Hoofdstuk 6

5 0 0
                                    

Er is alweer een nacht voorbij als Mía van haar slaapkamer komt en de trap af loopt om wat te gaan ontbijten. Als ze in de keuken aankomt, zoekt ze naar een bord, een broodmes, wat brood en tenslotte broodbeleg. In alle kalmte smeer ze haar broodjes. Het is nog erg stil in huis, wat betekent dat Lawrence hoogstwaarschijnlijk nog slaapt of gewoon heel erg stil is. Ze glimlacht als ze aan Lawrence denkt, want wat vindt ze het fijn om hem als een vriend erbij te hebben. Het maakt de reis naar haarzelf een stuk minder zwaar. Ze had eigenlijk ook niet verwacht zo snel al vrienden te maken met haar eigen soort Wezen. Sterker nog, ze was zelfs soms bang dat ze in het verkeerde deel van de wereld aan het zoeken was, want ze had geen idee welke kant ze op moest gaan om te zoeken. Maar hier is ze dan toch, met haar eigen soort Wezen. Het beangstigt haar een beetje nu ze hier is, omdat ze weet dat de zoektocht naar haarzelf nu eigenlijk pas gaat beginnen. Tegelijkertijd is ze enorm enthousiast over haar omgeving en nieuwsgierig naar het Elementa Elfenras. Met het bord in haar hand, met daarop haar boterhammen, loopt ze naar de eettafel. Net als ze gaat zitten, komt Lawrence de trap afgelopen.
'Goedemorgen,' zegt ze vrolijk tegen hem voordat ze een hap neemt van haar eerste boterham.
Hij kijkt op en glimlacht dan ook naar haar.
'Goedemorgen, Mía,' zegt hij terug. 'Heb je lekker kunnen slapen?'
Terwijl ze haar mond rustig leeg eet, knikt ze met haar hoofd.
'Gelukkig maar,' zegt hij en hij begint in de keuken zijn eigen ontbijt klaar te maken.
'En jij?' vraagt ze, een beetje afwezig.
'Ja, heerlijk,' antwoordt hij vanuit de keuken.
Beetje bij beetje eet ze haar boterhammen tot ze alle drie op zijn. Ze is benieuwd wat haar vandaag te wachten staat. Zal ze nog meer Elementa Elfen ontmoeten? Of gaat ze vandaag al beginnen met haar magie onder controle leren houden? Misschien is Lawrence nog wel wat van plan vandaag. Ze weet het niet. Het is misschien ook leuk om eens rond te gaan struinen in de stad, maar tegelijkertijd twijfelt ze. Ze is nog niet vergeten hoe dat gisteren afliep. Het bord pakt ze van tafel en rustig staat ze op om naar de keuken te lopen. Daar wast en droogt ze het bord netjes af, waarna ze het terug zet waar het oorspronkelijk stond. Als ze langs Lawrence loopt, die nu aan de eettafel zit te ontbijten, staat ze even stil. Lawrence kijkt op, haar afwachtend aankijkend.
'Had je nog plannen in gedachten voor vandaag?' vraagt ze, oprecht geïnteresseerd.
Hij schudt zijn hoofd.
'Nee, niet echt eigenlijk. Halverwege de middag moet ik ook weer terug naar Olli Subridens Venti, het dorp waar we gisteren waren, want morgen word ik weer verwacht bij vrouwe Dorine en het is wel even vliegen. Ik hoop dat je dat niet erg vindt?'
'Oh, nee hoor. Ik ben je al heel erg dankbaar voor alle hulp die je mij geboden hebt. Meer kan ik echt niet van je vragen,' zegt ze. 'Is er nog iets leuks te doen in de stad voordat je weer weggaat?'
Ze ziet hem hard nadenken en daarna zijn hoofd langzaam schudden. Daar baalt ze wel een beetje van, want stiekem had ze daar wel op gehoopt.
'Maar ik kan je wel naar iemand toebrengen voor je magie en daarna zouden we nog even in het centrum kunnen rondkijken. Lijkt je dat wat?' stelt hij voor en neemt dan een hap van zijn eten.
Mía knikt en glimlacht.
'Ja, dat lijkt mij wel wat.'
Hij glimlacht terug naar haar, waarna zij zich omdraait en weer naar boven loopt, de trap op. Eenmaal op de slaapkamer kijkt ze even in de spiegel. Ze heeft een lichtblauwe broek aan die tot net boven haar knieën loopt en een T-shirt in de kleur wit. Opnieuw draagt ze sandalen en haar haren besluit ze vandaag halfvast, half los te dragen. Haar rugtas laat ze staan, want die gaat ze toch niet nodig hebben vandaag. Ze is benieuwd naar de persoon van wie ze straks lessen gaat krijgen. Hopelijk is diegene wel een beetje aardig of op zijn minst geduldig.
'Ben je klaar om te gaan, Mía?'
Ze kijkt op en ziet daar Lawrence in de deuropening staan. Al helemaal klaar om te gaan.
'Dat heb je snel gedaan,' zegt ze. 'Maar, ja, ik ben klaar om te gaan.'
Ze loopt achter hem aan naar beneden en gaat samen met hem de deur uit, naar buiten.
'Nerveus?' vraagt hij.
'Een beetje,' antwoordt ze, waarna ze een kleine glimlach laat zien. 'Is het zo goed van me af te lezen?'
'Geen zorgen,' reageert hij. 'Ze is heel fijn en heeft mij heel erg goed geholpen. Ik weet zeker dat ze jou ook kan helpen.'
Mía glimlacht wat breder door deze bemoediging.
'Dankjewel. Het komt inderdaad vast wel goed.'
Hij knikt en samen lopen ze vervolgens in stilte over de straten van Urbe Vitae. Richting het centrum, maar nu via een andere route. In plaats van door het natuurgebied te gaan, gaan ze nu door een normaal woongebied.

Mía Laire: Een Gloednieuwe WereldWhere stories live. Discover now