Hoofdstuk 1

216 15 62
                                    

Nathaniel kijkt hooghartig naar het gezin voor hem dat om hun leven smeekt. Zijn hoge positie helpt daarin mee. Hij laat zijn blik geoefend - en met afschuw - over hun vermoeide groezelige gezichten en versleten kleding gaan. Het contrast met de kostbaar ingerichte zaal, met als luxe hoogtepunt de troon waar hij op zit, kan niet groter zijn. 
"Jij daar," beveelt hij het jonge meisje op te staan.

Bevend doet ze wat haar gevraagd wordt. Ondanks haar armoedige voorkomen staat ze trots voor hem. Haar gestalte is net te mager om voor mooi door te gaan in het huidige modebeeld, maar haar grote donkere ogen domineren haar gezichtje op een felle manier.

Keurend laat hij zijn ogen over haar heen gaan. Hij voelt meer dan hij ziet hoe haar vader onrustig beweegt en moet in zichzelf lachen. O, die man zou er maar wat graag wat van willen zeggen. Zijn dochter wordt hier onteert en hij moet kiezen tussen dat of dat zijn hele gezin wordt uitgemoord.

Het is uiteindelijk de moeder die haar mond open durft te doen: "Heer, alstublieft. Gun ons een maand uitstel en u ontvangt uw geld."

Nathaniel pulkt aan een nagel en zegt verveeld: "Hebben jullie dan het dubbele voor me?"

Aan de verpletterende stilte te horen is dat niet het geval. Hij staat op en laat zijn vingers over het reliëf gaan waar de armleuningen mee zijn versierd. Opeens fel valt hij uit: "Stom mens, er bestaat ook zoiets als rente."
Daarna dwingt hij zichzelf tot kalmte: "Maar dat wist je al. Je had er ook voor kunnen kiezen om je dochter thuis te laten. Dat heb je niet gedaan, en ik accepteer haar. Voor deze maand hebben jullie een vrijstelling. Daarna ontvangen jullie haar weer terug." Zachtjes maar overduidelijk eindigt hij met: "Wat ervan over is, althans."

Vanuit zijn ooghoeken ziet hij Yunus aan komen lopen. De zaal heeft een grootse ingang, maar ook enkele deuren die wat minder prominent zijn. Yunus heeft de deur rechts van de troon genomen en loopt langs de zware wandtapijten die recente veldslagen vertonen. De harnassen zijn te schoon om te kloppen met de werkelijkheid en enkele ridders staan in potsierlijke houdingen afgebeeld, maar toch staat zijn vader daar herkenbaar in het midden - als de heldhaftige veldheer die hij destijds was. Hij mag blij zijn dat het nu al enkele tientallen jaren vrede is. De donkere era is voorbij en nu is het tijd voor een gouden periode. 
Het is jammer dat zijn broer, alleen omdat hij ouder is, het volk de goede tijden in mag leiden. 
Nathaniel krimpt van binnen in elkaar als hij diens schijnheilige tronie ziet. Zijn vage hoop dat Yunus niet door heeft wat hier gaande is, wordt de grond ingeboord als Yunus afkeurend zegt: "Ben je je lapje grond weer aan het tiranniseren? Vind je het gek dat je leegloop hebt daar?" Zijn blik richting het meisje voorspelt ook niks goeds, zijn bovenlip is minachtend opgekruld als hij zijn betoog eindigt: "Dat meisje is veel te jong voor je. Is dit een nieuwe hobby ofzo?"

Nathaniel krijgt een rode blos van woede over zijn gezicht. Hij zegt tandenknarsend: "Bemoei je met je eigen landszaken. Jij krijgt alles al, alleen omdat je de oudste bent. Dit is mijn afdeling en daar heb je vanaf te blijven."

Yunus blijft hem meewarig aankijken. Hij is erachter gekomen dat dat als enige werkt bij zijn eigenzinnige jongere broer.
Beseft hij niet dat hij veel meer verantwoordelijkheid zou krijgen als hij dat aan had gekund? Zijn hart huilt als hij kijkt naar dit arme gezin die niet op kan tegen zijn dictator van een broer.

Hij moet het proberen, waardoor hij vals zegt: "Kun je geen vrije vrouwen aan, dat je het bij willoze kinderen moet zoeken?"

Hij heeft beet, Nathaniel ontploft nog net niet. Woedend sist hij: "Moet jij eens opletten!"
Nathaniel keert zich naar het meisje dat nog steeds voor hem staat. Hij knipoogt en het meisje bloost diep. Ondanks de strakke gezichten van haar ouders en zijn broer, lijkt zij niet ongenegen met zijn aandacht.
Yunus ziet het lachje van Nathaniel en het bevalt hem niets.
"Volgende maand ontvang ik jullie dubbele betaling, dankzij mijn broer hier is er voor jullie geen andere optie meer over."

Hij ziet de mengeling van afschuw en opluchting over de gezichten voor hem gaan. Het meisje verbergt haar ongenoegen en verandert haar teleurgestelde frons snel in boosheid.
Met een wuivend handgebaar zegt hij, dwars door hun wanhoop heen: "Jullie bevuilen de vloer met jullie armoede," en stuurt ze op die manier weg. Het is kristalhelder dat hij verdere smeekbeden zal negeren. 

Yunus werpt een vuile blik op zijn jongere broer en loopt vervolgens achter de familie aan die met hangende schouders de zaal uitloopt.
Buiten het vertrek, en verborgen voor het zicht van Nathaniel, raakt hij de schouder van de man kort aan. "Kom mee, ik geef jullie de betaling. Het is een gift, maar laat Nathaniel niet merken dat ik jullie heb geholpen. Dan maakt hij jullie het leven nog zuurder. Ik beloof dat er verbetering komt in jullie omstandigheden, dit kan zo niet langer."

Hij beantwoordt de dankbetuigingen van het gezin glimlachend en neemt dan afscheid van ze. Met gefronste wenkbrauwen kijkt hij naar de zaal waar zijn broer zijn tirannie uitoefent. Aan dat laatste moet wat gebeuren: het is tijd om actie te ondernemen.

De kroonprins loopt weer terug naar Nathaniel en ziet hem nog net zo onderuit gezakt liggen als hoe hij hem achter heeft gelaten. Hij zegt scherp: "Waarom zoek je de grens zo op met dat jonge meisje? Ze lijkt zestien, onvolwassen."

Nathaniel heeft, voor nu, zijn vechtlust verloren en denkt serieus over die vraag na. Peinzend zegt hij: "Ik deed het misschien tegen de wil van haar ouders, maar zeker niet tegen de hare. En je weet wel waarom. Alle vrouwen hier werpen zich aan mijn voeten, maken het me te makkelijk. Ik zoek wat meer spanning. Ook al is dat in het weerstaan van haar ouders."

Yunus zucht. Het antwoord is dus verveling. Samen met het hebben van macht en absoluut geen geweten is dat een dodelijke combinatie. Zijn broer - en eerlijk gezegd hijzelf ook - krijgt alles in de schoot geworpen. Het is tijd om daar verandering in te brengen.

Er begint een plannetje in zijn brein te rijpen. 

De verloofde [onc2021]Where stories live. Discover now