Proloog

132 16 6
                                    

Stekels staken uit mijn vaders rug, een schreeuw ontsproot van mijn lippen. Ik schreeuwde een ijzige schreeuw, een schreeuw voor hulp een schreeuw uit angst mijn vader te verliezen. De kracht verdween uit mijn benen en ik zakte op de grond neer. Mijn lichaam schokte van de tranen die ongecontroleerd over mijn wangen liepen. Mijn handen legde ik op zijn schouders en schudde zachtjes, hopend dat hij me liefdevol zou aankijken en zou zeggen dat alles goed zou komen. Er gebeurde niets. Hij bleef maar roerloos liggen. Een tweede keer schudde ik aan zijn lichaam, deze keer harder, nog steeds niets. Mijn zicht troebel van de tranen die over mijn wangen liepen.

Mijn telefoon brandde in mijn zak en ik haalde hem er met trillende handen uit. Een traan viel op het schermpje en geïrriteerd veegde ik het aan de kant. Ik tikte het nummer in van de ambulance. Een mannelijke stem vroeg me wat het noodgeval was.

"M-mijn p-p-papa izis g-gew-w-wond en h-hij b-b-beweegt n-niet meer." Het kwam er met horten en stoten uit, alsof ik de lucht niet meer had om te vertellen wat er was gebeurd.

"Sorry, kunt u dat herhalen? Probeer te kalmeren voordat u spreekt, dan kan ik u beter verstaan." Antwoordde de mannelijke stem. Ik haalde een paar keer diep adem en herhaalde wat ik zojuist zei.

"Is hij nog bij bewustzijn?" Vroeg de stem.

"Nee"

"Ademt hij nog?" Ik hield mijn oor voor zijn mond en voelde de luchtstroom tegen mijn oor.

"Ja"

"Heeft hij een open wond en zo ja, waar?"

"Op zijn rug."

"Oké mevrouw, waar moet de ambulance heen?" Ik vertelde hem dat we in het bos aan het wandelen waren buiten Eindhoven. Ik legde hem uit tussen welke dorpen we waren, waar we het bos binnen zijn gegaan en waar we hebben gelopen zo goed als ik kon.

"Ik weet voldoende mevrouw, ik zal de ambulance sturen. Probeer ondertussen het bloeden te stelpen. Heb je iets wat je ertegen kan houden totdat we er zijn?" Verwilderd keek ik om me heen.

"IK ZIE NIETS!" Schreeuwde ik in de telefoon.

"Rustig mevrouw, het is geen probleem. Blijf rustig, misschien heeft u een tweede laagje kleding aan wat u kunt gebruiken." Een zucht van verlichting ging door me heen. Ik gooide de telefoon op de grond en trok mijn vestje uit. "Mevrouw?" Klonk de stem bezorgd. Ik raapte de telefoon weer op.

"Ik deed mijn vest uit."

"Oké, goed, druk het nu tegen de wond aan." Ik zette de telefoon vliegensvlug op luidspreker en legde het op de grond naast papa. Een voor een trok ik de stekels uit mijn vaders rug. Met iedere stekel die ik uit trok schokte zijn lichaam lichtjes. Ik drukte mijn vest tegen de open wond. Zo ging ik door tot alle stekels verwijderd waren en ik mijn vest tegen zijn lichaam drukte. Alles wat ik deed was uit instinct en adrenaline. Normaal gesproken kon ik niet tegen bloed, maar nu, het was mijn vader en ik wilde hem niet zien sterven voor mijn ogen!


Onzichtbaar GeheimOnde histórias criam vida. Descubra agora