichtvallen, kijkt hij om. "Jullie hier?" Roept hij kwaad. "Jou moet ik hebben!" Hij wijst naar mij. Ik doe angstig een stap achteruit. "Heb jij die hittegolf gemaakt?" Hij heeft zijn schaar nog in zijn hand, wat mij een stuk ongemakkelijker laat voelen. "Ik had je nog vertelt het niet te doen!" Mijn hand rust op mijn armband, voor het geval hij té ver gaat. "En toch schiet je een hittegolf de lucht in!" Alle kinderen kijken angstig naar Octavian, die helemaal flipt. "Altijd de Grieken! Altijd! Die denken dat ze alles kunnen maken!" Hij komt nog dichterbij. "Hey, arrogante kwal, doe eens normaal!" Roept Lauren, en ze stapt naar voren. "En wie ben jij?" Vraagt Octavian. "Lauren. Dochter van Ares". "Mars dus", zeg Octavian. "Luister, zusje", zegt hij. Het 'zusje' zegt hij erg spottend. "Laat deze plek met rust. Wees eens slim, en ga terug naar dat Griekenkamp van je. Blijf daar, en ga niet de held uithangen!" "Nee!" Roep ik terug. "Ik luister niet naar idioten zoals jij". Octavian grinnikt. "Zo dwaas..." Hij draait zich weer om. "Oké kinderen! Vanaf de dood van Mars!" Lauren trekt wit weg. "Hij laat die kinderen gewoon mijn vader doden!" "Weg hier" sis ik. Ik grijp Lauren en Leo, die zo rood is aangelopen dat hij niks meer zegt. "Leo, niet ontploffen", zeg ik. "Ik houd me in", zegt hij stijfjes. "Maar normaal stond meneer Rome-Is-Geweldig nu al in de brand". "Goed gedaan dan", zeg ik grinnikend. "Laten we nou maar van dit weer genieten, want over een paar dagen komt er werk aan de winkel..."

Daughter of the sun (ONDER CONSTRUCTIE)Where stories live. Discover now