39. Scheiding van wegen.

129 5 4
                                    

Lloyd en Liesl zaten tegenover Dokter Weber in het kleine kantoortje van de stationschef van Achiet-le-grand. De hoofdarts wist niet goed wat hij met Liesl aan moest. Enerzijds was ze zijn beste verpleegster, anderzijds had ze zich onverantwoord gedragen door terug te keren naar het lazarett, terwijl haar prioriteiten bij het verzorgen van de gewonden op het station lagen. Het gevolg van haar beslissing was, dat Maria Weiß, een geweldige hoofdzuster, daar het leven bij had gelaten.
"Liesl," zuchtte de hoofdarts wanhopig, "wat moet ik nou in hemelsnaam met jou aan?" Liesl zei niets, maar keek Dr Weber beschaamd aan.
"Wat ging er in Godsnaam in je hoofd om, om je patiënten te verlaten en terug te keren naar het lazarett?" Dokter Weber kon het eigenlijk wel raden.
"Ik wilde Lloyd en Karl niet verliezen, dokter. Zij waren de enige dierbaren die ik nog had." Liesl wachtte een moment, alvorens verder te gaan, "Toen ik hoorde dat het lazarett zwaar onder vuur lag, werd ik gek van ongerustheid. Ik moest, hoe dan ook, terug naar het lazarett."
"En toen dacht je: Ach, laat ik Maria ook maar meenemen?" "Nee, Dokter. Maria ging uit eigen beweegredenen met me mee." zei Liesl, bijna fluisterend. "Als ik geweten had dat ze daar zou sterven, had ik haar niet eens meegenomen, Dokter." Dokter Weber keek naar Liesl en zag hoe enkele tranen over haar wangen rolden en uiteindelijk op haar vuile uniform belandden.
"En wat waren Maria's beweegredenen dan?"
"Ze was.." Liesl huilde nu hartverscheurend. Lloyd nam haar, onder de afkeurende blikken van Dokter Weber, troostend in zijn armen. De hoofdarts zei er echter niets van.
"Maria was bang dat mij iets zou overkomen."
"En uiteindelijk was het uitgerekend Maria die zelf het slachtoffer werd." Liesl zei niets. Ze werd verscheurd door schuldgevoelens.
"Luister Liesl," ging Dokter Weber verder, "Het was Maria's beslissing om met jou mee te gaan. Dat betreur ik ten zeerste, want ik ben van mening dat Maria, in plaats daarvan, alles had moeten proberen om jou tegen te houden. Maar dat heeft ze niet gedaan. Ze is met je mee terug naar het lazarett gegaan, ondanks dat ze wist welke risico's dat met zich meebracht. Kennelijk had ze die risico's geaccepteerd. Vanaf dat moment Liesl, was jij niet meer voor Maria verantwoordelijk. Ik wil dat je dat goed begrijpt." Liesl keek Dokter Weber met rood behuilde ogen aan.
"Maria's dood is niet jouw schuld, Liesl. Het is oorlog en daarbuiten sterven mensen. Helaas is Maria daar nu één van. We kunnen niets anders doen dan haar dood te accepteren." De woorden van Dokter Weber hadden Liesl moeten troosten en gerust moeten stellen, maar misten hun doel volledig. Het verlies was te groot, de pijn te hevig en het verdriet te overweldigend.

Dokter Weber keek bedroefd voor zich uit.
"Afgelopen nacht is Feldlazarett .92 tot de grond toe afgebrand. Mijn tijd als hoofdarts van een lazarett is waarschijnlijk voorbij. Ik heb vanmorgen vroeg contact gehad met Kolonel Leitz van de medische staf. Iedereen die werkzaam was in het lazarett gaat op transport naar Marinelazarett 4 in Oostende in België."
"Waarom zo ver weg?" vroeg Liesl.
"Ik weet het niet. Misschien dat Leitz ons, na deze traumatische gebeurtenis, wat rust wil geven. In ieder geval zal er in Oostende bekeken en besloten worden hoe en waar we verder ingedeeld worden."
"En wat gaat er met Lloyd gebeuren, Dokter?" vroeg Liesl bezorgd. Diep van binnen wist ze eigenlijk al dat de kans groot was dat ze hier van elkaar gescheiden zouden worden.
"Het spijt me Liesl, maar ik ben bang dat Lloyd op transport naar "Kriegsgefangenlager Soltau" zal moeten. Ik heb lang geprobeerd om zijn vertrek uit te stellen, maar ik ben bang dat ik nu niets meer kan doen om jullie bij elkaar te houden." Lloyd keek bedroefd naar Liesl.
"Het komt wel goed, lieverd," zei hij troostend, "we hebben ons, tot nu toe, overal nog doorheen weten te slaan. Ik weet zeker dat we het nu ook gaan redden."
"Maar Soltau is zo'n eind weg en staat niet bekend als een kamp waar het leven voor krijgsgevangenen makkelijk is." Dokter Weber mengde zich in het gesprek van Lloyd en Liesl.
"Gerhard Roth is de arts in Soltau. Ik ken hem nog uit mijn tijd dat we samen in opleiding waren. Hij zal ongetwijfeld invloed uit kunnen oefenen op de werkzaamheden die Lloyd daar zal moeten verrichten."
"Werkzaamheden?" vroeg Liesl verbaasd. Dokter Weber knikte.
"De krijgsgevangenen in Soltau worden te werk gesteld, afhankelijk van hun fysieke gezondheid natuurlijk. Ik kan contact met Dokter Roth opnemen en hem vragen een beetje op Lloyd te passen." Liesl's hart maakte een sprongetje.
"Als u dat zou willen doen, zou dat geweldig zijn." Dokter Weber richtte zich tot Lloyd.
"Jouw optreden in het lazarett vannacht was, gezien de omstandigheden, risicovol en misschien zelfs wel onverantwoord. Met gevaar voor eigen leven heb je twee jonge mensen van een zekere dood gered. Ik begrijp heel goed dat eigenbelang hier ook een grote rol in heeft gespeeld, maar dat laat ik maar buiten beschouwing." Dokter Weber keek Lloyd nu ernstig aan.
"Iedere Duitse soldaat zou voor een dergelijk optreden voorgedragen worden voor één van de hoogst mogelijke onderscheidingen, die hem uitgereikt kan worden. Aangezien deze onderscheiding voor getoonde moed, alleen aan Duitsers uitgereikt kan worden, is een goed woordje bij Dokter Roth, het enige wat ik voor je kan doen. Dat lijkt misschien verdomd weinig, maar ik weet zeker, dat het feit dat Liesl gezond en wel uit het lazarett gekomen is, jouw ultieme beloning is." Dokter Weber reikte Lloyd de hand.
"Het spijt me dat ik niet meer voor je kan doen. Je was een heel bijzondere patiënt, Lloyd. Liesl is gezegend met jou."
"Dank u wel Dokter, voor alles wat u voor Liesl en mij hebt gedaan en hebt betekend." Op dat moment kwam de ambulancetrein, piepend en op de stoomfluit blazend, het kleine station van Achiet-le-grand binnen rollen.
"Jullie hebben tien minuten om afscheid van elkaar te nemen. Dan verwacht ik Liesl op het perron." Bij het verlaten van het kleine kantoortje, boog Dokter Weber zich naar Wilhelm, die al die tijd als wacht bij de deur had gestaan, en fluisterde hem met een knipoog toe: "Twintig minuten is ook goed."

...en de engel sprak Duits.Where stories live. Discover now