Hoofdstuk 16.

1.6K 91 85
                                    

Jack. 

Zodra we aangekomen zijn bij de supermarkt, heb ik alweer spijt van mijn snelle rijstijl.

Ik had het niet erg gevonden om haar lichaam nog even tegen het mijne te voelen, om ervan te genieten dat ze mijn middel omklemde alsof het de enige houvast was die ze nodig had.

Ik zou voor eeuwig op mijn scooter willen zitten, de tijd dat ze oprecht van mijn gezelschap leek te genieten vast willen leggen, zodat we nooit meer die allesverwoestende haat zouden kennen en gelukkig konden zijn.

Maar zodra ik eraan denk, weet ik dat het toch nooit zal gebeuren. En de haastige manier waarop ze zich van me losmaakt en snel een paar stappen zet om zover mogelijk van me verwijderd te zijn, bevestigen die gedachte alleen nog maar meer.

Ik haat het dat ze niet begrijpt waarom ik haar deze dingen heb aangedaan,dat ze me alleen maar meer buitensluit met haar gedrag en ik geen vat op haar kan krijgen.
Maar aangezien de harde aanpak nooit bij haar heeft gewerkt en ze zo sterk lijkt te zijn dat ik mezelf onbewust ineen voel krimpen, besluit ik het vandaag over een andere boeg te gooien.

Vroeger konden we het altijd goed met elkaar vinden en ik ben ervan overtuigd dat die verbondenheid niet verloren is gegaan. We hebben hem alleen te diep begraven om het weer te voelen.

Ik zet zuchtend mijn scooter op slot en leg aarzelend een arm op haar rug. Tot mijn verbazing laat ze het toe, lacht zelfs naar me. Ik voel hoe een rozig gevoel door mijn aderen begint te sijpelen, hoe ik weer betoverd wordt door haar sprankelende ogen die al mijn geheimen willen ontcijferen.

Ik duw haar zachtjes naar binnen en loop met het karretje naar de ingang.

Er valt even een ongemakkelijke stilte, alvorens ze een boodschappenlijstje tevoorschijn haalt en met zachte stem opsomt wat we allemaal moeten hebben. Haar aanwijzingen leiden me door de gangen en als ik niet denk aan de weddenschap, of aan de manier waarop ik haar feitelijk gedwongen heb om dit met me te ondernemen, lijkt het net alsof we het echt naar ons zin hebben. Alsof we ervoor gekozen hebben om in elkaars bijzijn te verkeren en we er met elk gedeeld lachje van genieten.

Oudere mensen kijken ons vertederd aan, ervan overtuigd dat we een zoet stelletje zijn die niet eens een minuut zonder elkaars aanwezigheid lijken te kunnen.

Hoewel ik weet hoe het echt zit, hoewel ik weet dat ze de rillingen krijgt van mijn aanraking, kan ik niets anders dan stralend terug lachen, omdat ik zou willen dat ze echt van mij was.

Dat we echt onze middagen met onnozele dingen versleten, maar altijd gelukkig waren omdat we het samen zouden doen. Ik zou willen dat ik een arm om haar heen kon slaan, zou alle jongens die haar vanuit hun ooghoeken bekijken willen laten zien dat ze aan mij toebehoort en ik niet van plan ben om haar te laten gaan.

'Oké, alleen nog de drank en eventuele borrelnootjes,' zegt ze, als ze een blik op het kleine papiertje heeft geworpen en in gedachten alle benodigdheden heeft afgestreept.

'Mooi.' Ik stuur de kar lichtjes bij,precies wetende waar die eerste afdeling zich bevind.

'Dat neem ik wel voor de drank voor mijn rekening. Zorg jij maar voor wat zoute snacks.'

Ze neemt me even wantrouwend in zich op, alsof ze me om mijn grootschalige drankconsumptie wil vervloeken, maar haar blik staat zo snel weer neutraal dat ik het me wel ingebeeld moet hebben.

We gaan ieder onze eigen weg en ik laat mijn blik keurend langs de vele biermerken glijden. Heineken lijkt het altijd wel goed te doen op feestjes, dus trek ik zes sixpacks omhoog en laat ze met een zachte plof in de kar vallen.

Deal or no Deal?Where stories live. Discover now