Chapter Nineteen

493 41 1
                                    

De eerste twee weken van de zomervakantie waren voorbij gevlogen in een waas. Farrah had ze gespendeerd aan het lezen van dreuzelboeken, die Hermelien haar per uil leende, afspreken met Lena en aan brieven sturen naar Harry, Ron en Hermelien.

Over het algemeen, amuseerde ze zich wel. Er waren momenten dat ze naar Zwerkbal of naar de aanwezigheid van haar vrienden verlangde, maar ze probeerde er het beste van te maken.

Het enige wat haar vakantie verpestte, waren haar ouders. Ze gedroegen zich vreemd sinds... Ze kon het zich eigenlijk niet meer herinneren. Ze gedroegen zich gewoon vreemd rond haar. Ze stopten altijd midden in een zin als zij de kamer binnen kwam en ze hoorde haar ouders s'avonds laat in gedempte tonen fluisteren.

Op een gegeven moment had ze er genoeg van. Ze werd naar boven gestuurd na de aankomst van Licius, wie Farrah een kille blik had toegeworpen. Farrah liep stilletjes de trap af. Het kon haar niet meer schelen. Haar ouders hadden zich al de hele vakantie raar gedragen en misschien kwam de reden nu wel te boven in het gesprek met Lucius.

Ze moest oppassen voor de laatste trede, die kraakte. Stilletjes sloop ze verder tot ze naast de deur stond die naar de woonkamer leidde. Ze moest zich hard concentreren om ze te kunnen horen praten.

'Wat als hij Farrah komt opzoeken?' vroeg de stem van haar moeder. Ze klonk erg bezorgd, maar Farrah had geen idee waar ze het over had. Er klonk een zachte kuch.

'Dat betwijfel ik ten zeerste. Hij wordt tenslotte gezocht door het Ministerie van Toverkunst en het dreuzelministerie', zei de ijzige stem van Lucius. Haar hart sloeg een tel over. Ze wist over wie ze het hadden. Ze hadden het over Sirius Zwarts, maar waarom zou hij haar komen opzoeken? Wacht eens even..

De stem van haar vader onderbrak haar gedachten. 'Ik vind dat ze recht heeft op de waarheid.' Ze hoorde haar moeder diep zuchten en een zenuwachtig geschuifel.

'We hebben het hier al eens over gehad. In haar eerste jaar hebben we toch besloten dat dit het beste voor haar is.'

'We kunnen haar op z'n minst toch vertellen dat Zwarts onschuldig was', zei haar vader, maar Lucius leek dat niet erg te waarderen.

'Ben je gek? Als je haar dat vertelt, dan weet ze al genoeg. Ik raad aan gewoon te zwijgen over Zwarts. En ook over Lupos.' Farrah fronste.

'Wat als Zwarts naar Zweinsveld komt?' Haar moeder weer.

'Met alle dementors betwijfel ik het ten zeerste dat Zwarts nog maar in de buurt van Zweinstein zou komen.'

Farrah had genoeg gehoord. Ze sloop stilletjes de trap op en liep haar kamer in. Ze plofte neer op haar bed en begon na te denken.

In haar eerste jaar op Zweinstein. Toen had haar familie haar buitengesloten. Ze had vlak voor kerst een vreemde munt gekregen en een brief van haar ouders.

Plots sprong ze recht en liep ze naar de ladekast in de hoek van de kamer. Ze trok de onderste lade open en haalde haar kleren eruit. Ze nam het groene kistje waarin ze de munt en de brief verborgen hield. Farrah deed het kistje open en haalde de munt eruit.

Er was niets aan veranderd. Nog altijd dezelfde naam. Farrah nam de brieven die ze vorig jaar had gekregen. Ook daar was niets aan veranderd. Hoe vaak ze er ook maar een vloek op afvuurde, er veranderde niets aan.

Ze dacht even na. De brieven hadden nooit echt antwoorden gegeven. Het had haar alleen maar verward. Maar misschien was de munt behekst. Ze probeerde enkele spreuken tot de munt plots in twee brak. Farrah keek even met grote ogen naar de munt voor ze een klein, oud stukje perkament eruit haalde. Ze zuchtte. Als dit stuk perkament haar nog meer zou verwarren... waarom ook niet?

Farrah kon de woorden niet goed lezen. Het perkament was heel vervaagd en zat vol inktvlekken. Ze hield het perkament in het licht en kon een zin duidelijk aflezen.

'Wacht met het haar te vertellen tot de tijd rijp is. -S'

Farrah schrok op van een klop op haar deur. Ze gooide gauw alle brieven terug in de ladekast.

'Binnen', zei ze luid en ze grabbelde gauw een willekeurig boek van de ladekast.

Haar vader stak zijn hoofd om de deur en glimlachte naar haar. De lach zag er eigenlijk eerder triest uit.

Hij kwam binnen en sloot de deur achter hem zonder een woord te zeggen. Farrah keek hem met opgetrokken wenkbrauwen aan.

'Is er iets?' vroeg ze. Haar vader schraapte zijn keel en ging op de rand van haar bed zitten. Voor een paar minuten was het doodstil. Farrah kon alleen buiten de vogels horen.

'Ik wilde alleen maar zeggen dat je je geen zorgen moet maken om Sirius Zwarts', zei hij rustig. Farrah keek hem recht aan.

'Waarom zou ik me zorgen moeten maken?' vroeg ze. Ze probeerde luchtig te klinken, wat verbazingwekkend goed werkte.

'Het is gewoon... Doe geen domme dingen. We hebben toestemming gegeven dat je naar Zweinsveld mag, maar gedraag je daar.' Haar vader stond op en verliet haar slaapkamer voor ze nog iets kon zeggen. Farrah zuchtte diep en liet zich vallen op haar bed.

Waarom was haar leven toch zo ingewikkeld?

Unfolding Magical Mysteries: years 2-3 ~ Dutch Harry Potter fanficWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu