No words, just silence

62 2 5
                                    

Heel veel plezier met dit hoofdstuk op deze regenachtige dag! X Tamara

--------------------------------------------------------

' Durven we het aan om de tegenspreuk uit te spreken?' vraagt Albus terwijl zijn blauwe ogen rusten op elk lid van de Orde. ' Ik vrees dat we wel moeten' zegt Arthur dan uiteindelijk en Albus knikt traag. 'Misschien maken we Severus beter, misschien niet' zegt hij terwijl hij dan, langzaam, naar Severus kijkt. De donkere ogen van de zwartharige man schieten heen en weer maar blijven gericht op het tafelblad, zijn hoofd is gebogen. ' Severus, wat wil jij?' vraagt Arthur plotseling en de aangesproken man schrikt op, waarschijnlijk was hij verloren in een dagdroom. ' Excuses, wat zei je?' vraagt Severus beleefd en duikt wat in elkaar. Albus perst zijn lippen op elkaar, het is maar goed dat Voldemort dood is. ' Durf je het aan? Om de tegenspreuk uit te laten voeren door Albus?' De zwartharige man knikt traag. ' Mijn meester weet wat goed voor mij is' zegt Severus rustig en Albus haalt diep adem. ' Goed, dan doen we het' zegt hij vastberaden en hij staat op. ' Laten we naar de woonkamer gaan' zegt hij en iedereen gaat snel naar de woonkamer. Als iedereen van de Orde in de kamer zit, sluit Albus de deur. ' Ik ga mijn toverstok op je richten, je voelt hopelijk geen pijn terwijl ik de tegenspreuk uit spreek' zegt hij kalmerend maar diep van binnen voelt hij zich alles behalve rustig. Gedachten racen heen en weer en onzekerheid borrelt op. Dan, heel langzaam, richt hij zijn toverstok op Severus en spreekt hij de woorden uit. ' Redi ad  memorias' zegt hij helder en de ogen van Severus worden langzaam troebel en glazig. Albus zet een stap achteruit terwijl hij zijn hart in zijn keel voelt bonken van spanning. Dan vallen de armen van Severus, die hij in zijn schoot had gehouden, naast zijn lichaam en zijn blik wordt verdwaasd, alsof hij niet meer kan zien wat er om hem heen gebeurd. ' Severus, hoor je mij?' vraagt Albus dan en de zwartharige man draait zijn hoofd naar hem toe. ' Hoor je mij? Geef alsjeblieft antwoord' zegt hij en hij grijpt zijn toverstok goed vast, uit angst. Het is stil en Severus geeft geen antwoord. De wazige blik blijft hetzelfde en Severus lijkt recht door hem heen te staren. Intense woede die gericht is op Voldemort, borrelt in Albus op en voordat hij het weet, vliegen allerlei objecten door de lucht en spatten uiteen. ' Albus, je maakt hem bang' roept Molly en direct kalmeert hij. De objecten bevriezen in de lucht en hij staart naar Severus die met grote, bange ogen naar de lucht staart. Zijn lippen bewegen een klein beetje maar het is niet te horen wat hij zegt. Met een beweging van zijn hand is de rotzooi opgeruimd en zijn de scherven verdwenen. Hij stapt op Severus af en knielt zodat hij op ooghoogte is met de man. ' Severus, het spijt me. Wat is er met je?' vraagt hij. De glazige ogen lichten even op bij het noemen van zijn naam maar verder is er geen reactie. Hij bijt op zijn lip en hij gaat staan. ' We hebben een fout gemaakt' zegt hij miserabel. ' Nee, Voldemort was een ware Zwadderaar en dacht dit gruwelijke plan uit' wijst Molly hem terecht. ' Je deed wat dacht dat goed voor hem was'. Albus werpt een blik op de man en draait zich om. Dan verlaat hij stilletjes de kamer.

