XIII. Brother

256 31 0
                                    

Ik open de deur van mijn kamer en voor mij staat Lucas. "Hee" zegt hij. "Hey" zeg ik zacht. "Ik mocht je ophalen van Amir, ik heb een sandwich voor je meegenomen van het ontbijt". Hij geeft mij een papieren zakje aan. Ik bedank hem en sluit de kamerdeur achter mij. Mijn nieuwe slippers piepen over de vloer.

We zijn nu ruim drie dagen verder sinds mijn eerste werkdag in de bibliotheek en het begint aardig te wennen. Lucas begin ik langzaam aan te mogen en misschien wordt het tijd dat ik wat meer open naar hem ga worden. Ik haal de bacon sandwich uit het papieren zakje en begin het op te eten terwijl we naar de bibliotheek lopen.

"Weet je al wanneer je bij het diner mag aanschuiven?" vraagt Lucas terwijl we de grote centrale hal inlopen. "Ik hoorde van Amir dat ik vanavond mag aanschuiven" zeg ik, terwijl ik al zenuwachtig wordt als ik er aan denk. "Ben je daar nerveus voor?" "Ja eigenlijk wel, ik weet niet wat de rest van het personeel van mij denkt" zucht ik terwijl ik de eerste trede van de grote trap beklim.

"We zouden wat vroeger kunnen gaan, dan zijn niet bij binnenkomst gelijk alle ogen op jou gericht" stelt Lucas voor. Ik kijk hem glimlachend aan en zeg "Dat is best wel een goed idee." Lucas haalt de sleutel van de bibliotheek deur uit de zak van zijn zwarte spijkerbroek en draait de deur van het slot.

"Wat moet er vandaag gebeuren?" vraag ik hem, aangezien we gisteren het opruimen van de boeken hebben afgerond. "Ik heb gisteren nog wat tellijsten uitgeprint" zegt hij, terwijl hij de deuren zacht laat dichtvallen. "Ik denk dat we vandaag en morgen wat categorieën moeten tellen, ik mis sowieso nog een paar boeken die niet zijn teruggebracht en ik weet dat er een aantal boeken terug zijn die ik nog als vermist had staan dus dat moeten even geteld worden" gaat hij verder.

"Van alle boeken hier?" vraag ik verbaasd. "Nee" zegt Lucas lachend. "We doen gewoon wat we kunnen doen en de rest doen we na het weekend." "Moet je dan niet het oude deel weer opnieuw tellen?" Voor een moment denkt Lucas na terwijl hij de PC op de balie opstart en zegt dan. "Ja."

Ik lach lichtjes. "Je zou ook mij kunnen laten tellen volgende week en dat jij de boeken opruimt? Ik bedoel je hebt nu toch een extra man en anders sta ik ook maar op je vingers te kijken" zeg ik. Ik hoop dat hij mij inmiddels genoeg vertrouwd dat ik dit mag doen. "Okay" zegt hij.

Terwijl Lucas op de computer wat tellijsten uit begint te draaien kijk ik eens goed rond in de bibliotheek. De zaal wordt prachtig verlicht door een glazen koepel die als dak figureert. Het natuurlijke licht werpt genoeg licht op de zaal dat ze lampen uit kunnen blijven. Ik kijk door de koepel naar de lucht. In plaats van de zon hoog aan de hemel, hangen er flink donkere wolken boven de bibliotheek.

"Ik denk dat het flink gaat regenen vandaag" zeg ik verbaasd. "Ben benieuwd, meestal valt er een week per twee of drie maanden een flinke bak met regen uit de lucht. Hoop dat de bibliotheek het droog houdt" zegt Lucas terwijl de printer geluid begint te maken. "Wat bedoel je?" vraag ik hem. "Vorig jaar hebben we flinke lekkage gehad rond de winter en aangezien de winter er weer aan komt vrees ik het ergste." zucht Lucas.

"Was er veel schade?" "Nah, alleen de vloer die bijna helemaal opnieuw moest en wat bureaus die vervangen moesten worden door het vocht, maar gelukkig bleven de boeken gespaard." zegt hij. De printer stopt met geluid maken. Hij pakt er vier blaadjes uit en geeft er twee aan mij.

"Het is heel simpel, ik doe romantiek en jij doet actie vandaag." begint hij. "Zoals je weet staan de boeken op achternaam van de schrijver, zo is de lijst ook opgesteld. Heb je geen exemplaar kunnen vinden plaats je een kruisje, zie je er één, dan turf je er één et cetera." "Okay" zeg ik.

De kast met romantiek staat pal naast de kast voor actie boeken, dus mocht ik hulp nodig hebben kan ik bij hem aankloppen.

Ik pak een trapje en begin bovenaan de boekenkast bij de letter A. Ik werk de eerste rij van boeken vrij snel af. Ik kom een paar boeken tegen die niet op alfabetische volgorde staan, maar dat mag ik negeren volgens Lucas. Het blijft een vrij lange tijd stil tussen ons. Ineens vullen mijn oren met een zacht getik. Ik kijk om mij heen, maar kan niet vinden waar het vandaan komt.

Het getik wordt erger maar ik besluit het te negeren. Na een minuut begint het hardere getik toch echt te storen en ik kijk vragend naar Lucas die mij op dat moment aan staart. Hij lijkt uit een soort roes te komen en zegt "Dat is de regen op het dak". Ik kijk omhoog en zie inderdaad een flinke plensbui op de glazen panelen terecht komen. "Ah" zeg ik zacht.

Ik draai mij terug en kom bij de B. "Michael mag ik je wat vragen?" vraagt Lucas met een voorzichtige ondertoon. "Tuurlijk" zeg ik, terwijl ik verder ga met mijn tellijst. "Mag ik weten hoe het in de gevangenis was?". Ik zucht een momentje en ga er van uit dat hij alleen de cellen op het eiland bedoeld. Over Dubai wil ik ook nog niet over praten.

"Zwaar" zeg ik kortaf. "Had je contact met andere gevangenen?" "Nauwelijks" zeg ik. Ik kijk hem aan en zie hoe zijn nek met een schokje naar links beweegt. "Vanwaar de vragen?" "Ik vraag het mij gewoon af" zegt hij, terwijl zijn helder groene ogen mijn ogen doordringen.

"Als je het echt wilt weten, het was koud, hard en verschrikkelijk. Ik heb bijna een week niet gegeten, ja op een kippenpootje na die ik kreeg van een medegevangene. Ik verbleef buiten in de kou, zonder drinken, ik mocht niet naar buiten en werd eigenlijk aan mijn lot over gelaten" zeg ik zacht. Ik probeer mijn frustratie en paniek in mijn belevenis in te houden.

"Oh" zegt Lucas. "Lucas" zeg ik voorzichtig. "Waarom?" vraag ik hem als hij naar mij kijkt. "Mijn broer zit in de gevangenis" zegt hij zacht. "Oh?" zeg ik verbaasd. Weer knikt zijn nek een stuk naar links. Lucas gromt gefrustreerd en wrijft met zijn hand over zijn nek. "Hoe zag je broer er uit?"

"Hij is nu ongeveer achtentwintig jaar oud, bruin haar, altijd glad geschoren. Ik gok iets langer als hij bent" zegt hij. Ik moet een tijdje nadenken en dan schiet mij de man te binnen die mij het kippenpootje gaf en een praatje met mij maakte. "Ik denk dat ik jouw broer heb gesproken" zeg ik verbaasd. "Hij was alleen alles behalve gladgeschoren" zeg ik er achteraan.

"Hoe weet je dat zo zeker?" "Hij voldoet aan de omschrijvingen" zeg ik. "Lucas, waarom zit je broer in de gevangenis?" vraag ik hem voorzichtig. Hij loopt van de trap af en gaat op een van de stoelen bij de bureaus zitten. Ik volg zijn voorbeeld en ga bij hem zitten.

"Hij was een dief, hij stal van iedereen. Al jaren lang. Tot hij gepakt werd een paar jaar geleden. Hij zit een straf van tien jaar uit, maar ik mag hem niet bezoeken" zegt Lucas gefrustreerd. Ik knik begrijpelijk en leg mijn hand op zijn schouder.

"Hij is de reden dat ik nu hier ben" zegt hij zacht. Ik kijk hem vragend aan, maar hij blijft naar de tafel staren. Ik geef hem de tijd naar woorden te zoeken, het is duidelijk dat dat het gene is wat hij aan het doen is.

"Ik heb spasmes zoals je soms aan mij kan zien. Ik heb soms hulp nodig bij een paniekaanval omdat mijn spasmes dan extreem worden, maar ik woonde alleen met mijn broer. Omdat zijn zorg weg viel wilde De Koning mij daarom ook de gevangenis ingooien maar De Prins heeft daar een stokje voor gestoken. Hij zocht nog bibliotheekpersoneel en zo ben ik een paar jaar terug hier beland." zegt hij zacht terwijl zijn nek een paar keer opzij schokt.

"Lucas toch" zeg ik zacht. "Ik had niet verwacht datje op die manier hier terecht kwam". "Ik had het ook nooit verwacht, maar toch is het gebeurt." zegt hij. "Ben je boos op je broer?" vraag ik hem. Hij zucht hard. "Nee en ja" zegt hij.

"Nee omdat hij stal omdat hij geen baan had, en mij ook eten wilde voeren. Ja omdat hij wist dat als hij mij achter liet dat er niemand was om voor mij te zorgen. Maar heel eerlijk, ben ik wel blij dat ik hier terecht ben gekomen. Ik had echt niet in de cellen willen zitten." zegt Lucas.

Ik knik begrijpelijk. "Ik ben zelf ook blij dat ik hier terecht ben gekomen" zeg ik glimlachend. Lucas kijkt mij begripvol aan. Ik bespeur lichtelijke tranen in zijn felgroene ogen. "Kom," zegt hij "we gaan verder".

Hij staat op en voor ik het echt besef klimt Lucas al weer een trap op. Ik sta ook op en pak de lijst van de onderste treden af. Ook ik klim weer mijn trap op. "Lucas?" "Hmm?" "Bij zo'n paniekaanval, wat kan ik dan het beste doen?" vraag ik hem uit nieuwsgierigheid. "Probeer mij gerust te stellen en alles komt goed" zegt hij met een lichte glimlach.

Ik glimlach terug. Lucas is nog best interessant bedenk ik mij. Heb het idee het tenminste met hem te kunnen vinden. Onder het luide geluid van de regen op de glazen koepel, rondde we die dag de complete tellijst nog af.

PrinceWhere stories live. Discover now