deel 1

42 2 0
                                    

gebeurd is, maar ze probeert die te negeren. Ook al is ze nog zo moe, ze moet weer naar school en daar haar best doen, zodat haar vader haar niet nog meer pijn doet.

Als ik acht jaar ben, zegt mijn vader: 'Kom, we gaan.'
Het is twee uur in de middag. Waar zullen we heen gaan op dit tijdstip? Papa neemt me vrijwel nooit ergens heen.

'Waarheen?' vraag ik.
'Dat zie je zo wel, verrassing.'
Ik stap bij hem in de auto. Ik herken de weg: we gaan naar opa. Echt leuk vind ik dat niet. Opa woont niet zo ver van ons

vandaan, in een andere wijk van dezelfde stad. Opa is een vreemde man en hij doet niet zo aardig tegen me. Mijn neefje en nichtje krijgen wel knuffels en een lief kusje, maar ik vrijwel nooit. Als ik hem over school vertel, heb ik niet het idee dat hij geïnteresseerd is in mijn verhalen. Ik heb geen idee waarom opa me niet mag, maar ik weet zeker dat het zo is.
'Je mag voor het eerst bij opa blijven,' zegt papa. 'Ik wil dat je luistert en dat je doet wat hij je vraagt. Ik kom je vanavond halen.'
Ik schrik. Waarom moet ik daar alleen blijven? Ik krijg een heel akelig gevoel vanbinnen. Opa zal toch niet hetzelfde gaan doen als papa?

Mijn vader levert me aan de deur af en gaat snel weer weg. Ik begrijp er niets van. Als de deur achter me in het slot valt, begint mijn hart sneller te kloppen. Ik vind opa maar een enge man. Hij is mager en vies. Hij stinkt naar alcohol en sigaretten. Zijn huis is ook smerig en ruikt naar uitgebakken spek.

Ik krijg niet eens de kans om mijn jas uit te doen, ik moet meteen met opa mee naar boven. En daar moet ik net als thuis mijn kleren uitdoen. Hij bekijkt me van top tot teen. Daarna zit hij met zijn handen overal aan mijn lijf.

Opa kleedt zich uit. Wat heeft hij een oud en lelijk lichaam. Zijn vel hangt slap, ook al is hij nog zo mager. Ik ruik zijn zweet en zijn alcohollucht en ik word er misselijk van. Opa legt me op bed en dan komt hij met zijn naakte lijf boven op me liggen. Ik voel iets over mijn lijfje schuren dat steeds groter wordt, zo akelig, en dan zit dat ding in mij. O god, wat een pijn, alsof mijn lijfje in tweeën gescheurd wordt. Ik schreeuw, maar opa legt zijn hand op mijn mond en dwingt me stil te zijn. Ik hoor hem hijgen net zoals papa hijgt als hij bij mij is. Alleen rochelt en hoest opa soms. Eindelijk mag ik me aankleden en komt papa me weer halen. Niemand zegt iets en ik snap er helemaal niets van.

Vanaf die tijd moet ik vaker naar opa toe. Hij drinkt te veel en soms heeft hij geen geld voor nieuwe drank. Maar daar vindt hij een oplossing voor: mij. Hij nodigt andere mannen uit en voor wat geld mogen ze hun gang gaan. Hoe meer ze betalen, hoe meer ze mogen. Soms zijn het meerdere mannen achter elkaar. Ze mogen om de beurt met mij spelen. Sommigen raken me alleen maar aan,

wrijven over mijn lijf en hijgen. Anderen gaan op me liggen, duwen hun ding naar binnen en dan hoor ik ze kreunen. Ik weet niet of het elke keer dezelfde mannen zijn, ik doe mijn ogen dicht, want ik kan en wil niet zien hoe ze eruitzien. Soms herken ik wel een geur van een aftershave, maar ik ben te bang om mijn ogen open te doen, bang dat dit me te veel wordt. Ik knijp ze gewoon goed dicht en doe alsof ik er niet ben. Geen gezichten, geen namen, geen pijn, ik voel niets. Ik ben aan het spelen op het strand met mijn poppen. Het is er warm en zonnig, en mijn poppen zijn heel gelukkig. Er is een papa en er is een mama en die zijn lief tegen de kindjes. We eten gezellig samen en we krijgen ranja met een mooi rietje. Er zijn helemaal geen boze meneren, niemand is bang en niemand heeft pijn.

Dan zijn de mannen weer weg. Een boom werpt een spookachtige schaduw op het raam. Amber haalt diep adem. Wat heeft ze aan God? Waar is hij als ze hem nodig heeft? Hij heerst over haar, maar hij maakt haar vooral bang. Ze volgt hem nog steeds blindelings, maar inmiddels is dat meer kwelling dan overtuiging. Langzamerhand klaart haar hoofd een beetje op. Ze staat op en loopt moeizaam naar de kamer van opa. Alleen hij is er nog en ze mag zich weer aankleden.

'Schiet op,' zegt haar opa kortaf. 'Kleed je snel aan, want je vader komt je zo halen. En je houdt verder je mond, begrepen?'
Dat begrijpt Amber maar al te goed; ze moet van haar ouders ook altijd haar mond houden. Daar is ze inmiddels heel goed in geworden. En uiteraard zegt ze niets tegen haar ouders. Ze vragen trouwens ook helemaal niet wat er bij opa gebeurt. En dit gaat dan jaren zo door, maar op den duur lukt het haar om steeds beter in haar eigen wereldje te vluchten, in een wereld die mooi is en waar iedereen lief is.

------------------
Vergeet niet te stemmen.
Liefs Sam.

Angst.Nơi câu chuyện tồn tại. Hãy khám phá bây giờ