39

862 41 3
                                    

Oké, de Srijders van Perkamentus zijn betrapt, we hebben allemaal strafwerk gekregen en nu zijn de vijfde jaars bezig met hun Slijmballen terwijl wij drie grijnzende klaarstaan. "Hiervoor worden we geschorst' zeg ik terwijl ik op vuurwerk in de lucht gooi. 'Waarschijnlijk' grijnst George en hij gooit ook wat in de lucht. 'Levenslang' grijnst Fred en dan stijgen we op en gooien we hier en daar wat. De deuren gaan open en ik gooi vuurwerk dat vlak voor Umbridge vliegt en dan de zaal invliegt en ontploft. Umbridge loopt voorzichtig verder en de tweeling en ik grijnzen naar elkaar. Dit wordt de beste eindejaarsgrap ooit! We vliegen roepend de zaal in, over Umbrdige waardoor alle papieren wegvliegen en wij vuurwerk gooien. Alle leerlingen staan recht en kijken elkaar verbaasd aan en verbaasd naar het vuurwerk. 'Go for it' roept ik en George gooit het grootste vuurwerk, waar we heel lang aan hebben gezeten dat verandert in een draak en Umbridge achtervolgt. Buiten de zaal hapt hij naar Umbridge en alle vonkjes maken al haar domme regels kapot. Niemand vernielt Zweinstein, behalve wij! We vliegen naar buiten en iedereen volgt ons.  We maken de vuurwerk W en iedereen juicht. Gelukkig zit Percy niet meer bij ons op school. Als we stoppen merk ik dat Harry, Ron en Hermelien er niet meer zijn en ik krijg een heel slecht voorgevoel en ineens sta ik samen met Marcel, Hermelien, Ron, Ginny en Luna in het kantoor van Umbridge te kijken hoe zo Harry "overhoort" of zo. Als ze Harry slaagt probeer ik los te komen wat niet lukt, oh ik vermoord dat mens! Snape komt binnen maar door de woede hoor ik niet wat ze zeggen. Niemand slaagt mijn neefje! 'Hij heeft Sluipvoet. Hij heeft Sluipvoet op de plek waar het verborgen is' zegt Harry tegen Snape waardoor ik naar adem hap. Hij heeft pap! 'Waar heeft hij het over' vraagt Umbridge aan Snape. 'Geen idee' zegt hij en dan vertrekt hij. Ik let niet meer op, ik raak enkel in paniek. Hij heeft pap, pap is in gevaar! 'Vertel het Harry' roept Hermelien ineens en dan schrik ik wakker en zie hoe Umbridge haar staf op Harry richt. 'Als jij niet vertelt waar het is, doe ik het' zegt ze. 'Waar wat is' vraagt Umbridge. 'Perkamentus zijn geheime wapen' zegt Hermelien. En dan vertrekt Umbridge samen met Harry en Hermelien. 'Ron, waar is Sirius' zeg ik tegen mijn broertje. 'Geen idee' liegt hij. 'Lieg niet' waarschuw ik hem. 'Ik mag het niet zeggen' zegt hij waardoor ik hem tegen de muur duw. 'Dit gaat over mijn vader' sis ik. 'Audrey, rustig' zegt hij, hij is bang. 'Jij brengt me' sis ik en dan komen Marcel, Luna en Ginny. 'Meekomen' zegt Ron en we rennen achter hun aan, onderweg komen we Hermelien en Harry tegen. 'Dus, hoe geraken we in Londen' vraagt Marcel. 'Kijk, ik vind het echt leuk wat jullie doen voor me, allemaal. Maar ik heb jullie al genoeg problemen gebracht' zegt Harry. 'De Strijders van Perkamentus gaat om iet echt te doen of waren dat maar woorden' vraagt Marcel. 'Misschien moet je dit niet alleen doen' zegt Ron. 'Dus hoe komen we in Londen' vraagt Harry na een tijdje. 'We vliegen' zegt Luna en een paar minuten later vliegen we allemaal op een Terzielier, de helft kan hem niet eens zien. We lopen door het ministerie van Magie en komen uit in een lange gang, met op het einde een deur. 'Dit is het' zegt Harry en met de minuut word ik banger. 'Laat pap oké zijn. Laat pap oké zijn' smeek ik zacht en we komen in een grote ruimte met allemaal glazen bollen. 'Verdomme Waarzeggerij' vloek ik zacht en we lopen verder, Harry iets sneller en wij blijven staan. 'Hij had hier moeten zijn' roept Harry waardoor ik opgelucht zucht, alleen duurt mijn opluchting niet erg lang. 'Harry, hier staat jou naam' zegt Marcel en Harry komt snel naar ons en pakt de bol. De bol zegt wat alleen ben ik afgeleid door iets achter me. 'Harry' roep ik en hij komt voor ons staan, tussen de dooddoener. 'Waar is Sirius' vraagt Harry.  'Kan je nu echt niet het verschil zien, tussen een droom en werkelijkheid' vraagt hij en dan gaat zijn masker af en zien we Lucius Malfidus. 