Hoofdstuk 16

41 7 0
                                    


1 september 1943

Ik werd wakker van het gesnurk, ik deed mijn ogen open, mijn ogen moesten wennen aan het donker. Het eerste wat ik zag toen mijn ogen aan het donker gewend waren was; een deur, een afgeplakt raam waar een klein beetje licht door heen kwam. Ik hoorde zacht gesnurk ik draaide me om en keek naar Chris. Hij lag op zijn zij gedraaid naar de muur, het zag er schattig uit. Ik stond op om naar de WC te gaan. Opeens besefte ik dat ik niet wist waar de WC was, waar ik in überhaupt was. Zuchtend ging ik zitten op mijn bed, nou ja bed. Zo kon je het niet noemen, het was meer een plank met een laken dat diende als matras, een kussen en een deken dart diende om onder te liggen. "Wat zou er nog meer zijn?" fluisterde ik. Nieuwsgierig stond ik op en liep zachtjes langs Chris. Met mijn hand langs te muur tastend liep ik zachtjes verder. "KLENK!" "hmmm" klonk er als reactie op mijn geluid. "Wie is daar?" vroeg Chris "ik ben het, Charlotte" zei ik. Ik zag Chris recht overeind komen. "Wat deed je?" "eeh.. Ik stootte mijn teen tegen deze emmer" ik zag er allemaal bruin spul uitkomen en ik zag op de vensterbank WC papier staan. Chris kwam naar mij toe en concludeerde: "Dat was de WC" "zover had ik ook wel nagedacht" zei ik. De grote deur ging open, een bewaker stak zijn hoofd om de hoek en zei: "Mitkommen!". We liepen naar de deur, achter de bewaker aan. We gingen zitten op de stoelen tegenover het bureau. Er kwam een NSB'er binnen stampen, gooide de deur met een klap achter zich dicht wat als gevolg had dat ik er van rilde. Hij schoof de stoel naar achteren en ging zitten. Ik had nu tijd om hem in me op te nemen. Hij keek aardig uit zijn ogen. "Zo, wat brengt u hier?" Hij keek naar Chris. "Eeh...Uhm... Ik..." "Zeg het maar gewoon" siste de NSB'er. "Wij zijn opgepakt!" Snel sloeg ik mijn hand voor mijn mond. Ik had niks mogen zeggen. Langzaam draaide de NSB'er zich naar mij toe, ik probeerde zo vriendelijk mogelijk te lachen. Maar het hielp niks. Hij stond op en liep langzaam naar mij toe. Ik zag hoe hij zijn hand uithaalde en die hand belandde op mijn neus. Ik greep naar mijn neus en schreeuwde het uit van de pijn. "Ik had jou niks gevraagd" was zijn reactie en er volgde nog een klap vlak onder mijn wenkbrauw. Ik voelde een druppel bloed op mijn bovenlip vallen. De NSB'er, die ik voortaan Rotzak ga noemen, ging weer zitten en keek zo vriendelijk mogelijk naar Chris. "Tsjaa... We... Eeeh, ik ben dus opgepakt." Rotzak ging staan, er volgde een stomp en ik zag Chris in elkaar duiken. "DAT VROEG IK NIET! IK VROEG; WAT BRENGT U HIER! EN DAN BEDOEL IK WIE, WELK VOERTUIG EN VAN WAAR KOM JE!" Chris herpakte zich en ging weer rechtop zitten. "We waren in het bos in de buurt van die gevangenis, toen er opeens bewakers aankwamen. Ze zeiden dat we mee moesten komen, en snel een beetje omdat ze ons anders neer zouden schieten... De rest van het verhaal hoorde ik niet meer, misschien wilde ik het ook wel niet horen. Ik keerde me naar de deur, op dat zelfde moment zag ik de deur opengaan, er stak een hoofd om de hoek van de deur en twee ogen keken snel rond, de blik schrok toen hij mij zag, de persoon achter de deur wilde de deur al terug trekken toen ik snel 'nee' schudde met mijn hoofd. De persoon bleef staan. Ik zag nu ook een lichaam, het was een klein jongetje, hij had versleten kleding aan ik moest denken aan Tamar, net als toen ik haar vond. Rotzak had schijnbaar ogen in zijn rug want hij draaide zijn hoofd als een razende om en keek naar de deur. Ik zag het jongetje schrikken. Rotzak stond op en liep met een treinvaart naar de deur, ik durfde niet te kijken. Ik zag het jongetje met angstige ogen naar Rotzak kijken, hij kroop van angst weg achter de deur en duwde de deur dicht. Ik zag Rotzak naar zijn neus grijpen en hij schreeuwde het uit van de pijn. Achter mij hoorde ik gestommel, ik draaide me om naar waar het geluid vandaan kwam. Ik zag Annes hoofd voor het raam verschijnen, ik keek naar Chris hij keek terug, we knikten kort. Ik werpte een laatste blik op Rotzak en sprong op van mijn stoel ik hielp Chris van zijn stoel en samen renden we naar het raam. Ik hoorde een knal, ik kon de kogel van Rotzak ontwijken en sprong door het raam. Samen, met z'n drieën renden we weg, richting huis.  

Ik hield mij sterkWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu