Deel 24

1.5K 42 1
                                    

De volgende morgen gaat de wekker al weer vroeg. Het is weer tijd voor werk. Ik sta snel op uit bed en kan gelijk rennen naar de wc. Ik begin dit steeds minder leuk te vinden. Dat ik straks twee kleine wondertjes in mijn armen mag houden lijkt me hartstikke leuk, maar dat overgeven hoeft voor mij niet zo. Wanneer ik klaar ben, ga ik douchen. Ik sta er net een paar minuten onder wanneer de deur van de badkamer open gaat. 'Eef, ben je bijna klaar? Ik wil zo ook nog even douchen', vraagt Wolfs. 'Maar ik sta er net onder', zucht ik. Ik sta met mijn rug naar de deur dus schrik enorm wanneer ik iemand achter me voel staan. 'Zo kan het ook', zegt Wolfs. Ik was er vanuit gegaan dat hij weer weg was gegaan om eerst te gaan ontbijten, maar dit vond hij blijkbaar een beter idee. Eerlijk gezegd heb ik er helemaal geen moeite mee, alleen vraag ik me af of we nu nog wel op tijd zullen komen. Wolfs slaat zijn armen om mij heen en drukt me dicht tegen zich aan. Met zijn lippen drukt hij kusjes op mijn nek en de vlinders gaan in mijn buik tekeer. Wat hou ik toch van deze man. Zijn handen wrijven over mijn onderbuik en verplaatsen zich langzaamaan naar boven. Wanneer hij bij mijn borsten komt, draai ik me om. Ik druk mijn lippen op de zijne en zoen hem vol passie. Hij zoent me terug met minstens zoveel passie en ik voel mijn knieën zwak worden. Zijn handen glijden naar mijn heupen en hij zet een paar stappen vooruit waardoor hij me klem zet tussen de muur en hem. Nu weet ik het zeker. We gaan te laat komen op werk.

'Van Dongen, mijn kantoor. Nu!', is het eerste wat ik hoor zodra we het bureau binnen lopen. Snel wissel ik een blik met Wolfs en loop naar haar kantoor toe. Ik sluit de deur achter me en Mechels gebaart dat ik plaats moet nemen op de stoel voor haar. 'Waar komen jullie zo laat vandaan?', vraagt ze zodra ik zit. We waren uiteindelijk maar een half uurtje te laat. Wolfs en ik hadden in de auto afgesproken dat we zouden zeggen dat ik me vanochtend nog niet helemaal goed voelde en dat ik flauw gevallen was. Op die manier had hij niet alvast weg kunnen gaan en moesten we even wachten tot ik niet meer duizelig was. Hier was natuurlijk niks van waar. Nou ja, voor het douchen had ik me niet helemaal goed gevoeld, maar tijdens het douchen en daarna voelde ik me fantastisch. Het was weer geweldig met Wolfs, zoals altijd. Ik dwing mezelf om me te focussen en er nu niet aan te denken. Mechels kijkt me vragend aan. 'Nadat ik me gistermiddag ziek heb gemeld, heb ik de rest van de dag op bed gelegen. Vanochtend voelde ik me wat beter dus wilde weer gewoon gaan werken. Vlak voordat we wilden vertrekken en ik opstond van de stoel, voelde ik me ineens niet zo goed. Alles draaide voor mijn ogen. Ik ben flauw gevallen en we besloten even te wachten met gaan totdat ik niet meer duizelig was. Wolfs kon op dat moment niet weg voor het geval ik nog een keer zou flauwvallen, anders was hij al wel gewoon eerder gekomen', leg ik uit. Ik zie hoe ze me doordringend aankijkt en knikt. 'Goed, voor deze keer. Mocht dit nou weer gebeuren, bel dan even. Hoe voel je je nu?' 'Nu gaat het wel weer beter. Ik denk dat het kwam omdat ik gister niet zoveel eten binnen heb gehouden. In de auto heb ik nog een broodje gegeten en nu gaat het wel' Het liegen gaat me dit keer een stuk makkelijker af dan ik gewend ben. Weer knikt ze en gebaart ze dat ik kan gaan. Ik sta op en loop de kamer uit. 'Ohja, Eva, Romeo en Marion hebben jullie hulp nodig bij een zaak', zegt ze nog snel. Ik knik en draai me weer om. 

'Wanneer wil je het gaan vertellen?', vraagt Wolfs wanneer we samen op een bankje aan de Maas ons broodje aan het eten zijn. 'Geen idee. Het lijkt me in ieder geval verstandig om nog even te wachten tot ik het eerste trimester voorbij ben', zeg ik. 'Dat lijkt mij ook een goed idee. En wanneer wil je het Fleur en Mira gaan vertellen? Ik neem aan dat je het hun al wel eerder wil vertellen?' Ik zucht. 'Ik weet het niet' 'Vanavond?', vraagt hij. 'Vanavond?', reageer ik verbaast. 'We kunnen vragen of ze zin hebben om mee uit eten te gaan en dan kunnen we het ze vertellen?' 'Ja, is goed, maar liever niet vanavond. Ik wil het nu eigenlijk nog liever even voor ons zelf houden. Misschien dinsdag? Dan hebben we nog vier dagen, inclusief een weekend' Ik weet niet waarom, maar het voelt niet goed om het nu al met iemand te delen. Eerst wil ik nog samen met Wolfs genieten van ons kleine geheimpje. Of eigenlijk geheimpjes. Ik leg mijn hand op mijn buik en kijk naar Wolfs. Hij kijkt naar het water en de mensen die voorbij komen. 'Dinsdag is goed. Als jij Mira vraagt, dan vraag ik Fleur' Ik knik als teken dat het goed is. Het liefst zal ik nu tegen hem aankropen en mijn hoofd op zijn schouder leggen, maar ik weet dat dat nu niet kan. Voor hetzelfde geld ziet iemand ons en dan hebben we een groot probleem. Dat probleem gaan we sowieso krijgen, maar dat stel ik liever nog even uit. Alsof Wolfs mijn gedachten kan lezen, begint hij erover. 'Wanneer wil je het Mechels en de collega's eigenlijk gaan vertellen van ons?' Ik haal mijn schouders op. Het liefst zou ik het natuurlijk nooit vertellen, maar dat gaat nu natuurlijk niet meer. Wolfs zou ook willen laten weten dat hij vader wordt. 'Kunnen we daarmee wachten tot we ze vertellen dat ik zwanger ben?', vraag ik aarzelend. Ik weet dat Wolfs het eigenlijk niet meer wil. Het geheim houden. 'Ik weet niet of ik dat nog wel zo lang volhoudt, Eef. Ik wil iedereen kunnen laten zien dat ik van je hou en dat ik gelukkig ben samen met jou', zegt hij. 'Ik weet het, maar ik wil gewoon niet dat we uit elkaar gehaald worden. Helemaal niet nu. Nu ik zwanger ben, heb ik iemand nodig waar ik volop kan vertrouwen op straat. En niet een of andere lapswans waar ik gedwongen wordt om mee samen te werken. Alsjeblieft Wolfs, nog even. Het gaat toch nu ook nog steeds goed', probeer ik hem over te halen. Ik weet dat het gemeen is, maar ik weet zeker dat hij mij en de baby's niet in gevaar wil brengen dus zou hij het vast nog even goed vinden. 'Oké, vooruit, maar zodra je tweede trimester aanbreekt vertellen we het direct. Van de baby's en van ons' Ik knik en zucht. Ik weet dat het niet anders kan, maar dat wil niet zeggen dat ik er zin in heb. Ik sta op en steek mijn hand uit naar Wolfs. Hij kijkt me verbaasd aan. 'We moeten weer terug, anders zijn we zo weer te laat' Hij knikt en pakt mijn uitgestoken hand vast. Wanneer hij opstaat kijk ik snel om me heen. Geen collega's te zien. Snel druk ik een kus op zijn lippen en ik sla mijn armen om hem heen.

Mijn Verleden, Onze Toekomst (Flikken Maastricht)Where stories live. Discover now