'Dat is wat de duistere heer wou dat je zag. Geef me nu fe profeet' zegt hij en hij steekt zijn hand uit. 'Als je ons iets aandoet, breek ik het' zegt Harry. Een schrille lach vult de ruimte, een lach die ik herken uit mijn flashbacks. 'Bellatrix Van Detta' zegt Marcel. 'Marcel Lubbermans, hoe is het met mama en papa' vraagt ze grijnzend. 'Beter nu ik ze ga wreken' zegt hij en hij richt zijn staf net als Bellatrix. 'Laten we allemaal kalmeren' zegt Lucius. Alles wat we willen is die profeet'.  'Hij durft zijn naam te zeggen. JIJ VUILE HALFBLOED' roept Bellatrix en dan heb ik door dat uit de gang naast me een dooddoener komt. Ik sta naast Ron en richt mijn staf op de dooddoener. 'Ik heb veertien jaar gewacht' zegt Harry. 'Ik weet het' zegt Lucius. 'Ik denk dat ik nog langer kan wachten. NU' zegt hij en we vuren allemaan een spreuk af. We beginnen met rennen, maar steeds komen we een dooddoener tegen en ineens ben ik alleen. 'Verdomme' vloek' ik zacht als ik ineens oog in oog sta met Bellatrix. 'Dat kan niet' zegt ze verbaasd. 'Hallo tante Bella' zeg ik en dan vuur ik een vloek af en begin met rennen eb dan komt heel de groep ineens samen en vuurt Ginny een vloek af waardoor alle bollen vallen. 'Ren' roep ik en we beginnen met rennen. We rennen naar de deur maar als we er door zijn vallen we naar beneden en recht voor de grond stoppen we. 'De stemmen, wat zeggen ze' vraagt Harry en dan hoor ik de stemmen ook. 'Harry, er zijn geen stemmen' zegt Hermelien. 'Ik hoor ze ook' zeggen Luna en ik tegelijk. 'Ga achter me staan' roept hij ineens, wat we ook doen en we richten onze staf naar boven. Ineens komen er allemaal dooddoeners boven ons en ineens sta ik aan de zijkant met een staf tegen mijn hoofd, kijkend naar de poort en Harry. Lucius grinnikt. 'Dacht je echt, was je werkelijk zo naïf om te denken dat kinderen een kans maakten tegen ons' vraagt hij. 'Meerderjarig' kuch ik waardoor de dooddoener achter me aan mijn haar trekt en ik meteen zwijg. 'Ik zal het makkelijk voor je maken, Potter. Geef me de profeet nu of zie je vrienden sterven' zegt hij waardoor Harry rond kijkt. 'Niet geven' roep ik en weer een ruk aan mijn haar. Maar Harry geeft de profeet wel en mijn hoop verdwijnt. Tot ik een wit licht achter hem zie. 'Ga weg bij mijn peetzoon' zegt pap en dan geeft hij Lucius een vuist tegen zijn wang en grijns ik. Er komen steeds meer witte lichten en de dooddoener achter me verdwijnt. Ik word naar achter de rotsen gebracht en zie hoe pap vecht tegen de dooddoener samen met Harry. Pap laat Lucius wegvliegen en een glimlach tovert zich op mijn gezicht. 'Avada Kedavra' roept Bellatrix en hij raakt pap. Mijn ogen worden groot en ik kijk verbaasd hoe pap sterft. Hij kijkt me recht in de ogen terwijl de mijne zicht met tranen vullen. Remus rent naar Harry die achter pap aan wilt en de eerste traan rolt over mijn wang. Ik ben zo verbaasd dat ik niet in staat ben om te bewegen. 'Pap' fluister ik zacht en dan heb ik door dat Ron naar me kijkt. Ik bijt op mijn trillende lip en kijk naar de poort. Remus komt naar me toe en ik zak via de muur naar beneden. 'Audrey' vraagt hij. 'Zeg dat ik droom Remus. Zeg dat het een nachtmerrie is. Zeg het' smeek ik zacht. 'Het spijt me' zegt Remus triest. 'Hij kan niet dood zijn. Hij zit thuis te wachten, hij zit in zijn kamer, te kijken naar de foto's, of brieven te lezen vroeger. Hij werkt Molly op de zenuwen. Hij ergert zich aan Knijster en het schilderij. Hij niet dood' zeg ik. 'Audrey, hij blijft bij jou' zegt hij. 'Niet zeggen' roep ik en dan verdwijnsel ik naar huis. 'Audrey' roept Molly. 'Pap, waar is hij' zeg ik en ik loop naar zijn kamer. 'Lieverd, Sirius is hier niet' zegt Molly. 'Dat moet' roep ik naar haar. 'Audrey, lieverd, wat is er' vraagt ze. 'Hij is hier, je liegt. Remus liegt. Waarom liegen jullie' roep ik en ik loop terug naar boven, open de deur open van Sirius zijn kamer en val op zijn bed en begin te snikken terwijl ik een kussen tegen mezelf druk, het ruikt naar hem, wat me enkel harder laat huilen. 

Don't let goWhere stories live. Discover now