hoofdstuk 17

34 6 1
                                    

Weer twee dagen later. De dag dat ik de wolven moet wegbrengen. Ik breng ze naar kanta-tibo dat lijkt me het makkelijkst. Ik kan met ze meegaan. Maar Cemal heeft ervoor gezorgd dat dat niet gaat, er gaan soldaten mee. *Zucht* ik heb het tegen de wolven vertelt. En ben de twee dagen niet me kamer uitgeweest en de hele tijd met de wolven gespeeld. Zo veel mogelijk tijd met hun ombrengen. Ik heb veel spullen voor ze gepakt. Die kunnen ze gebruiken. Evy zegt dat ze daar nog iets aan mij wouw geven. Dat me zou helpen, met dat zoon probleem. Ze zegt dat het als ik dat heb en aan Cemal laat zien, dat het twee kanten op kan gaan. Ik kan officieel de zoon van Cemal zijn. Of officieel niet. Ik hoop die tweede. Ik die het niet goed binnen stenen muren. Wel in een hut in kanta-tibo. Eigen kennis opbouwen. Ik weet meer dan Cemal, van sommige dingen dan want dat vechten lukt me nog niet echt heel goed. Niet dat dat me veel uitmaakt. Wat ik nu allemaal kan is veel handiger.

We zijn al bijna bij kanta-tibo. Ik merk aan de soldaten dat ze een beetje bang zijn voor de wolven. Dussssss, dit gaat leuk worden. Ik spreek met Kai af, dat hij me plots moet "aanvallen". Eens kijken wat die soldatjes dan doen. Hihihi. I know, I am evil.

Her is tijd, hoe ik dat weet. Kai gaat grommen. Ik kijk naar Kai. "Kai, wat is er? Wat doe je?" Vraag ik "bang". Kai rent op me af en laat me vallen. Ik fluister tegen hem: "goed zo jongen. Bijt me. Doe het maar." Ik zorg ervoor dat de andere het niet horen. Ik voel tanden in me lichaam, extreem pijnlijk. Ik schreeuw het uit. Nu pas komen de soldaten in actie. Ze pakken hun zwaarden en proberen Kai te doden. Kai rent weg. Ik ga rechtop zitten. Kai zijn beet wat niet mis. Me hele arm is rood. Het doet enorm veel pijn. Een van de soldaten loopt naar me toe en pakt snel wat verband. Hij bint dat om me arm heen. "Meer kunnen we nu niet doen" zeg hij. "Ik vind het goed." "Je kon toch goed met de wolven omgaan? Waarom beet hij je dan?" Zegt een andere soldaat sarcastisch. "Omdat ik het zei, nou goed?" Ruiken jullie de sarcasme. Om van onderwerp te veranderen zegt een derde soldaat: "het word donker. We moeten hier maar blijven." "Goed idee. Dan kan ik nog even naar uw wond kijken" zeg de eerste. Weet je wat me opvalt. Ik ben hier alleen met de soldaten. De rest van de wolven zijn met Kai meegerent! Daar voel ik me zo eenzaam. Ze hebben me achtergelaten. Ik hoop dat Kai het uitlegt. En dat ze wachten op me. Dan kan ik met hun mee. Waarom liet ik me ookalweer bijten? Dat was een verschrikkelijk idee. Echt verschrikkelijk!

Ik ben moe. Me wond doet nog steeds zeer. Best logisch. Het kan hier niet heel goed verzorgd worden. Maar hij deed zijn best. Ik lig op de grond. Niet dat ik het niet gewend ben. De soldaten praten. Ik weet niet waarover, stiekem wil ik het wel weten. Maar goed. Ik ga slapen. Dat moet wel.
++++++++++++++++++++++++++++++++

"Prins Scott, word u wakker." Zegt een stem. Ik open mijn ogen en kijkt in de ogen van een soldaat. "We moeten terug naar Jenava." Zegt hij. Ik moet even denken voordat ik weet waar ik ben. Op de grond. Alleen. Zonder wolven. Mijn plan was om met ze mee te gaan. Maar de pijn in me arm liet het me vergeten. Me arm doet nog steeds f*king veel pijn. Ik ga rechtop zitten. "Eerst gaan we kijken of de wolven oké zijn" zeg ik. Best streng al vind ik het zelf. "Oke" zeggen de drie soldaten in koor. Ik sta op, en strek me uit. Geen goed idee. Ik krijg meteen een steek in me arm. Ik bij op me lip en doe me ogen even dicht. Een van de soldaten kijkt naar me. "Gaat het goed prins?" Vraagt hij. "Noem me geen prins" zeg ik terwijl ik me ogen open doe. "Daar kan ik niet tegen. Hoe heten jullie eigenlijk?" Ik ben al een hele dag en nacht bij hun en weer hun namen niet eens. "Ik ben Tobias, en dat zijn Matteo en Tony." Zeg de soldaat die de hele tijd aardig tegen me doet. Dat is handig om te weten. Weet ik tenminste wie wie is. "Oke, kom, we gaan naar de wolven toe" zeg ik. De soldaten knikken. Ik loopt verder richting kanta-tibo. De soldaten volgen me. Ik hoop dat ze bij de hut zijn. Anders wordt het nog lastig, dan zijn ze waarschijnlijk gevangen, of gedood. Alleen al de gedachten daaraan geeft me de rillingen. "Ik had gehoord dat je kon zingen?" Zeg Matteo plots. "Iedereen kan zingen, niet iedereen goed, of als je je stem krijt bent. Dat kan je het ook niet." Zeg ik droog. "Zing eens" zegt Matteo bot. "Wat moet ik zingen?" "I don't know, verzin wat." Even denken. Het eerste lied dat me te boven komt is 'gasoline'  Dus dat wordt hem maar. Ik haal adem.

"Are you insane like me? 
Been in pain like me?
Bought a hundred dollar bottle of champagne like me?
Just to pour that motherfucker down the drain like me?
Would you use your water bill to dry the stain like me?

Are you high enough without the Mary Jane like me?
Do you tear yourself apart to entertain like me?
Do the people whisper 'bout you on the train like me?
Saying that you shouldn't waste your pretty face like me?

And all the people say
You can't wake up, this is not a dream
You're part of a machine, you are not a human being
With your face all made up, living on a screen
Low on self esteem, so you run on gasoline

I think there's a flaw in my code
These voices won't leave me alone
Well my heart is gold and my hands are cold

Are you deranged like me?
Are you strange like me?
Lighting matches just to swallow up the flame like me?
Do you call yourself a fucking hurricane like me?
Pointing fingers 'cause you'll never take the blame like me?

And all the people say
You can't wake up, this is not a dream
You're part of a machine, you are not a human being
With your face all made up, living on a screen
Low on self esteem, so you run on gasoline

I think there's a flaw in my code
These voices won't leave me alone
Well my heart is gold and my hands are cold"

Ik kijk om me heen en zie Matteo met grote ogen naar me kijken. Geweldig dit. Ik zucht. "Goed genoeg?" Vraag ik. "Dat was... Echt geweldig!" Roept Tony opeens. "Dankje?" "Ik vind dat ook" zegt Tobias. Ik kijk naar Matteo. Hij kijkt chagrijnig. "Ik vond het niks" zegt hij. "Kom op Matt niet liegen" zegt Tony. Matteo zucht, maar zegt dan: "jij bent de beste zanger die ik ook heb gehoord, nou blij?" Het klinkt niet echt aardig, niet dat ik dat verwacht van hem. "Ik zing vaak tegen de wolven" zeg ik. "Je hebt echt een goede band met ze, hè?" Vraagt Tobias. "Ja, ze zijn als familie voor me." "We zorgen er wel voor dat je afscheid kan nemen van ze. Als we ze gevonden hebben." Zegt Tony meelevend. Matteo kijkt nog steeds chagrijnig. "Dankje jongens, ik denk dat ik weet waar ze zijn" "leid de weg Scott" zegt Tobias. Ik ben blij, dat ik eindelijk een band met ze maak. Natuurlijk Tobias verzorgde me na die beet. Maar nu pas kennen we elkaar een beetje. Dat vind ik wel fijn. Ik begin ze te vertrouwen.

🐺🐺🐺🐺🐺🐺🐺🐺🐺🐺🐺🐺🐺🐺
HET SPIJT ME. Ik lag ziek, nee, als een zombie op de bank deze week. Ik ben het helemaal vergeten. Hopelijk dat dit extra lange hoofdstuk jullie weer blij maken. En nu duik ik me bed weer in. Want ik voel me hoofd alweer bonzen.

Bye bye wolvenleerlingen!!


De wolvenmeesterWhere stories live. Discover now