Deel 23

1.5K 46 2
                                    

'Eva?' Ik wordt wakker van handen die mij zachtjes heen en weer schudden. Ik doe mijn ogen open en kijk verbaast om me heen. Dan kijk ik naar Wolfs en zie hoe ongerust hij is. 'Eva, wat is er gebeurd?', vraagt hij bezorgd. Ik knipper een paar keer met mijn ogen om het wazige beeld te verdrijven. Het lukt me niet en ik zie weer allemaal zwarte vlekken voor mijn ogen. 'Wolfs', weet ik nog net uit te brengen voor het weer helemaal zwart wordt voor mijn ogen.

Opnieuw wordt ik wakker gemaakt. 'Mevrouw Van Dongen, wordt eens wakker', wordt er door een onbekende stem gezegd, terwijl er tegen mijn wang aan wordt getikt. Langzaam open ik mijn ogen en neem de ruimte in me op. Wit, alles is wit. Dan verschijnt er een hoofd voor dat van mij. Ik ken hem niet en kijk hem verward aan. 'Mevrouw Van Dongen, u bent in het ziekenhuis. U bent herhaaldelijk flauw gevallen en daarom heeft uw vriend u hier naartoe gebracht', legt hij uit. Ik draai mijn hoofd opzij en zie Wolfs naast het bed staan. Ik glimlach naar hem en zie de ongerustheid iets afnemen op zijn gezicht. 'Mevrouw, kunt u mij vertellen wat er precies gebeurd is?', vraagt de dokter. Ik sluit mijn ogen en dan komt alles terug. De ruzie met Wolfs, de zwangerschapstest die positief bleek te zijn, ik rennend naar het park, de pijn in mijn buik. Ineens vult mijn lichaam zich met paniek. De baby. Hoe is het met de baby? Zonder de dokter te vertellen wat er gebeurd is, besluit ik hier direct naar te vragen. 'De baby?', vraag ik ongerust. 'Dat weten we nog niet. We moesten eerst wachten tot u weer wakker werd, maar we gaan zometeen een echo maken om te kijken of alles nog in orde is met uw baby. Zou u mij eerst willen vertellen wat er is gebeurd?' Ik knik. Hoe sneller ik het verteld heb des te eerder ze de echo gaan maken. 'Ik rende naar het park, waar ik op de grond ben gaan zitten omdat ik pijn had in mijn benen en in mijn buik. Ik ging liggen, maar de pijn in mijn buik werd steeds ondraaglijker. Er kwam een hele sterke pijn scheut en daarna werd het zwart', leg ik uit. 'Oké, en hoe is het nu met de pijn?' 'Die is er niet meer' De ongerustheid neemt bij mij steeds meer toe. 'Ik ga nu direct de apparatuur voor een echo halen', deelt de dokter mee en hij loopt weg. Tranen verschijnen in mijn ogen en ik begin zachtjes te huilen. Wolfs komt meteen naar me toegelopen en komt naast me zitten op bed. Hij slaat een arm om me heen en trekt me tegen zich aan. Mijn hoofd druk ik tegen zijn schouder en ik begin harder te huilen. 'Sst, stil maar lieverd. Het komt allemaal goed', fluistert Wolfs troostend in mijn oor. 'Wat... Wat als ik de baby ben verloren?', weet ik tussen mijn huilen door uit te brengen. 'Het komt allemaal goed, Eef, dat beloof ik' Hij drukt een kus op mijn hoofd en streelt met zijn handen door mijn haar. 'Ik ben nu al een slechte moeder. Wie gaat er dan ook zo hard rennen als ze zwanger is. Ik kan het gewoon niet, een moeder zijn' Mijn huilen gaat over in woede. Woede tegen mezelf. Hoe kon ik ook zo stom zijn. 'Ik weet zeker dat jij een fantastische moeder zult worden. Je was alleen een beetje van slag, omdat alles zal gaan veranderen', probeert hij mij gerust te stellen. Een kleine glimlach breekt door op mijn gezicht. Aarzelend breng ik mijn hoofd naar het zijne, niet wetend of hij dit nog wel wil. Of hij mij nog wel wil na onze ruzie van gisteren. Blijkbaar wil hij dit nog wel, want niet veel later voel ik zijn lippen zachtjes op de mijne. Na een paar seconden verbreekt hij de kus. 'Het spijt me, Eef' 'Het spijt mij ook' Nu ben ik degene die hem kust. Net wanneer ik Wolfs tong tegen mijn lippen voel, worden we onderbroken door een gekuch. Ik maak me van hem los en kijk opzij. Daar is de dokter weer met de echo apparatuur. Ik voel hoe ik zenuwachtig wordt en pak Wolfs hand stevig beet. Wolfs stapt van mijn bed, maar blijft mijn hand vasthouden. 'Als u uw shirt even iets omhoog wil doen en uw broek iets los, dan kunnen we even gaan kijken hoe het met de baby is' Wolfs laat mijn hand los en ik doe wat de dokter zegt. 'De gel kan koud zijn', zegt hij voordat hij wat van de gel op mijn buik spuit. Ik strek mijn hand uit naar Wolfs en hij pakt hem vast. Hij knijpt zachtjes in mijn hand wanneer het beeld verschijnt.

De ruimte vult zich met een geweldig geluid. De hartslag. De hartslag van ons kindje is te horen en het is fantastisch. Hoe heb ik ooit kunnen twijfelen of ik dit kindje wel wilde. Ik kijk naar Wolfs met tranen in mijn ogen. Tranen van geluk. Ik zie hoe Wolfs ogen stralen en ik weet dat het goed zit. Hij wil dit ook. 'Het ziet ernaar uit dat uw kindje gezond is voor zover dat nu al te zien is', wordt ons moment verbroken door de dokter. De glimlach op mijn gezicht wordt zowaar nog groter. 'Maar wacht even...', zegt de dokter vertwijfeld. Ik schrik. Ik ben bang dat er toch iets mis is en met mijn ogen vol angst kijk ik naar Wolfs. Hij knijpt nog eens in mijn hand en probeert zich goed te houden voor mij. De dokter beweegt heen en weer met het apparaat op mijn buik en stopt wanneer hij de juiste plek gevonden lijkt te hebben. 'Was u hier al eerder geweest voor een echo?', vraagt de dokter. Ik schud mijn hoofd. 'Nee' Waarom vertelt hij niet gewoon wat er aan de hand is. 'Ik denk dat ik u mag feliciteren. U krijgt niet één baby, maar twee. Een eeneiige tweeling om precies te zijn' Ik slaak een zucht van opluchting. Er is niks mis met de baby, of nouja baby's. Ik voel een kneepje in mijn hand en kijk opzij naar Wolfs. 'Zal ik een afdruk voor u maken?' We knikken beiden enthousiast. De dokter staat op en geeft mij wat papier om mijn buik mee af te vegen. Ik doe mijn broek weer dicht en trek mijn shirt weer naar beneden. 'Ik zal de afdruk even voor u ophalen', zegt de dokter en hij verlaat daarna de kamer. Voordat ik ook maar iets kan zeggen, zoent Wolfs me. Ik sla mijn armen om zijn nek en ga overeind zitten om hem een knuffel te geven. Ik hou hem een tijdje stevig vast en geniet. Hij maakt me van zich los en drukt een kus op mijn voorhoofd. 'Mag ik?', vraagt hij wijzend naar mijn buik. Ik knik en pak zijn hand om die op mijn buik te leggen. Zijn hele gezicht begint te stralen en hij steekt me aan met zijn enthousiasme. Er loopt een traan over mijn wang naar beneden, maar die veeg ik snel weg. Nu snap ik ook waarom ik de laatste tijd zo emotioneel was. De dokter komt binnen met de afdruk in zijn handen en geeft die aan mij. 'U bent ongeveer zeven weken zwanger. Het lijkt mij verstandig als u een afspraak gaat maken bij de gynaecoloog voor over drie weken. De gynaecoloog zal u meer kunnen vertellen over uw zwangerschap', vertelt de dokter. Ik knik. 'Zal ik doen, dokter, dankuwel' 'Ik zie geen verdere reden om u nog langer hier te houden, dus wat mij betreft mag u naar huis' Opgelucht stap ik van het bed en Wolfs slaat zijn arm om mijn middel. 'Mocht de pijn in uw buik toch terugkomen, kom dan zo snel mogelijk weer terug en dan gaan we kijken of er toch niet iets aan de hand is' Ik schud de uitgestoken hand van de dokter en loop dan samen met Wolfs het ziekenhuis uit.

'Wolfs, ik denk dat ik zo naar bed ga', zeg ik al gapend. 'Zal ik met je mee gaan?', vraagt hij. Ik kijk hem aan en druk een vluchtige kus op zijn lippen. 'Prima, maar ik ga wel gelijk slapen. Ik ben doodop' Ik sta op van de bank en loop naar de trap. 'Ik ruim nog even snel de laatste dingen op en kom er dan aan' Eenmaal in mijn kamer heb ik haast de puf niet meer om mijn kleren uit te doen en mijn slaapoverhemd aan te trekken, maar het zal toch moeten. Zodra ik ben omgekleed plof ik neer op bed en sluit ik mijn ogen. Ook al ben ik heel moe en had ik verwacht gelijk in slaap te vallen, gebeurt dit niet. Er maalt van alles door mijn hoofd. Ik ben zwanger van een tweeling. Wolfs is nog bij me, maar voor hoe lang? Blijft hij bij me of zal hij zich gaan realiseren dat dit toch niet is wat hij wil en zal hij er dan alsnog vandoor gaan? Hoe lang zal ik mijn zwangerschap nog verborgen kunnen houden op het werk? Hoe zullen Mira en Fleur reageren? Ik draai me op mijn rug en leg mijn handen op mijn buik. Ik staar naar het plafond en een kleine glimlach verschijnt op mijn gezicht. Wat maakt het ook allemaal uit. Ik ben zwanger en krijg straks twee fantastische kindjes. Zolang zij gelukkig zijn, zal ik dat ook zijn. Wat anderen daar van vinden, kan me niks schelen. En Wolfs, ik hoop natuurlijk dat hij bij me blijft, maar als hij dat niet doet kan ik me vast ook alleen wel redden. Ik heb het namelijk altijd al alleen gekund. Ik sluit mijn ogen, maar net voordat ik in slaap kan vallen komt Wolfs binnen. Hij trekt zijn kleren uit en stapt naast me in bed. Hij komt zo dicht mogelijk bij me liggen en slaat zijn armen om me heen. Mijn hoofd leg ik op zijn borst en besluit dan toch maar te vragen wat me dwarszit. 'Blijf je bij me?', vraag ik aarzelend. 'Hoe bedoel je?', vraagt hij verbaasd. 'Blijf je bij me nu ik zwanger ben? Blijf je bij me als onze kinderen er straks zijn?' Hij drukt me van zich af en draait zich om op zijn buik. Op deze manier kan hij mij recht aankijken. 'Eva, ik weet niet wat jij je allemaal in je hoofd haalt, maar natuurlijk blijf ik bij je. Ik zou niet weten wat ik zonder je zou moeten. Ik hou van je, Eva, en van onze kleintjes en dat zal ik ook altijd blijven doen' Hij streelt met zijn hand over mijn wang. 'Beloof je dat?', vraag ik nog niet helemaal overtuigd. 'Ik beloof het. Ik laat jou nooit, maar dan ook nooit in de steek' Zachtjes drukt hij zijn lippen op de mijne. Hij draait zich weer om op zijn rug en we gaan weer liggen in onze vorige positie. Zijn handen legt hij bij die van mij op mijn buik en ik leg mijn handen op die van hem. Niet veel later val ik in slaap.

Mijn Verleden, Onze Toekomst (Flikken Maastricht)Where stories live. Discover now