55 Werk

171 12 1
                                    

We zijn er. Niall zou mijn tas meegenomen hebben, ik hoop het echt. Harry parkeert netjes afgelegen zodat ik hem nog een zwoele kus kan geven net voordat ik uit stap.
"Kom je vanavond?" Even lijkt hij te twijfelen, maar hij knikt snel.
"Als dat je gelukkig maakt." Ik geef hem een ontevreden blik door dat antwoord en doe de deur toe om naar Niall's auto, die iets dichter bij de ingang staat, te joggen. Hij overhandigt me mijn tas waardoor ik hem kort in mijn armen trek.
"Dankjewel voor gisteren en dit Ni." De blonde man lacht en zet zijn Iers accent op.
"You owe me Bro." Ik knik grijnzend en wandel met hem binnen. Ook de anderen starten vandaag met fitnesstraining waardoor ik niet alleen in de grote zaal zit. Als ik het tijdens mijn tweede revalidatieoefening moeilijk krijg, begint Dele op me te fluiten, zelf staat hij ook te bekomen.
"Komaan Tomlinson! We hebben je nodig de volgende ronde." Jan lacht naar me terwijl hij zelf Russische twists doet met een krachtbal. Ik bijt even door en laat James me corrigeren tijdens de laatste keren waarna ik hijgend bekom. Ik haat die stomme enkel.
"We gaan naar het veld, Tommy." Ik grijns extreem blij als James me een knikje geeft en volg hem op mijn loopschoenen.
"Mag ik trappen?" De man schudt echter streng zijn hoofd; al kan hij me daar niet lang meer van tegenhouden. Ik voel me goed.
"Je bent zo vrolijk vandaag? Nachtelijk gezelschap gehad of juist een keer niet?" Ik lach en jog de man voorbij. Hij volgt strak al mijn bewegingen en zet de lage paaltjes voor me neer en de latjes. Dit wordt intensief.

"Ja mam?"
-"Niet vergeten dat morgen Phoebe haar voorstelling heeft." Ik hum terug, dat zou ik zeker niet vergeten. "Heb je de uitslag van je examens al?" Ze klinkt vermoeid aan de andere kant van de lijn terwijl ik een hapje pasta doorslik.
"Nog niet. Ik bel je meteen als ik ze heb, of ik rijd naar je toe; ik zie wel." Ik zucht bijna om mijn klungeligheid met woorden en wil bijna afleggen als ik de deurbel hoor gaan. "He mam, mag ik wat vrienden meenemen naar Fiz haar voorstelling?" Ik voel de stilte.
-"Zolang het niet intimiderend is, zeker." Ik grijns en maak een korte afsluiting terwijl ik de deur vooraan al open doe. Ik glimlach ondeugend naar de sterke vampier en kus hem op zijn wang als begroeting nadat ik heb opgehangen.
"Je leven begint terug drukker te worden." Ik ga zitten, eet wat voedsel en bekijk hen grijnzend.
"En leuker." Hij trekt zijn wenkbrauwen omhoog bij dat antwoord, maar glimlacht er toch om. Het lijkt alsof hij mijn appartement inspecteert.
"Het ruikt hier vreemd." Ik lach kort omdat ik wel een idee heb van wat hij precies ruikt.
"Naar?" Zijn ogen staan serieus terwijl hij achter me in de keuken komt staan.
"Een vrouw die je eten heeft klaargemaakt." Hij fluistert het terwijl ik een verbazingskreetje sla.
"Niet waar hoor."
"Maria." Hij wandelt verder en gaat uitdagend tegenover me zitten.
"Dat zou ik nooit van haar vragen."
"En toch ruikt heel de keuken naar haar." Ik zwijg en eet verder, stiekem ben ik wel onder de indruk van zijn kunstjes. Zou het handig zijn om het altijd te moeten ruiken? Misschien niet. Harry's haar ligt wild, maar het is me ook opgevallen dat hij zijn laptop bij heeft; waarschijnlijk om zijn werk te doen.
"Wat gaan we dadelijk doen?" Ik kijk hem recht aan waardoor het even spannend stil is totdat de man tegenover me traag begint te glimlachen.
"Ik ga mijn job nog eens doen."
"En wat als ik daar niet aan mee wil werken?" Ik grijns en ruim mijn bord op, Harry's ogen glimmen al ondeugend.
"Dan zal ik je toch moeten overtuigen." Zijn stem is hees en zwoel en ik wil al niet meer zo ver van hem staan. Misschien is het zelfs goed dat een tafel mijn gekke hart en zijn donkere passie nog even kan scheiden.
Mijn ogen zijn strak op Harry's gezicht gefixeerd terwijl hij hevig een nette mail typt om de afspraak te bevestigen. Als hij eindelijk klaar is, duw ik de laptop dicht waardoor hij al zijn aandacht wel op me moet richten.
"Ben je eindelijk klaar met werken?" Mijn stem klinkt al rauw en vermoeid ondanks dat ik niet al te veel gedaan heb.
"Ik werk voor jou, weet je wel?" Ik schud mijn hoofd ontspannen.
"Niet nu. Dan zou ik je betalen voor dingen waarvoor ik je niet zou moeten betalen." Ik trek mijn wenkbrauwen speels naar hem op en raak kort zijn bovenbeen aan als aanwijzing, maar zijn blinkende ogen net daarvoor zeiden me al dat hij het wel begrepen had. Zijn vochtige lippen hangen kort lichtjes uit elkaar, een beetje van slag.
"Waarom moest ik naar hier komen?"
"Als dromenvanger." Ik zeg het heel neutraal, alsof ik niets voel als hij me met zijn donkere blik aankijkt. "En voor persoonlijke doeleinden." Hij glimlacht en drinkt zijn glas whisky uit, blijkbaar verzacht het de honger. "Kan je niet van anderen drinken dan, als je moet?" De gedachte ervan doet kort pijn in mijn hoofd, zo onwerkelijk lijkt het. En het was heel willekeurig uit het niets geplukt.
"Dat zou ik kunnen." Zijn open hemd beweegt kort als hij achteruit leunt en me met kleinere pupillen bekijkt.
"Maar dat wil je niet." Ik frons kort en haal mijn armen die ik net gekruist had terug van elkaar af. "Goed voor je kan het niet zijn." Hij wendt zijn blik kort af. De duisternis op een enkel lampje in de verte doet mijn hartslag sneller slaan.
"Niet doen." Ik snap het niet wat-. "Niet weer Louis." Zijn stem breekt kort waardoor hij opstaat en voor het grote raam gaat staan, turend naar buiten.
"Ik begrijp je niet Har." Mijn stem is veel zachter dan die van hem net was. Gevoeliger, want ik wil uitleg om het te begrijpen. En toch blijf ik zitten, deels uit angst misschien.
"Je deed dit vroeger ook al. Je zorgen maken over mij en me goede dingen aanleren ten koste van jezelf.- Niet doen." Zijn stem en ademhaling is gejaagd waardoor ik helemaal op mijn stoel blijf zitten, op een of andere manier nog tamelijk ontspannen. "Ik moet voor jou zorgen. Ik geef om jou en jij offert jezelf elke keer op voor mij." Hij klinkt gefrustreerd. "Das ist doch wahnsihn! Ich kann es nicht glauben..."
"Ik ook niet." Ik grijns en sta dan op; veel verstond ik er niet van, maar evenveel begreep ik ook. Ik sla mijn armen langs achteren om zijn gespierde middel heen en laat mijn hoofd tussen zijn schouderbladen rusten. "Ik geef ook om jou hoor. Ik heb er even veel recht op." Aan zijn gespannen houding te voelen, leid ik af dat dit hem niet bevalt, maar dat hij er niets tegen in wilt brengen. Ik neem met mijn linkerhand de zijne vast en streel zachtjes langs die stevige ruwe vingers. Langzaamaan plooit zijn hand mee en geeft hij toe. "Kom bij me slapen. Alleen slapen." Ik fluister het zachtjes, zonder enige dwang, maar ik weet hoe verleidelijk ik mezelf op dit moment maak. Ik draai me om en trek mijn kleding uit om die in een wasmand te gooien en mijn tanden te gaan poetsen, hopend dat hij niet meer voor het venster staat.
Zijn aanwezigheid helpt niet als het zweet langs mijn lichaam gutst, overspoeld door beelden.
Harry en Niall bespreken iets, het is in Harry's grote huis, in zijn bureau met een glas sterke drank. Ze lijken zwaar te discussiëren totdat Niall boos vertrekt. Niet veel later ruik ik bloed en zie ik zijn gekneusde blauwe ogen. Ik verzet me tegen de lelijke gedachten, maar het helpt niet.
"Louis?" Harry fluistert zachtjes terwijl mijn lichaam overeind tegen het zijne zit. Ik merk hoe ik vecht tegen de stalen greep die hij met twee armen bij mijn borstkas en buikspieren houdt.
"Ik ben er." Het klinkt hijgerig en gepijnigd, net zoals ik me voel. Ik voel me vies en kom langzaamaan meer overeind, starend in het duister.
"Waarom?" Mijn stem klinkt leeg doorheen de stilte in de kamer.
"Wat zag je?" Ik weiger te antwoorden op die voorzichtige suggestie en sta op om het zweet van me af te wassen in de badkamer. Als ik terug wandel, voel ik Hars blik op me branden.
"Het is niet belangrijk. Wat dat wel is, is dat dit moet stoppen." Harry beweegt niet als ik me terug in het warme bed leg en vanaf mijn zij toenadering zoek tot de kille man.
"Dat kan ik niet Louis. Het zijn jouw hersenen." Ik zucht en leg me dan maar op mijn rug om te slapen. "Ik kan enkel hopen en troosten." Een mondhoek kruipt omhoog bij mij. Zijn lippen kussen verrassend mijn voorhoofd waarna ik terug probeer te slapen, al is dat niet heel moeilijk met een zware vermoeidheid en trainingen morgen.

Zijn ze lief of zijn ze niet lief?

Link'sWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu