Hoofdstuk 9

40 4 1
                                    

Nog steeds 30 juli 1942

Tien minuten nadat meester Veldman gearresteerd was zat iedereen verdrietig om zich heen te staren. Het was heel leeg zonder meester Veldman. "ik ga Tamar maar eens halen" zei ik bedroefd. Ik liep naar boven, deed de zolder deur open en zag Tamar daar boven op haar bed zitten. "Tamar, wat ben je aan het doen?" riep ik. Tamar keek mij aan met een blik die ik eerder had gezien. "Ik dacht aan mama, zij heeft me verteld dat ik me niet onder een bed mocht verstoppen maar op een betere verstopplek. Ik hoorde haar stem in mijn oor en dacht heel eventjes dat ze er was."Luister Tamar, kom eventjes naar beneden." zei ik.
Ik maakte thee en pakte wat brood. Tamar zat op de bank toen ik naar binnen kwam. Ze keek angstig. Ze had gezien dat meester Veldman er niet meer was. "Tamar, er is iets gebeurd en dat maakt dit huis voor jou niet meer veilig." zei ik bedroefd. "Ik beloof je dat ik je na de oorlog op zal halen." "van mama moest ik ook naar een ander huis."zei Tamar. Ze heeft het er telkens over dat haar moeder haar dingen verteld dacht ik. Waarschijnlijk verbeeldde Tamar zich alles. Het zou natuurlijk niet kunnen dat haar moeder omgekomen is in een concentratie kamp (nou dat kan dan wel) en haar ziel nu om Tamar heen zweefde. Dat zou wel erg absurd zijn. Maar vaak hoorde je daar wel geruchten over. Ik wil hoe dan ook niet dat Tamar wordt vervloekt door haar eigen moeder. "Wanneer zei ze dat Tamar?" "Net, toen ik boven op jullie zat te wachten." antwoordde Tamar. "Zei ze nog meer?" vroeg ik "Nee."Tamar keek me vragend aan. "Het komt goed."zei ik maar ik wist niet zeker of dat waar was. "Erik, kan jij een nieuw huis voor Tamar vinden? Ik pak vast kleren in..."zei ik bedroefd. Erik knikte en zei :" ik heb al een huis, nou ja mijn vader had een huis gezocht. Het is een vriendelijke familie en er is ook al een meisje van acht." "Hoe heet ze?" vroeg Tamar. "Dat weet ik niet" zei Erik. Tamar keek Erik aan. "Morgen vertrek je." zei Anne bedroefd. Ik zag dat bij Tamar tranen achter haar ogen brandden.
Ik liep naar boven en pakte al Tamars kleren in 1 van de twee rugzakken. Ik dacht erover, over hoe dit misschien de laatste keer is dat ik die kleren nog vast had. De laatste keer dat ik Tamar nog vast had. Ik hoorde Tamar naar boven bonken. "Ik haat jullie!" schreeuwde ze. "Pardon?" Ik keek Tamar aan, Tamar schrok. "We hebben je leven gered en dit is wat we er voor terug krijgen?" Ik was geïrriteerd. Tamar zei niets maar haar ogen vertelden mij dat het haar speet. Dat ze helemaal niet weg wilde. Ik knielde voor Tamar neer, pakte haar stevig vast en keek haar aan en zei: "Tamar, luister, wij willen alleen het beste voor jou, wij willen dat jij blijft leven. Tamar keek mij aan. "Tamar, ik-" "Nee ik wil het niet horen! Ik wil je nooit meer zien!" "Tamar, luister, ik heb geprobeerd je hier te houden, Anne en Erik ook. Maar die man die net voor de deur stond is een Mof. Hij wil je vermoorden." Meteen wilde ik dat ik dat niet had gezegd. Toch ging ik verder met mijn verhaal. "Hij heeft meester Veldman meegenomen. Hij kwam hier voor jou om jou te doden. Ik wilde je beschermen, meester Veldman is nu opgepakt en misschien komt hij wel niet meer terug omdat hij zo veel van jou houd dat hij zijn leven geeft voor jou en dit is de enige kans om te overleven." gespannen wachtte ik op het eigenwijze antwoord van Tamar ik wist niet of het waar was van meester Veldman maar ik had zo mijn vermoedens. "Ik wil hier blijven, ik wil niet naar die familie." Tamar had tranen in haar ogen. "Tamar ga je mee naar benden dan geven we je soep en brood. Ons laatste avondmaal samen. Ik haal je na de oorlog op bij die familie." Ik keek Tamar aan. "Beloof je het?" vroeg Tamar angstig. "Ja, ik beloof het." Ik wist alleen niet zeker of ik het kon waar maken.

Ik hield mij sterkWhere stories live. Discover now