Severus hoort de voetstappen maar ze lijken zo ver weg en ze klinken hol. De oude man met de baard had hem bang gemaakt met zijn vliegende objecten maar zijn stem was vriendelijk. Toch leek hij verdrietig, waarom? Heeft hij wat fout gedaan? Wie was die man eigenlijk? De deur valt zachtjes dicht en hij staart naar de deur. Een roodharige vrouw komt in zijn gezichtsveld en hij deinst iets naar achteren. ' Rustig maar, ik ga je geen pijn doen' zegt de vrouw. Oh waarom kan hij geen antwoord geven? Zijn wenkbrauwen weigeren omhoog te gaan en zijn gezicht drukt niks uit. ' Weet je wie ik ben?' vraagt ze, ze heeft een warme stem. Het klinkt aardig maar is ze dat ook? Severus weet dat mensen niet te vertrouwen zijn. Hij opent zijn mond een beetje, verder dan een paar centimeter komt hij niet, en hij sluit hem weer. ' Ik ben Molly' zegt de vrouw dan en ze zend hem een glimlach. Hij probeert te knikken en tot zijn verrassing lukt dat wel. ' Oh je kan knikken, goed. Kan je ook nee schudden?' vraagt de vrouw opgelucht en hij probeert het. Het lukt maar het voelt alsof iets hem tegenhoudt. ' Nou ja, het is beter dan niets. Heb je honger?' vraagt ze dan. Honger? Hij kan zich niet herinneren dat hij gegeten heeft dus hij knikt langzaam. ' Oké, dan gaan we naar de keuken. Kan je opstaan?' Zijn benen komen in beweging en hij staat dan rechtop, al voelt het nog wat onwennig. ' Goed, kom maar mee' zegt Molly en hij volgt haar door een grimmige gang met bruin, vuil behang. Waar is hij eigenlijk? Het lijkt op een huis, woont die enge man met die baard hier misschien? Dan gaat er een deur open en er verschijnt een keuken. Tot zijn ontzetting zit de man met de baard op een stoel in de lange keuken en hij deinst achteruit. ' Wat is er Severus. Ben je bang?' vraagt Molly en hij knikt. ' Hij is bang voor mij' zegt de man met de baard, zijn stem klinkt ver weg en zweverig maar hij verstaat het wel. Hij slikt hoorbaar en kijkt naar de grond. ' Dat is Albus, hij is een goede man. Hij wil je geen pijn doen' zegt Molly geruststellend en hij voelt een rilling over zijn rug lopen. Severus gelooft de man niet, waarom vlogen de objecten dan door de lucht? Hij perst zijn lippen op elkaar en hij schudt zijn hoofd. ' Denk je van wel?' vraagt Molly en dan knikt hij weer. Dan staat de man met de baard op en hij zet weer een stap naar achteren. De man mag niet te dichtbij komen, hij is gevaarlijk. Misschien kan hij wel Severus de lucht in laten vliegen! De gedachte maakt hem angstig en benauwd. 'Rustig maar Severus, hij doet je geen pijn' zegt Molly dan rustig.  ' Ik ben ongewapend, kijk maar' zegt de man en Severus durft dan op te kijken. De handen van de man zijn inderdaad leeg maar die handen kunnen hem alsnog veel pijn doen. Hij slikt en beeft dan over zijn lichaam. Dan stapt een andere man met sjofele kleding de keuken in. ' Kijk eens Severus, ik sta hier en Albus doet me helemaal niks' zegt de man en hij kijkt naar de man. Dan stapt een jongen met een bril en warrig, zwart haar ook de keuken in. 'Hetzelfde met mij' zegt de jongen en hij kijkt naar de drempel. Dan stapt hij erover heen terwijl hij de man me de baard in de gaten houdt. ' Goedzo' prijst de man met de sjofele kleding. Zijn stem klinkt aardig en hij ziet er aardig uit. Maar Severus weet beter dan iemand te vertrouwen, het is hem geleerd.

Uncharted territory  - Severus Snape fanfiction (VOLTOOID)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu