48

764 41 0
                                    

Ik open mijn ogen en lig op een bed, ik kijk de kamer rond en weet meteen waar ik ben, ik moet hier weg. Ik moet George troosten, denk ik, ik weet niet zeker of ik Fred zag staan, misschien was een hallucinatie, een fantasie. Alles lijkt nu zo logisch, waarom er geen foto's hangen, waarom er nooit mensen komen, waarom het altijd Vanessa en ik is. Ik gooi mijn rugzak over mijn schouder en sluip naar beneden. 'Waar dacht je heen te gaan' vraagt een stem achter me waardoor ik me met een ruk omdraai. 'Eten halen' zeg ik snel. 'We hebben hier genoeg' zegt ze. 'Frisse neus halen' zeg ik dan. 'We hebben toch een tuin, lieverd' glimlacht ze weer, ik word bang van die glimlach. 'Gewoon een blokje om' zeg ik dan. 'Blijf maar gewoon binnen, waar het veilig is' zegt ze waardoor ik boos word. 'Veilig' roep ik sarcastisch. 'Hoe vaak heb je me gemarteld, moeder' zeg ik, moeder spuug ik meer waardoor haar gezichtsuitdrukking verandert. 'Jij blijft gewoon hier' zegt ze met een kille stem. 'Wij zorgen ervoor dat de duisternis regeert, wij maken af wat mijn vader niet is gelukt, door die mislukking van een Potter' spuugt zij nu. 'Harry is mijn familie, als je hem wilt, moet je eerst door mij' zeg ik dapper. 'Nee, ik wis gewoon je geheugen, opnieuw en opnieuw en opnieuw' lacht ze even krankzinnig als Bellatrix ooit was. 'Nee, ik vergeet ze niet, ik zal ze nooit vergeten. Jij bent geen familie van mij' zeg ik en dan trekt ze haar toverstok en trek ik de mijne. 'Wil je echt vechten? Want ik was Griffoendor, dus ik win' grijns ik waardoor ze een toverspreuk op me afvoert en ik die blokkeer. 'Ik heb duidelijk mijn krachten van pap, gelukkig' zeg ik weer en weer stuurt ze een spreuk op me af, die ik weer blokkeer. 'Gaan we dit echt doen? Hoe pijnlijk is het om te verliezen van je eigen dochter' vraagt ik en weer krijg ik een toverspreuk mijn kant op, die ik weer blokkeer. 'Ik heb jou niet nodig' gilt ze. 'Ik kan het ook alleen'. Ze is helemaal gek geworden en blijft spreuken op me afvuren die ik blijft blokkeren, al word het wel een stuk moeilijker. Het halve huis is al kapot. 'Wat ga je doen daar? Jou lieve Fred is dood! En niemand wilt je nog, je bent net als ik' lacht ze waardoor ik even uit het veld ben geslagen en zij me kan ontwapenen. Ze vuurt een spreuk af en ik vlieg door de kamer, tegen de muur en val dan op de grond. 'Maar eerst ga je lijden' lacht ze. 'Crucio' zegt ze en de helse pijn schiet door mijn lichaam, zo pijnlijk dat ik al begin met gillen. 'Crucio' zegt ze nog eens om de spreuk wat kracht bij te zetten. Ik begin zwarte vlekken te zien en de tranen stromen over mijn gezicht en dan stopt hij ineens en zie ik haar gezicht boven het mijne verschijnen. 'Zeg me? Hoe voelt het om te sterven, alleen' vraagt ze nep zielig. Door de napijn kan ik niet antwoorden en ook omdat ik geen antwoord weet. 'Slaap lekker, Princess' grijnst ze en ze tilt haar staf op en ik maak me klaar voor de dood, klaar om pap te zien, James, Remus. 'Avada...' zegt ze maar dan word ze ruw onderbroken door een andere stem 'Expelliarmus' roept de stem en ik open mijn ogen. Ik zie wat mannen, duidelijk tovenaars en dan komt Harry. 'Is dit een dooddoener' vraagt één van de mannen. 'Zeker weten' zegt Harry en dan word ik nog al ruw omhoog getrokken. 'En deze' lacht een andere. 'Audrey' zegt Harry verbaasd. Ik moet er niet uit zien, volgens mij heeft die stomme vloek mijn huid wat open gehaald en die val tegen de muur ook. 'Zij is alles behalve een dooddoener' zegt Harry waardoor ze me loslaten en ik even moet zoeken naar mijn evenwicht. 'Ben je oké' vraagt Harry bezorgt. 'Zo oké als ik kan zijn' glimlach ik, blij om zijn gezicht te zien. 'Je moet meekomen, naar huis, naar Fred en George' zegt hij. 'Zijn ze oké' vraag ik bezorgt. 'Ze zijn niet compleet zonder jou, ze zijn gebroken' zegt Harry. 'Ik kan niet terug Harry' zeg ik met tranen in mijn ogen. 'Ik heb ze in de steek gelaten, ik heb ze alleen gelaten, in gevaar gebracht. En dan als ik terug kwam verdween ik weer. Ze zijn teleurgesteld in me, dat weet ik zeker' zeg ik gebroken. 'Dat zijn ze niet! Je hebt mijn leven gered en dat van Fred' zegt Harry. Ik val op de keukenstoel en leg mijn hoofd in mijn handen. 'Ik kan ze niet onder ogen komen' snik ik. 'Door jou leeft Fred! Omdat jij die stenen hebt weg kunnen halen, is het een heler gelukt om Fred te redden' zegt Harry. 'Ik had aan hun zijde moeten vechten' zeg ik. 'Je hebt de vloek des doods voor me opgevangen' zegt hij droog. 'Iemand moet jou beschermen' zeg ik. 'Waar ben je bang voor' vraagt Harry. 'Als ik daar kom, is alles anders. Wie zegt dat Fred me nog wilt? Wie zegt dat Molly nog wel van me houdt? Wie zegt dat Fred en George nog altijd grappen met me willen uithalen? Wie zegt dat Bill nog steeds met me wil praten? Ik heb ze meer als 2 jaar niet gezien. Wie weet wat er is verandert' zeg ik en ik kijk in zijn groene ogen. 'Natuurlijk wilt Fred je nog! Anders is hij de domste jongen die ik ken! Molly zal altijd van je houden, ze houdt nog steeds even veel van Percy.En jullie drie gaan nog grappen met jullie kinderen uithalen...Bill praat nergens anders over dan over jou... Natuurlijk zijn ze verandert, jij bent ook verandert. Maar ik weet dat je terug wilt' zegt Harry waardoor ik diep inadem. 'Let's go' zeg ik en dan pak ik zijn hand vast en verdwijneselen we naar het nest. 

Don't let goWhere stories live. Discover now