Deel 23

212 16 3
                                    

Ik liep het muffe café in en liet de omgeving langzaam op me af komen. 

Boven bij het plafond hing een rookwolk van de uitgeblazen lucht van de kettingrokers aan de bar. Er hingen drie zware mannen over de bar, schreeuwend in een conversatie met de barman. 

Hier en daar zat nog een persoon aan een tafeltje. Het was nog vroeg in de middag maar aan de mannen kon ik zien dat er al genoeg liters in zaten. 

Ik liep langzaam naar de hoek en ging daar aan een tafeltje zitten. 

Op de muur naast mij hingen een hoop krantenknipsels hangen. Foto's van families die gelukkig naar de camera keken. Plots viel me iets op. Een kinderfoto. Ik stond op om de foto van dichter bij te kunnen zien. 

Dat kleine meisje aan die muur, in een zoet roze jurkje en twee blonde staartjes, dat kleine meisje was ik. Deze foto had ik al een aantal keer gezien in huis, maar vooral het jurkje herinnerde ik me maar al te goed. 

Het roze jurkje dat ik voor mijn zevende verjaardag had gekregen. Dag en nacht wilde ik dat jurkje aan, en geen ander. Het liet me als een prinses voelen. 

"Mijn kleine meisje voor ze opgroeide" Zei een bromstem achter mij. Een stem die ik uit duizenden zou herkennen. 

De stem die toen, en zelfs nu nog, het effect op me had om me in een klein hoekje te laten kruipen. "Hoe oud is ze nu?"

"21" 

Ik stond nog steeds met mijn rug naar hem gekeerd. Nonchalant trok ik mijn pruik een beetje rechter voor ik ging zitten. 

Mijn vader stond met een klein notitieboekje en een pen in zijn hand terwijl hij dromerig naar de foto staarde. "Waar is ze nu?" 

"Ze wil geen contact meer, moeilijk verhaal" Hij keek even weg voor hij zich op mij richtte. 

"Wat kan ik voor je inschenken?" "Doe maar een bacardi-cola" Hij knikte en liep weg nadat hij nog een keer een blik had geworpen op de foto. 

Zijn houding, zijn loopje, zijn voorovergebogen schouders, de brede schouders, het onverzorgde uiterlijk, zijn stem, het litteken boven zijn hoofd. Hij was zoveel veranderd en toch ook weer niet. 

Ik stuurde mijn aandacht terug naar de muur en keek verder. En daar, in het midden van alle knipsels, hing een grote poster van mij. Kinzly Ivory stond er in grote letters onder. Het was een tour poster. 

Mijn vader kwam terug en zette het glas voor me neer. 

Hij wilde bijna weglopen voor ik hem tegenhield. 

"Waarom wil uw dochter geen contact meer?" Hij draaide zich om en keek me lang aan. Even dacht ik dat hij me zou herkennen. 

"Ik heb het verpest door met alcohol. Ik was een slechte vader" Ik knikte. 

"Heb je ooit om een tweede kans gevraagd?" Hij schudde zijn hoofd en leunde tegen de tafel aan. "Ik zou niet weten waarom ze me die kans zou geven. Ik heb haar niks te bieden, ze heeft alles al wat ik heb haar nooit heb gegund" 

Ik sloot voor een tijdje mijn ogen. "Ik weet wat ze zou willen. Antwoorden" Hij keek me lang aan. Ik trok de pruik van mijn hoofd en keek hem recht aan. 

Voor het eerst in mijn leven durfde ik mijn vader recht aan te kijken. Misschien kwam het omdat hij zich een keer kwetsbaar opstelde. Misschien omdat ik oud genoeg was om voor mezelf op te komen. Ik weet het niet goed maar ik durfde het gewoon. 

Hij schoof de stoel tegenover me naar achter en ging zitten. 

"Kinzly.."

Hij ging met zijn grote hand over zijn ongeschoren kin. Hij zag er zo onverzorgd uit, maar toch ook weer beter dan in mijn herinneringen.

Ik wilde mijn glas optillen om een slok te nemen maar toen ik dat deed merkte ik pas hoe erg ik aan het trillen was, dus zette ik mijn glas maar weer terug op zijn plek.

"Ik heb antwoorden nodig. Waarom kwam je niet terug?"

"Ik weet dat je moeder dat wel zou willen maar jij en je broer waren beter af zonder mij. Ik was nooit een goede vader en dat weet je zelf ook heel goed."

Ik haalde mijn schouders op en keek naar mijn glas. Het was vreemd om voor mijn vader te zitten en een normaal gesprek met hem te hebben.

"Waarom heb je nooit geprobeerd jezelf te beteren, voor mij en Dustin?" Hij haalde zijn schouders op.

"Je bent beter af zonder mij. Kijk waar je nu bent"

"Net terug uit een kliniek omdat ik bang voor mijn verleden was en mezelf dood wilde hebben. Iedereen denkt dat omdat ik een beroemdheid ben dat ik een geweldig leven leidt. Ik zal je uit die droom helpen. Ik zat in een depressie en ik heb boulimia. Ik ben bipolair. Mijn leven is niet geweldig. En ik zeg niet dat dat volkomen jouw schuld is, maar jij bent zeker een grote oorzaak van de persoon die ik ben geworden"

"Ik had je interview gezien. Het spijt me ontzettend. Ik wist niet dat ik zo'n slechte vader had. Als ik had geweten wat ik allemaal aan het aanrichten was..."

"Wat dan? Want ik denk niet dat als je dat toen wist je iets anders had gedaan. Je bent wie je bent en ik weet dat moeilijk is om te accepteren, maar ook jij moet dat onder ogen zien."

"Kinzly, dat is niet wie ik ben..." "Niet want als ik naar je kijk ben je niet veel veranderd. Je bent nog steeds grotendeels van de dag dronken, ik ruik het aan je dat je op een dag genoeg drinkt. Tevens werk je in een bar, de hele dag en bijna de hele nacht. Je hebt geen relatie, geen nieuwe kinderen, je hebt niks buiten deze bar, die ook niet eens van jou is. Vertel mij, wat heb JIJ in al die jaren bereikt?"

Hij was stil en keek naar zijn handen. "Je bent een dronkaard en je bent geen slechte vader, je bent namelijk geen vader! Ik snap niet wat ik hier kwam doen. Je bent namelijk geen spat veranderd"

"Dat is niet wie ik ben! Ik probeer mezelf heus wel te veranderen, geloof me. Geef me een kans"

"Waarom, je zei het zelf al, je hebt me niks te bieden. Je hebt me dit niet gegund. Als je bent veranderd, laat het me weten" Ik schoof een kaartje met mijn nummer erop. "En als je denkt dat ik je geld ga geven, heb je het mis, vraag maar aan mam, ik zal mijn nummer veranderen zodra je daar voor gaat bellen"

"Kinzly..." Ik schudde mijn hoofd en gooide een geldbiljet op de tafel. "Doe iets met je leven. Doe het niet voor mij, maar voor jezelf"


DepressionOnde as histórias ganham vida. Descobre agora