103 Eén

140 10 1
                                    

"Fabregas is geblesseerd en wordt vervangen door iemand minder. Je moet daar gebruik van maken, Louis." Ik knik braafjes en klem mijn lippen zenuwachtig op elkaar. Dat ik Eden Hazard, een verschrikkelijk snelle spits met ongelofelijke dribbels, tegenover mij heb staan op de flank, vertelt hij er niet bij. De hulpcoach schuift al verder door terwijl ik nog bedenkelijk frons en de zenuwen wegslik. Ik ben echt enorm zenuwachtig.
"Go-"
"Je moet niet zo serieus kijken." Ik vloek nog een keer als Jan die de aanvoerdersband trots draagt verder doorschuift om de kleedkamer uit te gaan en zich klaar te zetten in de tunnel. Toby, die meestal wel ergens in de buurt is bij zijn Belgische maatjes, pauzeert ook even bij me.
"Gewoon spelen, kerel. Gewoon spelen." Ik glimlach flauw en volg hem de kleedkamer uit, doorheen de controle om dan naast de kindjes in de tunnel te gaan staan en hun klamme handjes vast te nemen. De mijne zijn minstens even klam.
Het is ongelofelijk hoe snel en behendig die Hazard is, echt waar. Wat ik ook probeer, hij ontglipt me meestal, of ik moet de bal buitenstampen. Gelukkig ben ik wel behendiger in het naar binnen schuiven doormiddel van slimme passes en kan ik zo de verdediging wat ontwijken, om daar op de Belgische topkeeper te stoten. Deze zit niet in ons team, jammer genoeg. Mijn frustratie neemt toe, maar ik kalmeer mezelf en loop weer een eindje verder. We moeten blijven vechten.

De ploeg is uitgelaten terwijl we onder de douche staan. Ik voel enkel nog steeds de spanning en rush door mijn aderen glijden en zoek troost in het half warme douchewater en de frisse geur van mijn shampoo. Op die manier ben ik ook als een van de eersten klaar en open ik snel de deur naar gang.
"Ha..." De man grijnst charmant en stopt met tegen de muur te hangen als hij me ziet.
"Zo gehaast vandaag?" Ik grijns en schud mijn hoofd kort waarna ik op dat openlijk lichaamsgebruik inga en hem teder kus. Hij weet me wel te kalmeren. Als hij plotseling onder me verstijft en mijn lippen loslaat, zet ik automatisch al een stap achteruit. De gang was leeg, de bewakers staan pas om de hoek, maar het paar blauwe ogen dat me aanstaart, bewijst toch het tegendeel. Wat nu? Jans mond hangt open terwijl hij begint te grijnzen.
"Louis, kerel! Hoe lang heb je dit van me verborgen gehouden?" Ik haal mijn schouders op en geef hem een blik. Harry zegt niets.
"Een paar maanden ofzo, het is nog maar recent." Ik adem diep in en probeer hem echt aan te kijken. Negatieve bedenkingen zijn niet meteen zichtbaar op zijn glimlachende en vooral verraste gezicht. "Ik wou het jullie vertellen, maar... Tja, hoe vertel je zoiets?" Ik snuif en merk dat Jan inmiddels zijn hand uitsteekt naar Harry die deze eervol aanneemt en een beetje meebuigt.
"Jan."
"Harry." Is dat een teken van wederzijds respect?
"Ik kan je nu wel helpen als je wilt." Er is twijfel op zijn gezicht te bespeuren. "Hoe kom jij hier zelfs binnen, Harry?" De krullenbol glimlacht jongensachtig.
"Ik ben ook adviseur, assistent... Ik zou Dier moeten helpen met enkele contracten en wou al een eerste contact leggen." Nu, daar wist ik zelf niks van! Ik knipper een keer verbaasd en schud het van me af; dat is niet het belangrijkste nu. Jan knikt en kijkt ook naar mij.
"Sta je mij toe om hem aan te ploeg voor te stellen?" Ik zucht trillerig en geef Harry een blik, ik kan hem niet lezen. Hij straalt vertrouwen uit terwijl mijn afgezwakte zenuwen weer op beginnen te komen.
"Ja, doe maar." Hij grijnst en wacht even voordat de hand op de deur de klink naar beneden doet en met ons binnenwandelt.
"Jongens en heren! Ik kwam net iemand tegen op de gang,"
"Louis!" Iedereen lacht om Hugo's opmerking, ik voel eigenlijk niet veel behalve lijkbleke spanning.
"Ook, maar ook deze Harry. En hij is iemand speciaal, dus mag ik jullie voorstellen: de enige echte vriend van Louis Tomlinson!" Ik weet niet of alle blikken nu naar mij of naar Harry gaan, sommigen kijken misschien wel scheel. Het is muizig stil. Niall neemt op zijn manier te leiding, lacht en valt me in mijn armen terwijl hij me meer steun geeft dan lijkt.
"Proficiat kerel!" Ik sta er maar een beetje bij en glimlach dan traag als ze beginnen te klappen. Met een, met twee en daarna met zijn allemaal. Het is ongemakkelijk om je zo superieur te voelen waardoor ik teken doe dat ze moeten stoppen en kort lach. Gekke kerels.
"Laten we even duidelijk zijn jongens, er is maar één man waarvoor ik iets voel en dat is de deze hier." Dele lacht en als de gemoederen een beetje gedaald zijn, valt hij me ook in mijn armen. Enkelen zijn razend enthousiast en niet ondersteunend waardoor ik een paar passen naar achteren moet zetten.
"Je ziet lijkbleek, Louwie." Harry kijkt kort bedenkelijk, maar ik negeer het.
"Volgens mij heb ik te veel meegemaakt vandaag." Dele lacht en aait een keer door mijn haar wanneer de deur weer openvliegt en de coach binnen staat.
"De pers wordt ongeduldig. Zijn jullie ijdele vrouwen ofwat?" Er wordt gelachen en vertrokken.

Link'sWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu