Hoofdstuk 12.2

89 4 0
                                    

Fleur

Ik was blij dat dat dit gedeelte van de ondergrond weinig takjes leek te bevatten. Hoe gênant was het als die takjes op plaatsen kwamen, waar ze niet thuis horen? Ik merkte dat er een warme gloed naar mijn wangen steeg en hoopte vurig – wat een woordgrap – dat Jace het niet opmerkte.

'Ik had wel iets meer romantisch verwacht,' grapte ik, wijzend naar de omgeving waar we ons in bevonden en hopend dat ik zijn blik – die in de verte staarde – kon vangen.

Jace draaide zijn perfecte gezicht mijn kant op en fronste bedenkelijk. 'Zoals?'

'Een plek waar niemand anders komt.'

'Je wil naar een plek waar niemand anders komt, terwijl je zojuist nog dacht dat ik je ging verkrachten én vermoorden? En wellicht in willekeurige volgorde?' Met grote ogen keek hij mij aan. Ongeloof was de boventoon in zijn stem. Maar naast dat merkte ik dat hij gekwetst was. Ik had die woorden niet hardop uitgesproken, maar het was wel de waarheid. Het was doorgeschemerd in mijn gedrag, mijn houding en wellicht mijn woordkeuze. Ik beet op mijn lip. Een rode kleur steeg alweer op naar mijn wangen, en ik bedacht mij dat ik ze net zo goed permanent rood kon maken met make-up. Of verf. Zijn mondhoeken trokken omhoog.

'Ik zou al het kleine beetje vertrouwen wat je in mij had schaden door dat te doen. Dus nee, ik kies nu voor een van de bekendste meertjes in het bos. Vrede mee?' Zijn stem was hard. Ik gaf hem plagend een stomp tegen zijn arm, om de pijn wat te verzachten. Om hem te vertellen, dat ik het niet écht meende. 'Vooruit dan. En dat wat je net zei,' begon ik twijfelend, 'komt door wat mensen over je zeggen. Ik ken je niet. Ik kan niet echt over je oordelen.' Ik liet mijn adem – die ik blijkbaar had ingehouden – ontsnappen.

'Maar je doet het wel,' zei Jace en maakte zijn hand los. Meteen zocht ik weer naar de zijne. Haast wanhopig zocht mijn hand weer naar zijn warmte. Jace gaf niet toe.

'Daarom ben ik ook hier. Om jou te leren kennen. Ik had weg kunnen rennen.' Ik was oprecht verbaasd over de woorden die ik zojuist uitsprak. En toegegeven: het was de waarheid. Alles in mij had geschreeuwd, gesmeekt dat ik ver bij hem uit de buurt moest blijven. Maar een klein deel wilde niets liever dan in zijn gezelschap zijn. Hoe klein dat deel ook was, het had gewonnen. Want hier zat ik. Met Jace Rimmer, in het gras, aan een meer. De zon straalde hoog boven aan de hemel, liet een schittering over het blauwachtige water heen gaan. Kinderen speelden aan de oever, want het water was nog te koud voor hun tere lichaampjes. Ook de volwassenen leken geen aanstalten te maken om het water te betreden, waardoor het water er kalm bij lag. Ik wilde dat ik mij zo kalm voelde. Mijn hart ging nog steeds als een razende tekeer.

'Op hakken zal je niet ver komen,' grapte hij, refererend naar die keer dat ik naar zijn garage kwam.

Ietwat in de war van zijn plotselinge switch in houding, besloot ik er niet op in te gaan. Mijn ogen maakten een rollende beweging, terwijl ik zijn opmerking wijs negeerde. Mijn blik gleed over de volwassenen en bleef hangen bij een tengere vrouw, met rood krullend haar. Ze wees in mijn richting, wat gewaagd was, gezien ik overduidelijk terug keek. Er stond een man naast haar, waarmee ze begon te praten.

Een steek schoot door mijn borstkas. Natuurlijk praatten ze over hem. Iedereen kende hem. En nu zouden ze ook over mij praten, als dit naar buiten kwam. Het werd al vrij snel duidelijk waarom de vrouw zonder schaamte over Jace praate. Vermoedelijk hun kind kwam op ons af gelopen. Blauwe ogen. Sproetjes in het gezicht en rossige haren. Het was zeker een schattig kindje. Twijfel was in zijn ogen te lezen, toen hij langs ons heen schoof. Zijn bal lag achter ons – gek genoeg had ik dat helemaal niet opgemerkt. Vluchtig pakte het kindje de bal en haastte zich weer naar zijn bezorgde ouders toe.

'Ik haat het dat dit altijd gebeurd als ik op een openbare plek kom, al heeft het ergens ook wel voordelen. Al doe ik alsof ik dit geweldig vind. Al heb ik dit allemaal zelf op mij afgeroepen,' sprak Jace zacht. Ik legde mijn andere hand op zijn borst en zuchtte alleen maar. Ik wist niet wat ik anders moest zeggen.

Toxic  #update elk weekend!Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu