forever alone

het kasteel

p.o.v Triss

Het is vroeg in de ochtend en het hele dorp slaapt nog. Kaiden en ik springen op onze Fligies en rijden zo zacht mogelijk het dorp uit. "We gaan naar het kasteel om hulp vragen." zegt Kaiden zodra we een stukje hebben gelopen. Ik kijk hem aan en vraag "Hulp waarvoor?" De enige reactie die ik krijg is een bezorgde blik en dan springen we door in galop. De rest van de rit zwijgen we bijde.

Dan zie ik opeens een groot kasteel opkomen achter de bomen. Het is zo groot en helemaal van glas dat heel erg spiegelt waardoor het meer een spiegel lijkt. Je kan er vagelijk doorheen kijken. Ik stop en stotter "Is...is...is dat...dat kasteel??" Kaiden knikt kort en we slikken bijde.

Ik loop er langzaam op af maar Kaiden haalt me in en gaat voorop lopen. Langzaam pakt hij met een hand een mini zwaar uit zijn rugzak om ons te verdedigen. Hij geeft mij een dolk. Wat moet ik daarmee? Verwacht hij dat ik uitgebrijde vechtlessen heb gehad ofzo. Voordat we het weten zijn we ontsingeld met wachters. Blijkbaak is Kaiden ook hier vaker geweest want de wachters herkennen hem en gaan in rust positie staan. De helf van de wachters drijven mij met hun speren weg van Kaiden en prikken afentoe kort met hun speer in mijn Fligy of in mij. Ik krijg het doods benouwd. Ik wil om hulp roepen maar de woorden komen niet uit mijn door angst droge mond. Een van de wachters prikt iets harder met zijn speer in mijn arm dat pijn doet. Ik ontblood mijn tanden naar hem en laat de dolk zien. De wachter achter me prikt nu nog harder wat mijn huid niet aan kan. Er gaat een enorme steek van pijn door me heen. Ik kijk eerst naar mijn arm die heel erg begint te bloeden en dan naar de speer die uit mijn arm komt. De halfe speer punt zit onder mijn bloed. Ik voel dat ik zwakker word en dan duwt een van de bewakers me van mijn Fligy zodat ik op de grond val. Ik sluit mijn ogen en hoor dat de Fligy weg rent. Ik doe mijn ogen kort open en zie dat mijn dolk in iemands voet is gevallen, geen wachter, hij heeft andere, nettere schoenen aan.

p.o.v Kaiden

Ik maak een klein praatje met de wachters in het Ewyl's als ik opeens een zacht dof geluid hoor. Ik draai me om en zie Triss daar op de grond liggen met een grote bloed vlek onder haar. De wachters porren een beetje met hun speren in haar. Boos haal ik mijn hand door de lucht en meteen gaan alle wachters bij haar weg. Ik kniel bij haar neer en bekijk de wond als ik opeens uit mijn ooghoek iemand zie springen op een been.

"Het spijt me zeer, uwe heer de kroonsprins." zeg ik tegen hem terwijl ik een buiging maak. Inplaats van een beleeft antwoord schreeuwt hij naar me dat ik het moet verbinden. Snel trek ik Triss' dolk uit zijn voet en haal wat verbind spullen uit mijn tas waarmee ik het verbind. Zonder iets te zeggen verbind ik ook Triss' arm. Ik til haar op en breng haar het kasteel in zonder toestemming van de kroonprins te vragen.