29.

42 6 6
                                    

Na we een tijdje in de lucht hingen, wees de God naar een grote krater. Hij was gevuld met helder water dat verkleurde naar een donkere blauw. 'Dat is het huis van Untar,' liet Cyran me weten. Hij nam me verder, vloog over de krater heen en ik keek naar het diepe blauw. Het huis van Scias en Trifas waren allemaal zo mooi, maar die van Untar was geen eens een gebouw.

Cyran liet me voorzichtig zakken, ik trok mijn shirt naar beneden om mijn navel te beschermen van de wind. Ik wist niet dat ik de grond had gemist totdat mijn twee voeten er eindelijk op stonden. Vliegen had iets magisch, maar lopen was misschien toch mijn roeping.

'Laat me wat kleren voor je halen,' zei de Dwaalgod zodra hij mijn rood aangelopen neus zag. De korte mouwen van het shirt was zeker niet het beste in deze wintermaand. Cyran was in een ogenblik weg, waardoor ik alleen op het zandpad overbleef. De rode draad rekte zich weer uit en ik keek er met een verdrietige glimlach naar.

Dit leven was ongelofelijk, als ik moest terugdenken aan alles wat ik had meegemaakt. En dat terwijl ik pas zes maanden op de wereld liep.

Cyran landde met opgevouwen groen kledij in zijn armen. 'Ik wist niet zeker welke kleur je leuk vond, dus ik dacht dat ik deze maar nam.' De god ratelde door en ik lachte alleen maar om zijn onnodige crisis. Voor hij de jas uitrolde. Ik nam de kleren van de God dankbaar aan en hij gaf me ruimte om om te kleden.

Ik trok het donkergroene kledingstuk aan, hij kwam tot mijn bovenbenen en met een touw bond ik het vast om mijn middel. Verward keek ik naar de rode draad die in de hoogte zelfs langs de wolken ging, hoe kon ik de God nu hier krijgen? Eerdere dagen had hij me verteld dat als ik hard genoeg verlangde, dat ik de Goden mijn stem zouden horen.

'Cyran.'

De Dwaalgod leek me te horen. Hij daalde neer met zijn staf in zijn handen. 'Dit is de beste tijd om bij het huis van Untar te zijn. Laten we gaan!' zei de God enthousiast terwijl hij zijn staf weer op zijn rug borg. Haast rennend ging hij het pad op.

Snel volgde ik Cyran. Hij zette grote stappen met zijn lange benen en ik moest haast rennen om hem bij te houden. We beklommen de heuvel en mijn beurse benen protesteerden, maar zodra we bovenaan de heuvel waren, wees de God enthousiast weer omlaag.

'Vandaag vieren de mensen de langste nacht met een festival,' zei hij met een trots. Kraampjes waren opgesteld tegen de rand van de krater en omringden het huis. Lampjes hingen tussen de bomen om het gebied te verlichten en het zag eruit als een magisch bos. Cyran en ik liepen dichterbij. De God liep langzamer toen hij zag dat ik moeite had om hen bij te gouden en hij legde verder uit. 'De lokale mensen komen allemaal bij elkaar en het trekt ook veel toeristen aan, dit gaat door tot de vuurwerkshow die iedereen vanuit een bootje op de krater bekijkt.'

'Ben je hier weleens vaker geweest?' vroeg ik de God onder mijn adem. Hij liep langs het pad alsof hij deze dagelijks zag en ik volgde hem. Dit was geen deel van mijn plan, maar mijn nieuwsgierigheid liet mijn ogen rondkijken met een honger naar alle nieuwe dingen. Ik had nog nooit eerder een 'festival' meegemaakt, zoals Cyran het noemde.

'Ik kom hier wel vaker ja, niet altijd tijdens de langste nacht, maar de vuurwerkshows zijn overal heel gaaf.' Ik wilde hem vragen wat vuurwerk was, hij noemde het zo gewoontjes, maar ik had er nog nooit van gehoord. Voor ik mijn mond kon opentrekken, onderbrak de God me alweer. 'Wil je wat eten? Er is nogal veel gebeurd dus een pauze zou je goed kunnen doen en ik weet een goed kraampje.'

Mijn maag was pijnlijk leeg sinds ik wakker was en ik kon mijn laatste maaltijd niet eens meer herinneren. Toch twijfelde ik, of het oké was voor me om van dit festival te genieten, terwijl ik niet lang geleden nog mensen pijn probeerde te doen. Ik knikte langzaam, een maaltijd moest kunnen. Cyran straalde, hij bracht me naar een kraampje die verscholen was tussen de boompjes. Twee mensen stonden nog voor ons en een scherpe aanval van kruiden vulde mijn neus waardoor mijn schouders opsprongen.

Vergeten toornWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu