~epiloog~

57 5 2
                                    

Milou

Ik kijk geschrokken op en voel een paar lippen op de mijne. Kort, maar krachtig.

'R-Randy', mompel ik dan en voel hoe ik door mijn benen zak. Randy vangt me nog net op en zet me in een busje, op de achterbank.

'Milou', zegt hij ademloos. 'Eindelijk ben je terug!' Hij slaat zijn armen strak om me heen. 'Ben je oké? Hebben ze je pijn gedaan?'

'Brian heeft me zojuist gebeten en is nu aan het doodgaan. En ze hebben me vergiftigd met Monnikskap.' Dan bedenk ik me iets. 'Randy', roep ik wanhopig. 'Nu kan ik niet genezen! Monnikskap blokkeert de genezing van wonden bij weerwolven!'

'Het komt goed, oké?' Ik knik, ook al geloof ik hem niet. De vader van Randy stapt in en draait zich naar me om. 'Pap, geef me een spuit!' zegt Randy meteen. 'Ze heeft Monnikskap in haar bloed.'

Randy's vader geeft Randy een spuit en ik voel hoe hij de spuit in mijn bovenarm drukt. Ik voel me zwak worden en val uiteindelijk weg.

---x---

'Milou?' hoor ik. 'Milou, wordt wakker.' Ik kreun en open moeizaam mijn ogen. Ik zie Randy over me heen gebogen zitten en hij glimlacht opgelucht als hij ziet dat ik mijn ogen open heb. 'Hoe voel je je?' vraagt hij meteen. Ik haal mijn schouders op.

'I-Ik... leef nog?' vraag ik verward. 'Hoe?'

'Ik heb het Monnikskap uit je bloed gespoten met een bepaald kruid. Je wond is ook aan het genezen, maar nog niet snel.' Ik knik kort en sluit mijn ogen weer.

'Ik hou van je', mompel ik.

'Ik ook van jou', hoor ik terug. Ik glimlach en open mijn ogen weer iets. 'Je bent sterk, Milou. Vergeet dat nooit meer. Je hebt de vampiers overleefd!'

Ik slik. 'Je moeder niet', mompel ik. 'Je moeder was een uitverkorene. Bij haar hadden ze alle delen van het plan uitgevoerd en ze viel dood neer op de grond.'

Randy zakt verslagen naast me op het bed en kijkt voor zich uit. 'Mijn moeder is... dood?' Ik knik en kom overeind, om een hand op Randy's bovenarm te leggen.

'Het spijt me voor je, Randy.' Ik slik en wrijf langzaam over zijn spieren heen. 'Het spijt me zo erg voor je.'

'Jij kunt er niks aan doen', mompelt hij. Ik zucht.

'Ik weet het', mompel ik terug en kruip tegen hem aan. 'Ik vind het gewoon zo erg voor je.'

Randy schudt zijn hoofd en drukt kort zijn lippen op de mijne. 'Je hoeft geen medelijden met me te hebben', mompelt hij. Ik haal mijn schouders op. 'Ik hou zoveel van je.'

'Ik ook van jou. Heel veel.'

Einde.

BloodbiteWhere stories live. Discover now