HOOFDSTUK 32

591 26 7
                                    

Ik schrik wakker van mijn gsm die overgaat. Nog half slapend kijk ik naar het oplichtende scherm en ik zie Aidens naam staan. Ik wil eerst afleggen, maar besluit toch maar op te nemen.

'Goeiemorgen prinses, klaar voor je training?!' Schalt zijn stem vrolijk aan de andere kant van de lijn.

Ik heb meteen spijt dat ik heb opgenomen en overweeg alsnog af te leggen.

'Prinses?' zegt hij weer.

'Hou je kop,' brom ik.

'Oh er is er één met haar prachtige, elegante, maar vooral verkéérde been uit haar prinsessenbedje gestapt,' grinnikt hij.

'Ik ben nog niet eens men bed uit, eikel,' zeg ik nijdig. Ik kijk naar de klok in de veronderstelling dat ik me heb overslapen, maar dan zie ik de waar de wijzers zich bevinden. 'Het is zes uur 's ochtends!' Schreeuw ik met hese stem tegen mijn gsm. Ik hoor hem bijna grijnzen. 'Wat bezielt je in godsnaam om me op dit uur te bellen?!'

'Gho, ik was vroeg wakker, heb op wonderlijke wijze uitstekend geslapen en ben helemaal klaar om je in te maken bij de training, maar ja daar moet je dus met twee voor zijn hé,' zegt hij, nog steeds geamuseerd.

Ik zucht diep. Wat heeft die gast een verschrikkelijk goed humeur. Ik had eigenlijk deze ochtend vrijgehouden voor Rafaël, maar ik verwacht niet dat hij nu al wakker is. Het zou me überhaupt verbazen als hij voor tien uur zijn ogen opent. Dus brom ik tegen Aiden: 'Ik ben over een half uur aan de trainingszaal. Bereid je voor op een heuse afslachting want die heb je verdient.' En met die woorden leg ik af.

Snel neem ik een douche, trek mijn zwarte sport-top en legging aan, bind mijn haar samen en haast me de deur uit. Ik wil voorkomen dat ik te laat ben want dan heeft Aiden weer iets om de komende uren tegen me te gebruiken. Ik arriveer gelukkig als eerste en een paar minuten later verschijnt ook Aiden aan de grote deuren van de trainingszaal.

'Aha, je bent op tijd,' constateert hij en er speelt een lach om zijn lippen.

'Tuurlijk,' zeg ik triomfantelijk terwijl ik mijn wenkbrauwen optrek.

Aiden reageert enkel met een korte "hmmm" en opent vervolgens de deuren. Wanneer hij binnen staat kijkt hij om zich heen en zegt: 'Oké, waar zal ik je eens afslachten.' Hij draait zich naar me om, om mijn reactie te zien en wrijft al grijnzend in zijn handen.

'Ach,' zeg ik terwijl er zich ook op mijn lippen een grijns vormt en ik ondertussen in mijn geest stevig mijn handen rond de onzichtbare touwtjes sla, 'ik denk dat ik hier begin.'

Ik geef een ruk aan een van de touwtjes en manipuleer zo in een fractie van een seconde de lucht voor me die, met een enorme pulsatie vanaf mijn handen, Aiden simpelweg omver knalt. Hij komt met een harde klap neer, maar krabbelt een paar seconden later weer overeind en kijkt me, tot mijn grote ergernis, nog steeds met een grijns aan.

'Je hebt het onder controle,' merkt hij op.

Ik knik. 'Klopt, het zijn net touwtjes,' zeg ik, verwijzend naar de manier waarop ik het element manipuleer.

'En het oproepen, lukt dat ook al zo vlot?' Vraagt Aiden. Hij is gelukkig wat serieuzer geworden en kijkt me nu enkel geïnteresseerd aan.

'Nee,' zeg ik, 'dat is nog steeds erg lastig en...' Ik aarzel even bij de herinnering aan de vorige keer dat ik de elementen in zijn bijzijn opriep. 'Ik weet niet of ik wil dat je mijn ogen nog een keer zo ziet,' zeg ik eerlijk, maar wend mijn gezicht af. Ik geneer me erom.

Ik hoor dat Aiden recht staat en naar me toe komt. Hij verschijnt in mijn gezichtsveld en kijk me aan. 'Caila, ik heb het eerder gezien hé. Ik weet welke kleur je ogen krijgen. Het is niets om je voor te schamen, maar moeten er wel zien achter te komen waarom ze die kleur krijgen.

ᴜɴᴅᴇʀɢʀᴏᴜɴᴅWhere stories live. Discover now