Hoofdstuk ~ 37

335 16 5
                                    

"Je bent mijn geschenk van de dame daarboven. Je hoort thuis hier in deze roedel. Bij mij."

Ik keek hem verward aan.
"Hoe denk jij dat ik ooit bij een moordenaar zoals jij kan horen?"
Hij keek mij emotieloos aan. "Ik had een thuis, ik hoorde thuis bij mijn familie, maar je slachtte iedereen af."

Geen greintje schuld was te zien op het gezicht van Alpha Collins. Geen twijfel, geen berouw. Niks.

"Je hoort hier. Bij mij." Ik keek hem nu met spleetogen aan.
"Ik snap niet dat jij dit als iets positiefs ziet. Ik had altijd gedacht dat een meedogenloze Alpha als jij geen mate zou willen." Ik kon er met mijn hoofd gewoonweg niet bij.

De mondhoeken van Alpha Collins gingen omhoog. "Ik denk dat A, jij jezelf niet zo moet onderschatten en B moet weten dat de maangodin MIJ een mate heeft geschonken."

"Dan heeft ze een fout gemaakt!" Zei ik gefrustreerd. Alpha Collins keek niet blij. Zijn ogen werden bloedrood en hij stapte dichterbij. Mijn wolf werd gek en ook mijn ogen begonnen met gloeien.

Hij hing boven mij en mijn neus raakte de zijne nog net niet aan.
"Als er één ding is uitgestippeld door haar doen was het dit." Zei hij zachtjes maar boos.
Hij wees naar zijn eigen ogen. "Ook ik ben anders, Alice." Zijn vingers gingen nu over mijn wang. "Het kan niet anders dan dat dit het plan was."
Ik rilde bij zijn woorden en dichte aanwezigheid.

Was ik nou maar ontsnapt, was ik nou maar de andere kant opgerend. Had ik Angel nu maar beschermd.

Angel..

Alpha Collins ging terug in zijn stoel zitten.

Mijn ogen werden wijd en ik kon mijzelf wel voor het hoofd slaan. Hoe had ik zo egoïstisch kunnen zijn om haar niet meteen te gaan zoeken.

"Waar is de pup?" Vroeg ik abrupt.
Alpha Collins trok zijn wenkbrauw op. "Geen idee, en wat maakt het uit?" Mijn ogen knepen zichzelf tot spleetjes.

"Wat maakt dat uit?" Herhaalde ik langzaam maar woedend. "Hoe kun je zoiets überhaupt denken?"
Alpha Collins keek nu voornamelijk geïrriteerd.
"Die hangt vast ergens rond bij de andere kinderen in het opvanghuis."

De rillingen liepen over mijn rug terwijl ik terug dacht in mijn tijd in het opvanghuis, wachtend totdat iemand je zou adopteren of in een weeshuis zou stoppen.

"Ik wil haar zien."  Zei ik scherp. Ik moest weten dat het goed met haar ging.
Nog steeds geïrriteerd rolde Alpha Collins met zijn ogen. Hij staarde voor een paar seconde naar de muur voordat hij zijn ogen weer terug op mij richtte.
"Stefano gaat het zoeken."

Het?

Ik moest mijn uiterste best doen om hem niet aan te vliegen, maar de angst voor het monster voor mij had wederom de overmacht.
En Alpha Collins merkte het.
Hij keek mij met een strak maar uitdagend gezicht aan. Ik hield mijn mond.

De mondhoeken van Alpha Collins gleden opnieuw omhoog. Hoe kon hij denken dat hij ook maar een haartje beter was dan Vince of Marcus of Claus zelfs.
Hij was gestoord en evenals uit op hetzelfde doel. Mij onder de duim houden.

Ik kon dit niet langer, ik kon niet als een trofee in een vitrine kast leven.

'Waarom vrouwe, Waarom heeft u mijn lot verzegeld met dit monster?'

"Je bent echt geen haar beter dan de idioot waar je het leven uit draaide, weet je dat?"

Alpha Collins keek mij met een onleesbare uitdrukking aan.
"Ik snap niet wat je bedoeld."
Zei hij uiteindelijk.

Nu was het mijn beurt om hem afwachtend aan te staren.

"Vince?" De ogen van Alpha Collins flikkerde een moment bij het horen van die naam.

"Je bent mijn mate, hoe haal je het in je hoofd om te denken dat ik je dat aan zou doen?"

"Meen je? Je bedoelt te zeggen dat wanneer ik nu dit gebouw uit ren en het territorium af sprint jij me niet zou stoppen en terug die kamer in zou gooien?" Zei ik terwijl mijn woorden luider en luider werden.

Alpha Collins stond abrupt en woedend op.

"Ja dat zou ik doen, zonder twijfel totdat je je verstand hebt gevonden en inziet dat je hier hoort en ik je niet nog een keer weg geef aan die ratten van mensen!"

Hij liep gefrustreerd naar de deur. "Snap het dan." Zei hij sissend voordat hij de hoek om sloeg en de deur open liet staan.

Ik zuchtte. Dit zal nooit kunnen werken, nooit.
Ik merkte hoe ik mijn spieren ontspande. Zijn aanwezigheid had een grip op mij, maar niet op de goede manier.
Ik moest Angel de volgende dag zien te vinden. Hopelijk kon ik mijn ledematen dan weer optimaal gebruiken.

Mijn ogen vielen ongemerkt weer dicht en ik sliep dit keer door totdat het dag licht door de ziekenhuis lamellen scheen. Met gespannen spieren werd ik weer wakker. 
die droom.. 

"De maan als een leidend licht in de duisternis.
De duisternis, een reden voor het licht om te schijnen op die wie het nodig heeft.
Al eeuwen in evenwicht zonder elkaar ooit werkelijk te kunnen vinden.
Altijd opzoek, maar tot heden nooit een weg.
Goed en kwaad bonden door een element zowel licht als duister.
Bind de twee onder de volle maan die niet zal schijnen en een oneindigheid aan rijkdom zal worden omarmd.

Hoop en afschuw. Leven en dood.

-Maan en wolf.-"

"Ja,ja ik weet het, maar wat moet ik er mee doen?" Zei ik zachtjes in mijzelf. 

Ik ging rechtop zitten en strekte mijzelf uit.
Na een paar seconde keek ik versneld naar mijn arm die ik boven mijn hoofd had uitgestrekt. Ik kon hem weer bewegen.
Nieuwe hoop vulde mijn hart. Ik kon mijn arm weer bewegen, hopelijk bleef het dit keer ook zo.

Ik moest nadenken over mijn volgende zet. Wat was het verstandigste op dit moment?
Een zuster kwam binnen met een dienblad.
"Goedemorgen Luna-" "Alsjeblieft noem me niet zo!" Zei ik luider dan bedoeld. Ze hield abrupt haar mond.

"Ja L-.. mevrouw Collins."
"O nu ben ik ook al getrouwd? Ik wil niks met die gek te maken hebben, oke?!" Riep ik nu geirriteerd terwijl ik het bed uit wou stappen maar vervolgens weer ging liggen doordat ik nog aan de machines vast zat. Hierdoor ging de monitor luid piepen. Ik zuchtte gefrustreerd.

De zuster glimlachte naar mij, wat ik niet had verwacht.
"Dan ben ik bang dat u een klein probleempje heeft mevrouw Scotts." Zei ze terwijl ze het dienblad op een schuif tafeltje zette en de hartmonitor liet stoppen met piepen.

"Weet je." De zuster ging op de bed rand zitten.  "Hij is niet zo slecht als dat u in gedachte heeft."
Ik rolde met mijn ogen, wat mij meteen de rillingen over mijn rug liet
Lopen. Ik voelde aan mijn nek om zeker te zijn dat er geen schok door het martel werktuig zou komen,maar deze was nog altijd verwijderd van mijn nek.
Ik liet mijn adem, die ik ongemerkt in hield, los en probeerde te stoppen met trillen.
De zuster keek bezorgd naar mij. Ze pakte mijn hand vast, die helaas nog niet was gestopt met trillen.

"Het is weg, rustig maar." Ik knikte rillerig. Ze had gelijk. Ik moest niet langer bang zijn voor Vince, maar toch achtervolgde het verleden mij. Ik had grotere problemen om voor weg te rennen, dit kon ik er niet bij hebben.

"Alpha Collins heeft u gered, dat weet u toch?" Ik knikte, nog steeds gespannen.

"Dat is juist het probleem."

De beelden uit mijn nachtmerries verschenen weer voor mijn ogen. 

Heeiheei lezertjes!

Sorry dat het zo lang heeft geduurd. Veel te veel afleiding en een klein writers block gaan niet lekker samen. Ik moet even goed gaan bedenken hoe ik het verder wil laten lopen. Meerdere ideeën zijn al verzonnen maar ik heb nog niet het gevoel dat het juiste pad is gevonden. 

Maar, hoe gaat Alice het nu aanpakken? Wat zijn de plannen van Alpha Collins?

Votes en comments zijn altijd welkom :D

-SanneeXD

The RunWhere stories live. Discover now