105 Gehavend

136 10 2
                                    

"Hé, Lou, waar zit je met je gedachten?" Ik geef Toby een blik en zucht dan terwijl ik een keer met mijn hoofd schud en mijn spikes dieper in het gras boor.
"Sorry, doe maar opnieuw." Ik liep gewoon recht op hem af. Een uitdaging is het niet voor deze centrale verdediger als ik niet eens probeer om hem voorbij te lopen. Het is gewoon...Harry. Ik heb niks meer van hem vernomen en ben inmiddels super ongerust. Antwoorden op een sms'je of tien gemiste oproepen is ook zo moeilijk. De concentratie neemt toe als ik nu wel begin te dribbelen, erover, tikje hier, mijn lichaam zet en Toby net niet passeer. Die stomme rechtse voet van hem kan er nog net bij. Ik lach uitgelaten en geef hem een blik. "Misschien moet je met Moussa trainen," zoals Jan naast me doet. Moussa dribbelt hem gewoon elke keer voorbij. Echt magisch hoe hij dat doet.
"Ik verkies jou, Tommie. Nog eens." En nog eens en nog eens. En om de potjes en voorbij de verdedigers en schieten.

"Del, laat me los!" Dele lacht en duwt me dan van zich af. "Je stinkt, kerel." Het is een mix van zweet en regen, zoals bij iedereen.
"Dat is omdat ik hard getraind heb vandaag!" De manier waarop hij het zegt is zo triomfantelijk en trots dat ik moet lachen. Kyle geeft ons een blik, alsof hij ontwaakt uit zijn concentratiemode door kinderachtig gespeel. Ik negeer het, maar zeg ook niets. Kyle doet anders, of misschien denk ik dat gewoon. In ieder geval laat ik het niet onder mijn huid kruipen terwijl we onder de douche gaan staan. Zand, modder en zweet samen met een mix van mannelijke geuren die steeds sterker wordt.

Nu ben ik het echt beu! Het is pauze van onze tactiekbespreking waardoor iedereen nu op het wc zit, of met hun telefoon de andere zit te plagen. Ik voel daar echter niets voor en duw te hevig op het scherm van mijn telefoon totdat hij overgaat. En overgaat. En overgaat.
-"Met Sedrik." Was het niet Cédric? In ieder geval is het niet Harry.
"Ik dacht dat ik naar iemand anders belde?" Het klinkt vriendelijk want we weten beiden even goed dat hij niet de bedoelde persoon is.
-"Dat doe je ook, maar die persoon is tamelijk knorrig nu." Hoezo? Al die mooie praat, ik weet nog steeds niets meer.
"Een beetje duidelijkheid zou fijn zijn. Hij is gisterenavond zomaar bij me vetrokken." Een aarzeling, ik hoor het.
-"Het gaat prima. Het waren problemen in een wereld die niet de jouwe is, Louis. Je zou je er dus ook niet mee moeten bemoeien." Ik bijt op mijn lip en bemerk dat voor één keer de zon buiten eens schijnt.
"Dat doe ik ook niet, ik ben gewoon bezorgd. Vertel hem dat. Hij kan toch nog wel een sms beantwoorden hoop ik?!" Ik zucht en duw kort op het bruggetje tussen mijn neus om de frustratie los te laten.
"Nu wel, ja. Maar hij hoort het perfect hoor. Verder nog iets?" Zonder nog iets te zeggen, hang ik op. Wat denkt hij wel niet? Gewoon niet antwoorden, wel meeluisteren, maar niet opnemen. Mijn telefoon gaat opnieuw over als ik net terug het lokaal binnenwandel. Ik zet hem op vliegtuigmodus en probeer me terug op de tactiek te focussen. Wat was het met de 'nu wel'?

Ik weiger vroeg naar huis te gaan en stem in om bij Dele nog wat te gaan basketten in het zwembad. Ik, Dele, Niall en Eric, zou fijn moeten worden. Mijn focus is niet wat het moet zijn en de ontspannende muziek terwijl ik Eric tot bij Dele rijd, doet me glimlachen en terug genieten. Eric is dan ook niet bang om de volumeknop luider te zetten zodat alle omstaanders het horen wanneer we arriveren bij Dele's villa. Ik grinnik en haal de sleutel uit het contact.
"Zulke muziek kan ik altijd wel gebruiken." Hij stemt in. Dele's vriendin laat ons binnen. Ik glimlach gewoon vriendelijk naar haar, haar nieuwsgierigheid zal vast wel verder gaan dan dat.
"Wie is er zijn zwembroek weer vergeten?" Niall begint al te schreeuwen voordat we bij het water zijn. Dele heeft gewoon standaard zes verschillende zwembroeken in een houten kast liggen waardoor problemen altijd vlotjes vermeden worden. Ik zie mezelf echt niet zonder onderbroek terug naar huis rijden. De Ier slaat zijn arm rond mijn schouder wanneer hij op één voet wiebelt, ik begin te lachen en wiebel mee. "Blijven staan, Tommie."
"Dat is dan een verdediger."
"De grond is koud hoor!" De blauwe ogen kijken beledigd op wanneer Eric, die al in het water zit, ons nat maakt. Ik neem de bal en spring ook in het water. Op een of andere manier is Dele altijd te lui om het net op te ruimen en hangt het er dus nog gewoon. Water, zo dynamisch en vrij. Ik leg me gemakkelijk op mijn rug en sluit kort mijn ogen-
"U-u-h," mijn longen hoesten het water omhoog dat Dele net heeft doen opspatsen. "Wil je morgen verliezen ofzo?" Ze lachen alle drie, ik schud mijn hoofd en gooi op volle kracht de bal naar de dader. Idioot.

Link'sWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu