Hoofdstuk 11

4.9K 228 27
                                    

Drie dagen later stond ik op mijn vriendinnen te wachten op het vliegveld van New York. Ik dacht aan de laatste keren dat ik hier was. 

Toen ik in Jaden zijn armen sprong, me omkleedde voor Prom in de toiletten, toen ik afscheid nam van iedereen voor mijn vertrek naar LA. Toen ik samen met Tess een week hier bleef, en toen ik snel was gevlucht om Jaden niet onder ogen te komen. 

Alleen het vliegveld droeg al zoveel herinneringen met me mee. Ik schudde mijn hoofd om de flashbacks, de beelden niet te zien.

Ik liep naar buiten en haalde een frisse neus. Na een half uur op een paaltje hebben zitten wachten liep ik op een taxi af. "Kunt u me naar dit adres brengen?" Ik gaf een briefje met het adres van Tess erop gekrabbeld. Hij knikte en hielp me met mijn tas in de kofferbak te leggen. 

Ik probeerde Tess nog een keer te bereiken maar dat lukte niet. Zuchtend viel ik tegen de stoel aan. "Zware reis gehad?" Vroeg de chauffeur. Ik knikte. "Het is eerder zwaar om weer hier te zijn" Hij knikte. "Die momenten hebben we allemaal soms" 

Ik haalde diep adem. De tranen brandden in mijn ogen. Ik glimlachte naar de chauffeur en voelde de pijn. Ik kon alleen glimlachen. Dat was het enige wat de tranen tsunami kon tegenhouden. 

Toen we voor het huis van Tess stonden stond Tess ongemakkelijk in de deuropening. Megan stond naast haar en zag me in de taxi. Ze gebaarde dat ik naar de achterkant van het huis moest. Ik gaf de instructies door aan de chauffeur. Tegenover Tess stonden twee jongens die ik maar al te goed kende. Jaden en Keegan. 

Ik haalde mijn tas uit de kofferbak en gaf de chauffeur het geld met wat extra fooi. Megan kwam de poort door. Ze willen niet weggaan. Ze willen iets gaan doen vandaag maar we kunnen geen goede smoes verzinnen. 

Ik zuchtte. "Kom, we moeten wel even stil zijn dat ze ons niet horen." Ik knikte. We liepen voorzichtig naar de gang. De voordeur stond nog open. Het scheelde niet veel of ik stond recht tegenover Jaden. Maar we moesten de gang oversteken en dat kon niet zonder gezien te worden. Megan ging weer naast Tess staan. 

"Tess, we kunnen echt niet gaan" "Stop met zo saai doen, het is vakantie" "Daarom willen we ook een dag niks doen" Zei Tess. Jaden zuchtte. "Dat kan ook morgen. Over een paar dagen ga ik weer terug naar Washington en ik wil gewoon even met jullie wat gaan doen." Zei Jaden. 

"We kunnen niet want Hanna zou bellen, een uur geleden, en we hadden het haar beloofd." Jaden viel stil. "Hoelang willen jullie bellen, dan komen we namelijk daarna wel terug" "Met Hanna kan dat wel uitlopen aangezien ze ons alles over Hawaii ging vertellen" 

"Keegan, kom we gaan" Zei Jaden. Ik vond het zielig dat mijn vriendinnen hem op die manier wegduwde. Als ik in zijn schoenen stond zou ik me echt rot voelen.

"Dat was lullig" Zei ik toen de deur dicht was. "Ik weet het maar ik had al van alles geprobeerd."  Zei Tess.  Ik liep naar boven en dumpte mijn tas op Tess haar bed.   

"Vanavond moet één van ons wel met ze sowieso mee want anders worden ze echt boos" Zei Megan. "Tess gaat dan, want jij hebt een relatie met Keegan" Ze knikte. 

IK haalde de brief uit mijn tas. Ik legde hem neer en zuchtte. "Ik dacht dat ik nu een stuk beter vooruit ging, en nu sta ik weer helemaal aan het begin, alleen door een paar woorden. Waarom kan het niet gewoon makkelijk zijn om over hem heen te komen?" Tess haalde haar schouders op. "Dat is denk ik wel lastig."

"Je moet niet hopen op een nieuwe kans want als je nieuwe kans een film was kunnen we nu al het einde voorspellen en dat lijkt precies op hoe je je nu voelt" Ik knikte. "Je hebt gelijk, maar dat maakt het niet makkelijker." 

We besloten om er even niet meer aan te denken en zetten een thriller film. "Hoor ik voetstappen?" Fluisterde ik. "Erg grappig" Zei Tess. Ik zette film op pauze en hoorde echt voetstappen. "Tess?" Riep Keegan, duidelijk. Ik sprong op van het bed, struikelde over mijn tas. Snel sprong ik op en ging ik achter haar kleding kast staan. 

De deur ging open. Ik wist dat als ze te ver de kamer in kwamen dat ik dan erbij was en had ik geen kans om te vluchten. "Jullie zijn al klaar met bellen, waarom belde je ons niet dat jullie klaar waren. Megan keek ongemakkelijk naar Tess. 

"En waarom ligt hier zoveel troep?" Vroeg Jaden. Ik hield mijn adem in. De brief... 

Ik probeerde oogcontact te maken met Megan of Tess. Geen van beide keken. De brief lag op de hoek van het bed en was duidelijk te zien. Ik haalde voorzichtig mijn telefoon uit mijn zak en typte voorzichtig een bericht naar Megan. 

 De brief!

Megan haar telefoon was tijdens mijn valpartij blijkbaar ook gevallen. "Wat bedoeld Hanna met 'de brief'?" Megan keek naar Tess, die een bezorgde blik terug stuurde. Ik voelde een niesbui op komen. Ik hield mijn neus dicht en probeerde geen geluid te maken. 

"Tess?" Vroeg Jaden, bezorgd? Waarschijnlijk had hij ook wel door dat het over zijn brief ging. Ik kan mijn motivatiebrief voor school nergens meer vinden! 

Stress! Stuurde ik er nog achter aan. 

"Wie maakt nou een motivatiebrief voor school in de zomervakantie?" Vroeg Keegan verbaasd. "Hanna" Zei Megan. Zo onopvallend mogelijk schopte ze de brief van het bed, zodat ze de brief niet meer zagen. "Apart"

"Kom, ik heb zin in friet" Ik knikte naar Megan dat het was. "Vooruit" Zei Megan. Toen ze de deur achter zich dicht hadden gedaan haalde ik opgelucht adem. Mijn niesbui was gelukkig vals alarm. Ik plofte op het bed en pakte de brief in mijn handen. 

'Volgens mij had ik mijn zwarte vest toch nog hier liggen" Riep Keegan toen de deur open ging. Geschrokken keek ik hem aan. "Alsjeblieft hou je mond dicht" Piepte ik.  





My Brother's Best Friend 2Where stories live. Discover now