hoofdstuk 5

47 5 0
                                    

7 maart 1943

Ik werd wakker en keek om me heen. "Waar ben ik? Wat is er gebeurd? " vroeg ik aan Erik "Bij de dokter, je bent in je arm geschoten" antwoorde hij. Er kwam een zuster aan. "Wij helpen mensen van het verzet." Legde ze uit. "Maar je kunt hier niet lang blijven want de Gestapo komt eraan!" Ik zat rechtop in bed. De Gestapo? Nu al? "Ik zal kijken of ik ze een tijdje op afstand kan houden." Zei de zuster en ze liep haastig weg. Erik en ik bleven alleen achter. We zeiden een tijdje niks meer tegen elkaar. Ik stapte geïrriteerd uit bed en zei tegen Erik dat hij even op de gang moest wachten. Ik trok die vervelende pyjama uit en trok mijn kleren aan, ik zag de bloed vlekken nog op mijn mouw zitten. Ik liep de kamer uit en Erik stond te wachten. " Leuk vriendje heb jij." werd in mijn oor gefluisterd. Ik keek om en daar stond de zuster. " Bedankt, denk ik" fluisterde ik terug. Toen we buiten waren, waren we omringd door Gestapoauto's. Erik wist nog een andere route maar daar waren wel veel Duitsers. "Ik wil het wel riskeren" fluisterde ik en we renden weer naar binnen. Aan de achterkant van het ziekenhuis kwamen we weer naar buiten. Er kwamen in de verte een paar Duitsers aanlopen." Snel, we doen alsof we zoenen." zei Erik. "Maar dat stopt hen niet om ons te arresteren!" riep ik hysterisch." Kom nou maar, we zien wel." zei Erik geruststellend. We sloegen een steegje in en Erik drukte zijn lippen op de mijne. Vanuit mijn ooghoek zag ik de Duitsers ons voorbij lopen. Ik maakte me los uit de sterke greep van Erik. "Dat was niet alsof!" schreeuwde ik. Hoe durfde hij! In alle stilte liepen we naar huis. Ik was heel boos op Erik. Maar iets anders van mij zei dat ik nog wel een keer gewond wilde raken en op deze manier wilde ontsnappen aan de Gestapo. 

Thuis aangekomen zat meester Veldman al op ons te wachten. " Tamar mist je Charlotte" zei hij koeltjes. Tamar kwam de trap afhollen en rende zo in mijn armen. Ik kuste haar op haar hoofdje.  "De overbuurman vermoed iets, Charlotte. Tamar moet gaan." zei meester Veldman. "waarheen?" vroeg Erik  geschrokken. Er kwamen tranen in mijn ogen. Zolang had ik voor haar gezorgd! Nu zal ze Anne nooit meer zien. "Ik laat haar niet gaan!" schreeuwde ik."Ik heb zo lang voor haar gezorgd ik heb haar gered uit de handen van Herr Maaslander!" Ik wilde niet dat weg zou gaan, na alle moeite. "Ik ga bij hem langs en schiet hem overhoop!" "Dat doe je niet!" zei meester Veldman licht geïrriteerd maar ik zag dat hij op het punt stond om in lachen uit te barsten. "Goed ze mag nog even blijven, tot Anne terugkomt, maar weet wel wat voor risico's je neemt."

Toen ik de lichten aan wilde doen, bleek dat we geen stroom meer hadden. "Wat is dit?" "Oh ja." Zei meester Veldman droog. "We krijgen geen stroom meer."

Ik hield mij sterkWhere stories live. Discover now