12.

271 8 0
                                    

Ik ren zo hard als mijn benen me dragen kunnen, ik ren mijn vrijheid tegemoet. Althans dat is wat ik dacht, na een paar minuten kom ik bij een hoog hek aan met prikkeldraad aan de bovenkant van het hek. Ik denk niet na over mijn acties en klim als een gek het hek op, ik hoor hoe verschillende voetstappen zich achter mij vormen maar ik schenk er geen aandacht aan. Ik moet en zal over het hek komen is het enige waar ik aan kan denken op dit moment, ik moet en zal mijn vrijheid terug krijgen. Als ik eindelijk bij het prikkeldraad aankom wordt ik ruw bij mijn linkervoet gegrepen, ik val met een rot vaart op de grond. Alles om mij heen begint te draaien, maar ik mag niet opgeven nu. "Geen slimme set Aisha." Het is Finn die me aanspreekt, maar het kan me niks schelen op dit moment. Ik sta met veel moeite op en wankel opnieuw naar het hek toe, ver kom ik niet aangezien iemand mijn arm vast grijpt en me mee begint te sleuren. Ik voel hoe de moed die ik net nog had weg is, ik heb het niet gehaald. Ik heb het verdomme niet gehaald, en ik haat mijzelf ervoor. "Laat me los." Ik begin als een gek mijn hakken in de grond te zetten waardoor degene die me mee trekt me ruw loslaat, ik probeer het weer op een lopen te zetten maar Finn is me te slim af. Hij grijpt me opnieuw bij mijn arm en verkoopt me vervolgens een klap tegen mijn rechter slaap, alles begint opnieuw te draaien en voor even lijkt het alsof ik mijn bewustzijn verlies. Maar dat is ook weer snel weg, ik kijk Finn dodelijk aan maar ook dat levert me een klap op.

"Meewerken." Finn trekt me ruw mee, we lopen terug naar het gebouw waar ze mij vasthielden. Ik zie hoe verschillende zwarte busjes klaar staan om het gebouw heen, een naar onderbuikgevoel ontstaat er in mijn lichaam. We gaan zo vetrekken is het enige waar ik me mee bezig kan houden, we gaan naar god mag weten waar. "Waar gaan we heen?" Finn kijkt me dodelijk aan wat mij laat weten dat hij nog steeds boos is om mijn actie van daarnet, een antwoord terug hoef ik dan ook niet te verwachten. "We gaan naar je nieuwe thuis." Ik kijk Finn enkel aan, dit zal nooit mijn thuis zijn. En daar zal het ook nooit mijn thuis zijn, mijn thuis is bij mijn familie. Normaal zouden de tranen nu allang zijn gaan rollen, maar ik voel niks meer gek genoeg. Mijn familie mis ik enorm, maar mijn lichaam lijkt gewend te zijn aan mijn nieuwe realiteit. En die realiteit is dat ik hier hoogstwaarschijnlijk nooit meer weg kom, en nee ik heb het niet opgegeven maar ik heb mijn situatie voor nu wel een plekje gegeven.

Finn duwt me hardhandig in een van de busjes, ik zie hoe Boaz al in het busje zit en me met een kleine glimlach op zijn gezicht aankijkt. Boaz is een van de enige jongens hier die nog een beetje aardig is, maar ondanks dat voel ik me alleen. Niemand hier lijkt me te begrijpen, niemand hier lijkt met me mee te kunnen leven. Maar dat is ook meer dan logisch aangezien hun mijn ontvoerders zijn, wat had ik anders moeten verwachten? Dat ze gezellig een filmpje met me zouden kijken? Dat ze me een thuis gevoel zouden geven? Een familie gevoel misschien? Tuurlijk niet! Het zijn en blijven psychopaten, stuk voor stuk. "Die actie van daarnet was niet je slimste set Aisha, je zit op waarschuwing drie inmiddels. En je weet wat dat betekent." Finn kijkt me serieus aan wachtend op een antwoord, maar ik geef hem geen antwoord. Ik ben moe van het vechten zonder resultaat, ik dacht echt dat ik vrij zou zijn toen ik daarstraks de frisse lucht in rende. Maar het is me weer niet gelukt, en op dit moment vraag ik me dan ook af of het me ooit zal lukken. "Niet zo spraakzaam meer he?" Het is Boaz die me aanspreekt, maar ook hem geef ik geen antwoord. Ik wil ze niet dat plezier geven, ik wil gewoon dat deze nachtmerrie ophoud.

Ik schrik wakker van het busje dat keihard remt waardoor ik tegen de stoel voor me aan knal, ik kan me niet herinneren dat ik in slaap ben gevallen? Ik wrijf zacht over mijn voorhoofd die bonkt door de klap van net, ik kijk om me heen en zie dat Boaz op zijn telefoon zit en dat Finn slaapt. Ik kijk naar Boaz zijn telefoon, misschien kan ik hem over halen om een spelletje te mogen spelen op zijn toestel? Dan kan ik mijn moeder proberen te bereiken via een sms of mailtje, de kans is zeer klein dat het gaat werken maar proberen kan altijd. "Boaz?" Ik zie hoe zijn aandacht naar mij gaat, precies zoals ik hoopte. "hmm?" Op hoop van zegen dan maar. "Zou ik een spelletje mogen doen op je mobiel?" Boaz kijkt me onderzoekend aan, waarna hij even lijkt na te denken over mijn vraag. "Sorry Aisha maar dat lijkt me niet." Ik voel hoe ik geïrriteerd begin te raken, dit moet werken Finn slaapt nog. Deze kans krijg ik nooit meer. "Komop, je zit letterlijk naast me het is niet alsof ik wat kan flikken." Boaz zucht enkel waarna hij zijn hoofd schud, de moed zakt me opnieuw in de schoenen. Op deze manier kom ik nooit weg van deze psychopaten, ik voel hoe ik steeds meer begin op te geven. Ik wil het niet toegeven, maar ik begin me steeds meer neer te leggen bij de realiteit. En de realiteit is dat ik ontvoerd ben, en dat ik nooit meer thuis ga komen. De realiteit is hard, net als het leven.

Taken AwayWhere stories live. Discover now