11.

53 7 8
                                    

Remia giechelde terwijl ze water uit de rivier schepte en in mijn gezicht gooide. Het koude water schokte me en ik veegde de druppels van mijn gezicht weg met mijn onderarm. We zaten gehurkt op de oever van de rivier en probeerden alle vieze vlekken uit de handdoeken te schrobben. Het was onze beurt om te wassen.

'Laten we een beetje opschieten,' mompelde Amelie, het zweet parelde op haar voorhoofd en ze gooide om de zoveel tijd wat water in haar gezicht om af te koelen. Ik knikte alleen, te vermoeid van het hurken en het schrobben. We gingen door talloze handdoeken en ze moesten geen vlekje meer bevatten, of mevrouw Oss zou ons eigenhandig in de rivier gooien.

'Het is zo warm,' mompelde Dani, hij had zich opgeofferd om door de rivier te gaan en aan de andere kant van de oever zijn deel van de handdoeken te doen. Zijn modderige broekspijpen waren het resultaat ervan. Ik knikte wederom weer, gefocust op de gele vlek tussen de witte naden. Af en toe gooide Remia met speelse bewegingen ijskoud water in mijn richting, maar ook haar energie raakte op door de brandende zon.

Opgelucht gooide ik mijn laatste handdoek in de mand. Remia had nog haar halve mand terwijl Dani en Amelie ook de laatste loodjes legde.

'Kom,' was het enige wat uit mijn droge mond kwam terwijl ik met mijn hand wuifde. De jade armband glinsterde door het felle zonlicht. Remia gaf me een vieze handdoek aan. Vlug doopte ik het onder in het helder stromende water, waardoor mijn onduidelijke spiegelbeeld vertroebelde. Mijn verschrompelde handen wreef de stof tegen elkaar en het zeep begon ertussen te schuimen. Alleen het geluid van de ritselende bladeren en het klotsende water was nog te horen, de zon die in mijn rug brandde vergat ik even terwijl ik me vol op het schoonmaken stortte.

'Hey.' Een lage stem bromde aan de andere kant van de oever, het was niet Dani die zijn opgerolde mouwen compleet doorweekt hadden gemaakt, maar een man. Hij probeerde er ruig uit te zien met zijn hemd die de littekens op zijn armen liet zien. Met een arm droeg hij een slungelige man die buiten westen leken te zijn. De andere dokters stonden allemaal geschrokken op van dit schouwspel. Gauw hield ik Remia's handdoek in de rivier tegen die ze uit schrik uit haar handen liet vallen.

'Waar is jullie dorpsleider?' De man grijnsde en liet zijn gouden tand zien.

Loom van de warmte kwam ik ook overeind, de natte handdoek trok ik tegen mijn borst aan en mijn lichaam rilde. 'Waarvoor wilt u de dorpsleider zien?' vroeg Dani terwijl hij zachtjes slikte. Dani was niet klein in gestalte, maar de ruige man keek toch met gemak neer op hem.

'Ik en mijn vrienden hebben deze beruchte bandiet gevangen in onze valkuilen voor jullie. En nu willen we er compensatie voor.' Toen hij zijn vrienden noemde, kwamen er drie mannen uit de schaduwen van de bomen vandaan, alsof ze dit gerepeteerd hadden. Ze gaven een idiotische uitstraling, met twee mannen die takken hadden opgepakt en als dreigement tegen hun eigen handpalmen sloeg. Mijn wenkbrauw schoot omhoog, dit leek meer als een vals plan dan een goede daad. En als zij de oorzaak waren van de valkuilen die rondom het dorp verschenen, dan hadden ze zeker meer fouts gedaan dan goed.

De blik van de man viel op me. 'Wat?' vroeg hij toen hij mijn ongelovige gezicht zag. Hoofdschuddend draaide ik me om en tilde ik de mand met gewassen handdoeken op.

'Het dorp is die kant op.' Met mijn schorre antwoord begon ik te lopen zonder om te kijken. We waren maar met zijn vieren, waarvan ik gokte dat geen van de drie ervaring had met vechten. En zelfs ik met wat ervaring, wist dat dit een verloren gevecht was zou die uitbreken. Hun gedrag was misschien nep, maar hun spieren waren dat niet. De rest van de dokters krabbelden achter me aan en de zware stappen van de mannen braken de takken achter ons. Ze lachten, of in hun geval brulden, hun longen uit. Alsof ze zojuist een hoofdprijs hadden gewonnen van een loting.

Vergeten toornWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu